Cette leçon contient 22 diapositives, avec diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 30 min
Éléments de cette leçon
Leerdoelencheck
Hoofdstuk 2 Meetkunde
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen hoofdstuk 2
Ik kan de 16 windrichtingen aanwijzen op een kaart
Ik kan een koers behalen met een koershoekmeter of geodriehoek
Ik kan werken een schaal op een kaart
Ik kan een afstand op een kaart omrekenen met gebruik van de schaal
Ik kan de afstand hemelsbreed en over de weg berekenen op een kaart
Ik kan uitleggen wat er op een hoogtekaart staat op elke plaats
Ik kan een verticale doorsnede tekenen van een landschap
Ik kan een doorsnede uit een ruimtefiguur op ware grootte tekenen
Ik kan een lichaamsdiagonaal berekenen in een ruimtefiguur
Ik kan verschillende aanzichten herkennen en tekenen
Ik kan de eigenschappen van hoeken gebruiken voor het berekenen van hoeken in een vlak figuur
Slide 2 - Diapositive
Wat ga je doen
Je krijgt per leerdoel een korte vraag. Het antwoord op deze vraag ga je in je schrift opschrijven. Aan het eind kijk je je antwoorden na en ga je invullen welke leerdoelen je al wel en welke je nog niet beheerst.
Succes!
Slide 3 - Diapositive
Leerdoel 1
Ik kan de 16 windrichtingen aanwijzen op een kaart
Voor deze vraag heb je het werkblad nodig dat je hebt gekregen.
Jani vaart van Den Oever naar Hindelopen. Welke windrichting hoort ongeveer bij deze koers?
Slide 4 - Diapositive
Leerdoel 2
Ik kan een koers behalen met een koershoekmeter of geodriehoek
Voor deze vraag heb je weer het werkblad nodig dat je hebt gekregen.
Thijs vaart van Enkhuizen naar Stavoren. Welke koers hoort hierbij?
Slide 5 - Diapositive
Leerdoel 3
Ik kan werken met een schaal op een kaart
Bij de schaal die op het werkblad staat onder het kaartje hoort:
1 cm op de kaart is ...... km in het echt
Slide 6 - Diapositive
Leerdoel 4
Ik kan een afstand op een kaart omrekenen met gebruik van de schaal
De schaallijn hieronder hoort bij een kaart. Isa meet op de kaart dat de afstand tussen twee plaatsen 7 cm is. Hoeveel km is de afstand tussen deze twee plaatsen?
Slide 7 - Diapositive
Leerdoel 5
Ik kan de afstand hemelsbreed en over de weg berekenen op een kaart
Nova heeft uitgerekend dat de afstand tussen twee plaatsen hemelsbreed 50 km is. Hoeveel km is dat over de weg?
Slide 8 - Diapositive
Leerdoel 6
Ik kan uitleggen wat er op een hoogtekaart staat op elke plaats
Op welke hoogte ligt punt B op
de hoogtekaart van hiernaast?
Slide 9 - Diapositive
Leerdoel 7
Ik kan een verticale doorsnede tekenen van een landschap
Teken op het werkblad de verticale doorsnede langs de lijn GH
Slide 10 - Diapositive
Leerdoel 8
Ik kan een doorsnede uit een ruimtefiguur op ware grootte tekenen
Teken in je schrift diagonaalvlak
BCHE op ware grootte.
Schrijf ook op hoe je de lengte van BE
hebt berekend.
Slide 11 - Diapositive
Leerdoel 9
Ik kan een lichaamsdiagonaal berekenen in een ruimtefiguur
Bereken de lengte van DF
Rond af op 1 decimaal.
Slide 12 - Diapositive
Leerdoel 10
Ik kan verschillende aanzichten herkennen en tekenen
Teken het vooraanzicht, het rechteraanzicht en het bovenaanzicht in je schrift. Schrijf in het bovenaanzicht hoeveel kubussen op elkaar staan.
Slide 13 - Diapositive
Leerdoel 11
Ik kan de eigenschappen van hoeken gebruiken voor het berekenen van hoeken in een vlak figuur
In driehoek ABC zijn 3 deellijnen getekend. Ze snijden elkaar in punt M. Bereken hoek M1
Schrijf je berekeningen op in je schrift.
Slide 14 - Diapositive
Antwoorden
Op de volgende dia's staan de antwoorden. Kijk je eigen gemaakte werk kritisch na en schrijf op welke doelen je al wel goed kan en welke je nog mee moet oefen en hulp bij moet vragen. Aan het eind vul je dit in, in een formulier.
Slide 15 - Diapositive
Oost
13o
5 km
42 km
60 km
300 m
zie volgende dia
zie hiernaast
Slide 16 - Diapositive
Slide 17 - Diapositive
9.
10.
Slide 18 - Diapositive
11.
Slide 19 - Diapositive
En nu?
Op de volgende dia klik je op de link en vul je in welke leerdoelen je al kan en welke je nog mee moet oefenen en extra hulp bij nodig hebt. Als laatste zie je op de laatste dia een overzicht van de leerdoelen en welke opdrachten je nog zou kunnen maken om extra te oefenen.