intro

Wat gaan we doen?

Introductie opdracht wereldbevolking
Bevolkingskenmerken bespreken
Werkblad maken

Lesdoelen
Je weet hoe de wereldbevolking nu en in de toekomst is verdeeld over de wereld. 

Je weet wat het bevolkingsgroei, krimp en natuurlijke- en sociale bevolkingsgroei is. 
1 / 26
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 26 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Wat gaan we doen?

Introductie opdracht wereldbevolking
Bevolkingskenmerken bespreken
Werkblad maken

Lesdoelen
Je weet hoe de wereldbevolking nu en in de toekomst is verdeeld over de wereld. 

Je weet wat het bevolkingsgroei, krimp en natuurlijke- en sociale bevolkingsgroei is. 

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Jonge bevolking
  • 60% van de bevolking is jonger dan 25 jaar.
  • Gemiddeld krijgen vrouwen 4 kinderen
  • Maar de zuigelingensterfte is hoog en de levensverwachting slechts 65 jaar.

Slide 8 - Diapositive

Wat denk je dat de gemiddelde levensverwachting in Nederland is?

Slide 9 - Question ouverte

Bevolkingscijfers: absoluut en relatief
2 manieren om cijfers weer te geven:
  1. met absolute getallen
  2. met relatieve getallen → ‰ = per 1000
  • Met relatieve getallen kun je landen beter met elkaar vergelijken. 

Slide 10 - Diapositive

Geboortecijfer
  • 'Het gemiddelde aantal levendgeboren per 1000 inwoners per jaar'.
  • 1‰ = promillage = per 1000
  • Geboortecijfer van 12‰ betekent dat er per duizend inwoners gemiddeld 12 kinderen levend zijn geboren.
  • Door te werken met relatieve getallen, kun je landen met elkaar vergelijken.
Gambia
Nederland
Duitsland
België
Geboortecijfer (2018)
28,6‰
9,8
8,6
11,3

Slide 11 - Diapositive

Een land heeft 100.000 inwoners.
Het geboortecijfer is: 8‰
Hoeveel kinderen zijn er levend geboren?
A
8
B
80
C
800
D
8000

Slide 12 - Quiz

Sterftecijfer
  • 'Het gemiddelde aantal overleden per 1000 inwoners per jaar'.
  • 1‰ = promillage = per 1000
  • Sterftecijfer van 10‰ betekent dat er per duizend inwoners gemiddeld 10 personen zijn overleden.
Gambia
Nederland
Duitsland
België
Sterftecijfer (2018)
6,9‰
9
11,8
9,7

Slide 13 - Diapositive

Geboortecijfer: 10‰
Sterftecijfer: 7‰
Vraag: wat is de natuurlijke bevolkingsgroei?
A
10‰
B
3‰
C
7‰
D
17‰

Slide 14 - Quiz

Bevolkingsdichtheid
  • 'Het gemiddelde aantal inwoners per vierkante kilometer (inw/km2)'.
  • Gambia: 180 (een van de dichtstbevolkte landen van Afrika)
  • Meeste mensen wonen
     langs de kust.

Slide 15 - Diapositive

Beroepsbevolking
Wat voor werk doen de mensen in Gambia?
  • 75% werkt in de primaire sector (= landbouw)
    ⇒ Meesten zelfverzorgend: ze verbouwen
    voedsel voor eigen gebruik.
  • 19% werkt in fabrieken (= secundaire sector)
  • 6% werkt in de dienstensector (= tertiaire sector)

Slide 16 - Diapositive

In welke sector is een boer werkzaam?
A
Primaire sector
B
Secondaire sector
C
Tertiaire sector

Slide 17 - Quiz

In welke sector is een leraar werkzaam?
A
Primaire sector
B
Secondaire sector
C
Tertiaire sector

Slide 18 - Quiz

Voor de beste vergelijking van bevolkingscijfers tussen landen gebruik je:
A
Absolute getallen
B
Relatieve getallen

Slide 19 - Quiz

Wat is niet waar:
A
Gambia heeft een jonge bevolking
B
In Gambia worden mensen gemiddeld 65 jaar
C
De meeste mensen werken in Gambia in de primaire sector
D
Gambia heeft in vergelijking met andere Afrikaanse landen een lage bevolkingsdichtheid.

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Lien