Basisstof 1 en2: Genotype en fenotype & Geslachtschromosomen

Thema 3: Erfelijkheid en evolutie
Genotype en fenotype
Geslachtschromosomen
kruisingen
stambomen
geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting
Mutaties
Erflijkheidsonderzoek
Biotechnologie

1 / 12
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 12 diapositives, avec quiz interactif et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Thema 3: Erfelijkheid en evolutie
Genotype en fenotype
Geslachtschromosomen
kruisingen
stambomen
geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting
Mutaties
Erflijkheidsonderzoek
Biotechnologie

Slide 1 - Diapositive

Basisstof 1 en 2: Genotype en fenotype & Geslachtschromsomen

Slide 2 - Diapositive

Op de vorige dia zag je eeneiige tweeling en mensen met gekleurd haar. Waar komen de uiterlijke kenmerken vandaan?

Slide 3 - Carte mentale

Wat moet je kunnen?
Je kunt omschrijven wat een genotype, wat een fenotype en wat een gen is.
Je kunt beschrijven hoe individuen informatie over erfelijke eigenschappen overdragen aan hun nakomelingen en welke rol chromosomen hierbij spelen
Je kunt beschrijven hoe de geslachtschromosomen het geslacht van een mens bepalen.

Slide 4 - Diapositive

Van chromosomen naar genen

Slide 5 - Diapositive

Genotype
Genotype en fenotype

Slide 6 - Diapositive

Genotype

Slide 7 - Diapositive

Fenotype
Fenotype=het uiterlijk van een orgamisme

Slide 8 - Diapositive

Samenvatting chromosomen 2
  • Dit is een chromosomenportret
  • Mensen hebben 23 paren chromosomen.
  • Total 46 chromosomen.
  • Behalve de Y en X chromosomen zijn de paren gelijk aan elkaar.

Slide 9 - Diapositive

Geslachtschromosomen
De lichamelijke geslachtskenmerken worden bepaald door de geslachtschromosomen.

Vrouw = XX
Man = XY

Slide 10 - Diapositive

Aan de slag
Maken opdrachten Thema 3 basisstof 1 + 2:
1 t/m 9  &  12 t/m 16

Klaar? Bij mij laten controleren
Gecontroleerd? --> nakijken met nakijkboekje
Nagekeken? --> Schrijf de begrippen met betekenis op in je schrift.

Slide 11 - Diapositive

Opdracht uit boek
Opdracht 9 blz 101

Slide 12 - Diapositive