Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
DRUK
Slide 1 - Diapositive
lesdoel, aan het einde van de les weet je :
Druk is de kracht verdeeld over een oppervlak
weet je het verschil tussen kracht en druk.
kun je werken met de formule P=F/A
Slide 2 - Diapositive
DRUK
Druk is de kracht die een voorwerp op een bepaald oppervlak uitoefent.
Slide 3 - Diapositive
Verschil tussen kracht en druk?
Een kracht oefen je uit op een voorwerp. De kracht wordt uitgedrukt in newton.
Druk is de kracht die een voorwerp uitoefent op een oppervlakte.
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Zwaartekracht berekenen:
Om de zwaartekracht op een voorwerp te berekenen gebruik je de formule F = mg
Waar g = 10 N/kg
Slide 7 - Diapositive
Formule
P=AF
F = Kracht
Eenheid = Newton
P = Druk
Eenheid = Pascal
A = Oppervlakte
Eenheid =
m2
Slide 8 - Diapositive
Stappen bij berekeningen
Gegevens
Gevraagd
Formule
Berekening
Antwoord met juiste eenheid
Slide 9 - Diapositive
Slide 10 - Diapositive
Wat geeft meer druk de naaldhakken van Angelina Jolie of een olifantenpoot?
Slide 11 - Diapositive
Een mannetjesolifant weegt ongeveer 5000 kg. De oppervlakte van een poot is 0,025 m². Hoe groot is de zwaartekracht die de olifant uitoefent: ? Hoeveel oppervlakte hebben 4 poten samen: ? Hoe groot is nu de druk: ?
Slide 12 - Question ouverte
Angelina weegt ongeveer 60 kg. De oppervlakte van een hak is 0,0005 m². Hoe groot is de zwaartekracht die Angelina uitoefent: ? Hoeveel oppervlakte hebben beide naaldhakken: ? Hoe groot is nu de druk: ?