Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Herhaling zinsdelen hoofdstuk 3 hen/hun/zij
Nederlands
Herhaling zinsdelen hoofdstuk 3
Nodig:
LessonUp
Eventueel een schrift om aantekeningen te maken voor jezelf
1 / 20
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Cette leçon contient
20 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
La durée de la leçon est:
30 min
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Nederlands
Herhaling zinsdelen hoofdstuk 3
Nodig:
LessonUp
Eventueel een schrift om aantekeningen te maken voor jezelf
Slide 1 - Diapositive
Wat gaan we doen?
Herhalen en oefenen:
Hen/hun/zij
Basiskennis nodig:
Lijdend voorwerp (zinsdeel)
Meewerkend voorwerp (zinsdeel)
Voorzetsel (woordsoort)
Slide 2 - Diapositive
Lijdend voorwerp
Lv - ondergaat
alle werkwoorden
in de zin (wg)
Wie/wat +
wg
+ ond?
Wim - zag - het journaal
Slide 3 - Diapositive
Meewerkend voorwerp
Aan wie/ voor wie-vraag
Johan gaf zijn vrienden een cadeau.
Lisa schonk een glas ranja voor haar vader in.
Slide 4 - Diapositive
timer
1:00
Voorzetsel
Slide 5 - Carte mentale
Hun/hen en zij
Stap 1) Theorie
Slide 6 - Diapositive
Hun
‘Hun’ gebruik je in twee gevallen.
1. Als bezittelijk voornaamwoord.
Gisteren hebben de buren hun auto verkocht.
2. Als meewerkend voorwerp
zonder
voorzetsel.
Hij geeft hun straf.
Slide 7 - Diapositive
Door de tropische stormen is ( zij / hun / hen )
vakantie in het water gevallen.
A
zij
B
hun
C
hen
Slide 8 - Quiz
Hen
‘Hen’ gebruik je in twee gevallen.
1. Als lijdend voorwerp.
Ik zie hen daar lopen.
2. Als meewerkend voorwerp
met
voorzetsel.
Ik heb de bal
aan
hen gegeven.
Als je een voorzetsel ziet...
Ik heb
met
hen overlegd.
Slide 9 - Diapositive
Die lelijke groene auto is van ( zij / hun / hen ).
A
zij
B
hun
C
hen
Slide 10 - Quiz
Ze
‘Ze/zij’ gebruik je als onderwerp.
Ze
hebben een auto gekocht.
Zij
heeft nog nooit iets gekookt.
Vuistregel: Hun is
nooit
het onderwerp
Gebruik
ze
of
zij
Slide 11 - Diapositive
Is de auto van ... of van jullie?
A
hun
B
hen
C
ze
Slide 12 - Quiz
... werden wakker met een fikse kater.
A
Hun
B
Hen
C
Zij
Slide 13 - Quiz
Ik heb helemaal geen zin om naar dat gezeur van ...
te luisteren.
A
hun
B
hen
C
zij
Slide 14 - Quiz
... hebben ...
best gedaan een vaccin te ontwikkelen.
A
Zij/ze
B
Hun/hun
C
Zij/hun
D
Hen/ze
Slide 15 - Quiz
Dit huis is ... te duur.
A
hun
B
hen
C
ze
D
zij
Slide 16 - Quiz
Vragen?
Verder oefenen (eigen verantwoordelijkheid):
- lezen
- woordenschat
- grammatica zinsdelen
- formuleren
- spelling
Slide 17 - Diapositive
https:
Slide 18 - Lien
https:
Slide 19 - Lien
https:
Slide 20 - Lien
Plus de leçons comme celle-ci
Stijl: hun/hen
December 2020
- Leçon avec
16 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Les 5 (21 september 2024)
September 2024
- Leçon avec
20 diapositives
Nederlands
Secondary Education
Age 12
LV&MV
February 2024
- Leçon avec
15 diapositives
Nederlands
Secundair onderwijs
NN 1 - Grammatica 4+5z - Lijdend voorwerp en Meewerkend voorwerp
September 2023
- Leçon avec
36 diapositives
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Lijdend vw/meewerkend vw
May 2022
- Leçon avec
22 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo g
Leerjaar 1
V2 Grammtica 6
October 2022
- Leçon avec
28 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
2 KM H5 Bijwoordelijke bepaling
June 2022
- Leçon avec
37 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vmbo b, k
Leerjaar 2
Oefentoets zinsdelen H1, 2, 3, 5, 6
February 2021
- Leçon avec
26 diapositives
Nederlands
Middelbare school
vwo
Leerjaar 1