Les 6 Acute situaties en steunkousen

Steunkousen
1 / 48
suivant
Slide 1: Diapositive
HelpendeMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 48 diapositives, avec diapositives de texte et 8 vidéos.

Éléments de cette leçon

Steunkousen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lymfoedeem

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Spataderen

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Trombose

Slide 7 - Diapositive

Lymfoedeem is een onderhuidse ophoping van vocht en eiwitten, aangeboren of door beschadiging lymfestelsel (bijv kanker)
5 symptomen van een trombosebeen:
  • vrij snel optredende zwelling van één been
  • zwaar gevoel of pijn in het been
  • rode of juist blauwachtige verkleuring van het been
  • lichte temperatuursverhoging
  • strakgespannen huid van 
  • been (rood en glanzend)

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verschillende uitvoeringen
 tot de knie of de lies of een steunpanty

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

open en gesloten teen

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

  Juiste houding                                  Gebruik een Care chair

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Hulpmiddelen 




                        

                                Eritek

Slide 13 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

steunkousen met een open teen
Steunkous met open teen aantrekken
                    met hulpmiddelen

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

E-learning:
https://www.free-learning.nl/modules/steunkousen/start.html

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vaardigheid;
Film kijken, dan oefenen

Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 17 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 20 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Steunkousen met gesloten teen 
aan- en uittrekken met hulpmiddel

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 24 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

aandachtspunten
  • Voordat zorgvrager uit bed gaat, kous aan
  • Let op links en rechts / Is het been droog en schoon
  • Gebruik hulpmiddelen
  • Tenen vrij / twee vingers onder de knie / geen rimpels
  • Let op huidbeschadigingen
  • Controleer bloedcirculatie (knellen, tintelingen, irritatie,)
  • In overleg ‘s-nachts uittrekken

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vilans protocollen
Steunkousen aantrekken met Steve
Steunkousen aantrekken met doff 'n donner
Steunkous aantrekken; gesloten teenstuk met glijzak
Steunkous aantrekken; open teenstuk met glijzak

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Acute en lastige situaties

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Acute en lastige situaties
Acute situaties                                                      Lastige situaties
* Flauwte                                                              * Zorgweigering
* Epilepsie                                                           * Agressie
* Beroerte                                                            * Geen toegang tot de 
* Hypo/hyper                                                          woning
* Stikken/verslikken      
* Bloedneus                                                 

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Flauwte
Wat is een flauwte?
 Een flauwte is een tijdelijk tekort aan zuurstof in de hersenen.

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zie je?
  • Geeuwen,
  • Transpireren,
  • Duizelig/licht in het hoofd.

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat doe je?
  • Verwijder strakke kleren
  • Laat het slachtoffer 10 minuten op zijn rug op de grond liggen.
  • Zorg voor frisse lucht
  • Laat het slachtoffer na 10 minuten voorzichtig overeind komen zitten.
  • Bied het slachtoffer alleen wat te drinken aan wanneer het slachtoffer deze handeling zelf kan uitvoeren.
  • Bel 1-1-2 bij: bewusteloosheid (wegrakingen), flauwte in combinatie met pijn op de borst of hartkloppingen en flauwte in combinatie met hevige buik- of rugpijn.

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Oorzaken
- Lage intake (eten/ drinken)
- Omgeving (warm/ koud)
- Lage bloeddruk
- Angst/ hyperventileren

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Epilepsie
Wat is epilepsie?
Epilepsie is een aandoening die zich uit in de vorm van aanvallen (epileptische aanval). 

Wat is de oorzaak van een epileptische aanval?
Ze ontstaan door een plotselinge, tijdelijke verstoring van de elektrische prikkeloverdracht in de hersenen.

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zie je bij een kleine aanval?
  • Het slachtoffer voelt vreemde tintelingen
  • Het slachtoffer kan vreemde geluiden horen
  • Het hoofd en de ogen van het slachtoffer kunne ongecontroleerde bewegingen maken.
  • Het slachtoffer kan een tijdje voor zich uitstaren en niet reageren op de omgeving.

Wat zie je bij een grote aanval?
  • Bewusteloosheid
  • Wegdraaiende ogen
  • Het slachtoffer maakt schokkende, ongecontroleerde bewegingen.
  • Het slachtoffer kwijlt en kan schuim op de mond hebben. Het schuim kan bloedig zijn als het slachtoffer op zijn tong bijt.
  • Het slachtoffer kan zijn of haar urine en ontlasting laten lopen
  • Blauwe huidskleur

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat doe je?
  • Blijf bij het slachtoffer
  • Blijf kalm
  • Probeer ongecontroleerde bewegingen niet tegenhouden
  • Bel de huisarts of huisartsenpost wanneer een kleine aanval niet binnen enkele minuten vanzelf overgaat.
  • Adviseer het slachtoffer contact op te nemen met de huisarts bij een eerste aanval.
  • Bij een grote aanval bel je 112

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Epilepsie

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Beroerte
Wat is een beroerte?
Een beroerte is een stoornis die optreed door het gevolg van een hersenbloeding of een herseninfarct.

Wat is een TIA?
Een TIA is een kortdurende afsluiting van een bloedvat in de hersenen met tijdelijke uitvalsverschijnselen.

Slide 37 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Beroerte
Vraag: Wat is de oorzaak van een beroerte?
  • Bij een hersenbloeding komt er bloed vrij op plaatsen waar het niet hoort. De schedel vult zich met bloed waardoor de hersenen onderdruk komen te staan.
  • Bij een herseninfarct sluit een bloedprop(je) een deel van de bloedvoorziening in de hersenen af waardoor delen van de hersenen niet meer van zuurstofrijk bloed voorzien worden. 

Slide 38 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat doe je?
  • Doe de mond, spraak en arm (msa)test of de face, arm, speech and time (fast)test.
  • Bel 1-1-2 wanneer je denkt dat het slachtoffer een beroerte heeft.
  • Bel 1-1-2 wanneer het slachtoffer bewusteloos is en leg het slachtoffer in de stabiele zijligging.

Slide 39 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Bloedsuikers niet in balans...
  • Bij diabetes maak je zelf geen insuline aan
  • Met medicatie en voeding in evenwicht houden
  • Mensen controleren dit zelf en passen voeding of medicatie hierop aan
  • Hypo / Hyper 





Slide 40 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Te lage bloedsuikergehalte (Hypo)
Ontstaat door onvoldoende eten zonder aanpassing insuline
Wat zie / hoor je?
  • Licht in het hoofd
  • Ziet bleek
  • Heeft hoofdpijn, is duizelig, ziet dubbel of wazig
  • Trilt, gaapt, zweet
  • Gedraagt zich anders dan normaal, kan agressief worden
  • Wordt steeds suffer, kan uiteindelijk bewusteloos raken


Slide 41 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Te lage bloedsuikergehalte (Hypo)
Wat doe je?
  • Bel 112 bij bewusteloosheid
  • => Leg slachtoffer op de zij, liefst in stabiele zijligging

  • Geef slachtoffer suikers 
  • => voorkomt stoornis bewust zijn
  • Eerst snelle koolhydraten (limonade, druivensuiker)
  • Vervolgens langwerkende koolhydraten (boterham, vla o.i.d.)





Slide 42 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Te hoge bloedsuikergehalte (Hyper)
Ontstaat door te veel vochtverlies of te weinig insuline

Wat zie / hoor je?
  • Wordt langzaam steeds zwakker / slaperiger
  • Ademt moeilijker: snel en/of diep
  • Kan soms ook braken


Slide 43 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Te hoge bloedsuikergehalte (Hyper)
Wat doe je?
  • Bel 112 bij bewusteloosheid
  • => Leg slachtoffer op de zij, liefst in stabiele zijligging

  • Bel met spoed huisarts om insuline opnieuw in te stellen 





Slide 44 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 45 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 46 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Stelpen van bloedneus
* Laat cliënt een keer snuiten
* Stimuleer de cliënt om te gaan zitten
* Laat de cliënt zijn neus vlak onder het neusbeen dichtknijpen
* Controleer of het bloeden na 5 minuten is gestopt
* Neem contact op met een collega als dit niet zo is
* Rapporteer wat je hebt gezien

Slide 47 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Lastige situaties
Wat doe je als:
* Cliënt de zorg weigert?
* Cliënt agressief is?
* Cliënt je geen toegang geeft tot de woning of kamer?

Slide 48 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions