Paragraaf 2.1

• Wiskunde
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Wat was je antwoord op opdracht 65?

Wat gaan we deze les doen?

-Leerdoelen hoofdstuk 2

-Lesdoel deze les

-Uitleg: koers (bepalen)

-Uitleg Schaal

-Aan de slag

Leerdoelen dit hoofdstuk

-Ik kan koers bepalen met een koershoekmeter

-Ik kan afstand berekenen met een schaal of schaallijn

-Ik kan hoogtekaarten aflezen

-Ik kan verticale doorsneden tekenen

-Ik kan de lichaamsdiagonalen berekenen m.b.v. de stelling van pythagoras

-Ik kan aanzichten aflezen en tekenen

-Ik kan de ruimtefiguren opnoemen

-Ik kan eigenschappen van ruimtefiguren gebruiken om vragen te beantwoorden

Lesdoel deze les

Ik kan verschillende windrichtingen aanwijzen op mijn koershoekmeter

Ik kan koers bepalen met mijn koershoekmeter

Ik kan afstand berekenen met een schaal (of schaallijn)

Uitleg: windrichtingen

Nooit Op Zondag werken

Met je koershoekmeter kun je graden koppelen aan de windrichting (oosten is 90 graden)

Welke windrichting hoort bij het zuiden?

1. 0
2. 90
3. 180
4. 270

Welke windrichting hoort bij het NoordOosten?

1. 0
2. 45
3. 90
4. 315

Koers bepalen

Je kunt met je koershoekmeter het aantal graden aflezen. 

Teken hiervoor een rechte lijn tussen twee plaatsen. 

Plaats de noordpijl omhoog en leg de rode lijn op de rechte lijn. 

Je kunt nu het aantal graden (de koers) aflezen

Schaal

Schaal 1 : 800 000 betekent 1cm is in het echt 800 000 cm

Je kunt bij kaarten een schaallijn tekenen als je de schaal weet.

Voor afstanden over de weg zeggen we:

afstand over de weg = 1,2 x afstand hemelsbreed

Aan de slag

Wat? Opdracht 1, 2, 7, 8, 10, 13 en 15 (blz. 68 t/m 75)

Hoe? Gebruik de koershoekmeter en je geodriehoek om nauwkeurig te meten.

Waarom? De verschillende onderdelen van paragraaf 2.1 leren

Extra hulp? Je kunt per onderdeel de opdrachten maken die je nu overslaat. Dit mag maar hoeft niet, het kan simpelweg helpen om verschillende onderdelen beter onder de knie te krijgen

Hulp? Steek je hand op.