Les 7: Werkles grammatica

Werkles vmbo-3 chapitre 5
Werkwijze:
In deze les komen de verschillende grammatica-onderdelen terug.
Je gaat eerst de uitleg lezen, daarna ga je een aantal opdrachten maken.

Stel je vragen zodra je deze hebt!

Je mag gebruik maken van de uitleg in deze LessonUp, maar je mag ook je eigen aantekeningen gebruiken.
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Werkles vmbo-3 chapitre 5
Werkwijze:
In deze les komen de verschillende grammatica-onderdelen terug.
Je gaat eerst de uitleg lezen, daarna ga je een aantal opdrachten maken.

Stel je vragen zodra je deze hebt!

Je mag gebruik maken van de uitleg in deze LessonUp, maar je mag ook je eigen aantekeningen gebruiken.

Slide 1 - Diapositive

Répéter:
grammaire D
Dit grammatica-onderdeel gaat over het delend lidwoord.


Er hangen appels in de boom.
Deze zin is in het Nederlands heel normaal. In het Frans niet, want er komt altijd een lidwoord voor een zelfstandig naamwoord.
Lidwoorden die we in het Nederlands niet gebruiken, noemen we een delend lidwoord.

Neem over wat je over wilt nemen :)!

Slide 2 - Diapositive

Het delend lidwoord:
de verschillende vormen
Mannelijk enkelvoud: du

Vrouwelijk enkelvoud: de la

Mannelijk enkelvoud, met klinker of stomme h: de l'

Meervoud (mannelijk en vrouwelijk: des

De regel: je kan het delend lidwoord altijd gebruiken, behalve....

Slide 3 - Diapositive

Het delend lidwoord:
de uitzonderingen (1)
1. Staat er een ontkenning in de zin?
Dan verandert elke vorm van het delend lidwoord in de/d' (bij klinkerbotsing)

2. Staat er een woord van hoeveelheid in de zin?
Dan verandert elke vorm van het delend lidwoord in de/d' (bij klinkerbotsing).

Slide 4 - Diapositive

Het delend lidwoord:
de uitzonderingen (2)
1. Staat er een van de volgende werkwoorden in de zin?
- aimer
- préférer
- détester
- adorer

Dan gebruik je niet het delend lidwoord, maar het 'gewone' lidwoord.
Dus: le, la, l' of les.

Slide 5 - Diapositive


Vul het juiste (delend) lidwoord in.

Je mange ________ salade (v) tous les jours.

Slide 6 - Question ouverte


Vul het juiste (delend) lidwoord in.

Je ne mange pas ________ poulet (m). Je n'aime pas ça.

Slide 7 - Question ouverte


Vul het juiste (delend) lidwoord in.

Par contre, j'adore ________ fruits (mv).

Slide 8 - Question ouverte


Vul het juiste (delend) lidwoord in.

Je bois peu ________ eau (v).

Slide 9 - Question ouverte

Répéter:
grammaire H
In klas 1, 2 & 3 hebben jullie al regelmatig enkele onregelmatige werkwoorden gezien en geleerd. 
Dit hoofdstuk komt daar het werkwoord venir bij (komen).

Het werkwoord is onregelmatig, dus het is een kwestie van stampen.

Je leert dit werkwoord in de présent en de passé composé.

Slide 10 - Diapositive

Het werkwoord venir:
de présent
je viens                            --> ik kom
tu viens                           --> jij komt
il vient                            --> hij komt
elle vient                        --> zij komt
on vient                         --> men komt

nous venons                   --> wij komen
vous venez                    --> u komt, jullie komen
ils viennent                   --> zij komen (mannelijk meervoud)
elles viennent               --> zij komen (vrouwelijk meervoud)

Slide 11 - Diapositive

Het werkwoord venir:
de passé composé
je suis venu(e)
tu es venu(e)
il est venu
elle est venue
on est venu(e)(s)

nous sommes venu(e)s
vous êtes venu(e)(s)
ils sont venus
elles sont venues

Slide 12 - Diapositive


Vervoeg het werkwoord venir in de aangegeven tijd (présent).

Vous _______________ quand?

Slide 13 - Question ouverte


Vervoeg het werkwoord venir in de aangegeven tijd (présent).

Je _______________ souvent à huit heures.

Slide 14 - Question ouverte


Vervoeg het werkwoord venir in de aangegeven tijd (passé composé).

Ils ________  _______ à quelle heure?

Slide 15 - Question ouverte


Vervoeg het werkwoord venir in de aangegeven tijd (passé composé).

Elle ________  _______ avec sa mère.

Slide 16 - Question ouverte

Travailler aux exercices:
15 t/m 18 + 29 t/m 32
De regels

- Je werkt de eerste 10 minuten in stilte!
- Muziek luisteren mag met oordopjes!

- Vragen? Steek je hand op!

We ruimen onze spullen pas op, op het moment dat de docent dit zegt.
timer
10:00

Slide 17 - Diapositive

Les devoirs
Komende les:
- SO grammatica chapitre 5
- Voorbereiden mondeling (bron C & G)

Apprendre (leren):
- grammaire D (het delend lidwoord)
- grammaire H (het werkwoord venir)

Slide 18 - Diapositive