Les 37.1- leerdoel 2 en 3

• Natuurkunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Les 37.2
capaciteit en weerstand

Lesplanning:

1. Uitleg capaciteit
2. Afronden leerdoel 2
3. Uitleg weerstand

Welk woord mist

Behaalde punten:

Lichtgroen: 17

Geel: 12

Blauw: 9

Oranje & groen: 8

Roze: 7

Lichtblauw: 6

Tip:
In Teams staat de uitwerking. Lees deze nog eens door om een beter beeld te krijgen van de begrippen spanning, stroomsterkte en lading.

Een gloeilampje is aangesloten op een spanningsbron. Je verdubbeld de spanning die de spanningsbron levert. Het totale vermogen dat de bron levert
is ...

1. twee keer zo groot.
2. vier keer zo groot.
3. tussen de twee en vier keer zo groot.
4. meer dan vier keer zo groot.

Alvast vooruitlopend op paragraaf 4. 

Een gloeilampje is een PTC dat wil zeggen dat de weerstand toeneemt als de temperatuur toeneemt. Bij een grotere spanning neemt de temperatuur van het lampje toe en daarmee ook de weerstand. Daarom wordt de stroomsterkte minder dan twee keer zo groot wanneer de spanning verdubbeld en daarom zal het vermogen tussen de twee en vier keer zo groot worden.

Capaciteit

De hoeveelheid lading die in een batterij is opgeslagen uitgedrukt in mAh.

Capaciteit

De hoeveelheid lading die in een batterij is opgeslagen uitgedrukt in mAh.

1 uur lang 2600 mA 

2 uur lang 1300 mA

0,5 uur lang 5200 mA

Oefenopgave 1

Op de batterij in de afbeelding wordt een lampje aangesloten. Door dit lampje loopt een stroom van 0,6 A. Bereken hoe lang het duurt voordat de batterij leeg is. 

Oefenopgave 2

Op de 1,5 V-batterij in de afbeelding wordt een klok met een vermogen van 8,0 mW aangesloten. Bereken hoe lang het duurt voordat de batterij leeg is. 

Aan de slag

Afronden leerdoel 2 - volgens de studiewijzer

Maak de check op een los blaadje. Zodat je deze in kan leveren.

4, 

Leerdoel 3
Weerstand en geleidbaarheid

Je kan uitleggen hoe de stroomsterkte afhangt van de weerstand en waardoor deze weerstand wordt bepaald. Tevens kan je de weerstand van een apparaat en van een draad berekenen.

Waar denk je aan bij weerstand?

Weerstand 

De weerstand bepaalt hoeveel
stroom er loopt bij een bepaalde
spanning. 

Grootte weerstand 🡪
kleine stroomsterkte

               De weerstand van een draad

                                           Elektronen stoten in hun weg van de – pool naar de
                                          + pool tegen ionen aan 🡪 weerstand. 

hangt af van ...

• De lengte van de draad l (m)
  Het verband tussen R en l is recht
  evenredig.
• De doorsnede A (m²)
  Het verband tussen R en A is omgekeerd
  evenredig.
• De soortelijke weerstand ρ (Ωm)

De weerstand van een draad

R=​A​​ρ⋅l​​

De lengte van de draad

De doorsnede van de draad

Draden in een schakelschema

Weerstand en temperatuur

Weerstand en temperatuur

Light Depending Resistor (LDR)

De weerstand van een LDR neemt af wanneer er meer licht op de LDR schijnt.

Aan de slag

Starten met leerdoel 3 - volgens de studiewijzer

Vandaag is het les 37.2 bij aanvang van les 38.2 lever je de check van leerdoel 3 in.

4, 

Waarom brandt het ene lampje minder fel dan het andere lampje?

De transformator

Klokhuis