Communicatie week 5 - zonder video

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 1,3

Communicatie week 5

Periode 3

Les 1

Lesinhoud

• Planning periode 3 bespreken
  
• Terugblik motiverend & slechtnieuwsgesprek gesprek
• Instructie weerstand
• Instructie groepsgesprekken
• Zelfstandig werken

Planning periode 3

Week 5: probleemverhelderend gesprek & groepsgesprekken + oefenen met tweegesprek

Week 6: rollen en taken in groepsgesprek + oefenen met tweegesprek

Week 7 t/m 10: oefenen met tweegesprek + uitvoeren praktijktoets

Fasen slechtnieuws gesprek

Fase 1

Fase 2

Fase 3

Fase 4

Voorbereiding

Vertel het slechte nieuws

Omgaan met emoties en ondersteuning bieden

Afsluiten en vervolgafspraak maken

In een slechtnieuwsgesprek begin je het gesprek informeel.

1. Juist
2. Onjuist

Als je als persoonlijk begeleider tijdens een gesprek met een cliënt weerstand ervaart, kan je verschillende technieken inzetten.

Als jij extra informatie en steun biedt, welke techniek pas je dan toe?

1. Meebewegen
2. Draagvlak creëren
3. De cliënt bevragen
4. Profiteren van de weerstand

Bij een cliënt die weerstand laat zien in een gesprek, kun je als (persoonlijk) begeleider het best meebewegen.

1. Juist
2. Onjuist

Beschrijf hoe jij het slechte nieuws in deze situatie zou brengen:

Cliënt Meike krijgt bericht van jou dat haar moeder in het ziekenhuis ligt omdat ze een hartinfarct heeft gehad, haar moeder is buiten levensgevaar.

Tweegesprekken

Dit zijn gesprekken tussen twee personen. 

Formele gesprekken: als (persoonlijk) begeleider voer je gesprekken met onder andere cliënten, hun naasten, mantelzorgers, andere disciplines en collega's. Deze gesprekken hebben een doel, zoals een probleem duidelijk krijgen of slecht nieuws over brengen.

Informele gesprekken: een gezellig praatje

Tweegesprekken

Opbouw:

1. Voorbereiding
2. Uitvoering
3. Afronding

Voorwaarden:

• Er is sprake van een vertrouwensrelatie.
• Je kunt voldoende tijd vrijmaken voor het gesprek.
• Je neemt de rol van gespreksleider aan.
• De eigen regie ligt zoveel mogelijk bij de cliënt.

Wat weet je over een probleem-verhelderend gesprek?

Probleemverhelderend gesprek

Het doel van een probleemverhelderend gesprek met een cliënt is dat hij inzicht krijgt in wat zijn probleem is, wat dat probleem voor hem betekent en wat de consequenties en (mogelijke) oplossingen zijn.

Voorwaarden voor een goed probleemverhelderend gesprek zijn:

• Je moet genoeg tijd nemen
  
• Je moet een goede vertrouwensrelatie met de cliënt hebben.

Probleem verhelderend gesprek

Een probleemverhelderend gesprek bestaat uit vijf fasen:

1. Probleem definiëren
2. Consequenties benoemen
3. Doelen formuleren
4. Oplossingen verkennen en formuleren
5. Gesprek evalueren

Probleem verhelderend gesprek

Aandachtspunten bij een probleemverhelderend gesprek: 

• Luisteren is ook helpen. Het helpt om er gewoon voor de ander te zijn.
  
• Laat zien dat je de tijd hebt en er echt voor de cliënt bent.
  
• Pas op met het aandragen van oplossingen en adviezen. Sluit aan bij het referentiekader van de cliënt.
  
• Vermijd valse geruststellingen als ‘Het komt allemaal wel goed.'
  
• Luister actief.

Opdracht probleem verhelderend gesprek

Je gaat samen met een medestudent een probleemverhelderend gesprek uitwerken over een eenzame cliënt. Dit doe je in vijf fasen. Bedenk vooraf samen een probleemsituatie over eenzaamheid. Tijdens het gesprek ga je samen het probleem verhelderen en vervolgens op zoek naar mogelijke oplossingen.

Beschrijf elke fase en beschrijf per fase 3 vragen die je zou kunnen stellen en welke antwoorden je zou kunnen verwachten. 

Zelfstandig werken

Digitale leeromgeving

Boek 'Communicatie en ondersteunen'

Module 2 - Hoofdstuk 2

Alle opdrachten afmaken

Les 2

Lesinhoud

• Oefenen met probleemverhelderende gesprekken aan de hand van casussen + beoordelingsformulieren (Marieke + Nienke)
  
• Maken kletspot (Baukje)