KDN Les 2: Planten

KDN Les 2
Planten
1 / 32
suivant
Slide 1: Diapositive
NatuurPrimary EducationAge 7

Cette leçon contient 32 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

KDN Les 2
Planten

Slide 1 - Diapositive

Aan het einde van de les ken jij:
  • de functie van planten
  • wat een plant nodig heeft om te groeien
  • de onderdelen van een plant
  •  de bouw van een plant
  •  de functie van bladeren

Slide 2 - Diapositive

Waarom zijn planten
belangrijk ?

Slide 3 - Carte mentale

De belangrijke functie van een plant
Een plant maakt zuurstof. Wij ademen zuurstof in. We hebben zuurstof nodig om in het leven te blijven.
Wij ademen koolzuurgas uit. Planten ademen koolzuurgas in en zuurstof uit.

Slide 4 - Diapositive

Wat ademen wij uit?
A
zuurstof
B
koolzuurgas
C
koolstofdioxide
D
water

Slide 5 - Quiz

Denk jij dat een plant
zuurstof nodig heeft?

Slide 6 - Carte mentale

Slide 7 - Vidéo

Onderdelen van een plant
Een plant bestaat uit verschillende delen.

In de grond: de wortels.
Boven de grond: de boomstam (bij bomen) of stengel (bij kleinere planten), takken, bladeren, bloem, vrucht en zaad. 

Slide 8 - Diapositive

Hoe groeit een plant?
Een plant heeft om te groeien voldoende zonlicht, water en vruchtbare grond nodig.
Daarnaast gebruikt een plant gassen uit de lucht en heeft het ook voldoende ruimte nodig.

Slide 9 - Diapositive

De wortels 
Je hebt zowel de dikke als de dunne wortels. 
In de dikke wortels bewaart een plant reservevoedsel voor de tijd 
van droogte. 
De dunne wortels (haarwortels) zuigen water en vitamines uit de grond.

Slide 10 - Diapositive

De wortels 
De wortel van een plant heeft 2 taken:

1. De wortel moet de plant vasthouden in de grond.

2. De wortel moet water en voedsel in de grond zoeken.


Slide 11 - Diapositive

Wat is de functie van de wortels van een plant?
A
Voortplanting van de plant bevorderen
B
Stabiliteit van de plant bieden
C
Opname van water en voedingsstoffen
D
Zorgen voor fotosynthese

Slide 12 - Quiz

Wat is de functie van de stengel van een plant?
A
Opname van zonlicht
B
Ondersteuning van de bladeren
C
Transport van water en voedingsstoffen
D
Opname van koolstofdioxide

Slide 13 - Quiz

Hoe ademt een plant?
Planten ademen met:
a. De bast (buitenkant van de stam of stengel).
b. De huidmondjes aan de onderkant van de bladeren.

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Vidéo

Wat is de functie van de bladeren van een plant?
A
Ademhaling
B
Verdamping van water
C
Fotosynthese
D
Opname van mineralen uit de bodem

Slide 16 - Quiz

Bouw van een plant
De planten bestaan uit cellen.

De cellen zitten in de wortel, het hout, en het blad. 

Cellen zijn hol en houden water vast.

Slide 17 - Diapositive

Boomstam
Een boomstam heeft jaarringen.
 
Elke jaarkring is een jaar van de boom.

Slide 18 - Diapositive

Boomstam
Het middenstuk van een boomstam is het kernhout. Het is droog en hard. 
Eromheen zijn zachte cellen, hierdoor gaat het water en de voedingsstoffen naar de bladeren.

Slide 19 - Diapositive

Wat is de definitie van kernhout?
A
Het hout dat groeit aan de takken van de boom
B
Het hout dat gebruikt wordt voor meubels
C
Het hout in de buitenste ringen van de boomstam
D
Het hout in het centrale deel van de boomstam

Slide 20 - Quiz

De bladeren van een plant
De bladeren zijn de fabrieken van de plant. 

Met behulp van zonlicht veranderen ze koolzuurgas, stikstof en fosfor in: suiker, zetmeel, eiwit, ijzer en vet.

Slide 21 - Diapositive

Waar vindt fotosynthese plaats?
A
In de wortels van planten.
B
In de stengels van planten.
C
In de bloemen van planten.
D
In de bladeren van planten.

Slide 22 - Quiz

Welke stoffen zijn nodig voor fotosynthese?
A
Zonlicht, water en koolstofdioxide.
B
Voedingsstoffen, water en koolstofdioxide.
C
Zuurstof, water en zonlicht.
D
Chlorofyl, zuurstof en zonlicht.

Slide 23 - Quiz

Wat is fotosynthese?
A
Het proces waarbij planten zuurstof uitstoten.
B
Het proces waarbij planten koolstofdioxide uitstoten.
C
Het proces waarbij planten water opnemen.
D
Het proces waarbij planten zonlicht gebruiken om voedsel te maken.

Slide 24 - Quiz

Transport
De bladeren sturen via de bast, het voedsel naar de bewaarplaatsen. 

Haal je de bast weg, dan gaat de plant dood.

Slide 25 - Diapositive

Bewaarplaatsen
Zetmeel: in de wortels
Suiker: in zoete vruchten en de stam 
IJzer: in groene bladeren
Vet: in palmvruchten
Eiwit: in bonen
Palmolie van Nutella

Slide 26 - Diapositive

Welke voedingsstof wordt in vruchten en de stam bewaard?
A
suiker
B
zetmeel
C
eiwit
D
ijzer

Slide 27 - Quiz

Welke voedingsstof wordt in de wortels bewaard?
A
suiker
B
zetmeel
C
eiwit
D
ijzer

Slide 28 - Quiz

Welke voedingsstof wordt in bonen bewaard?
A
suiker
B
zetmeel
C
eiwit
D
ijzer

Slide 29 - Quiz

Welke voedingsstof wordt in de bladeren bewaard?
A
suiker
B
zetmeel
C
eiwit
D
ijzer

Slide 30 - Quiz

Oudere bladeren
Oude bladeren krijgen een kurklaag bij de steel van het blad. Het blad krijgt geen water meer. Het blad wordt geel en valt af.

In de tijd van droogte, worden oude bladeren geel. Als de bladeren slap hangen, hebben ze water nodig.

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive