Les 2

• Welzijn
• MBO
• Studiejaar 1

Didactiek

Wat hebben we de vorige les besproken?

Waar staat VID voor?

VID

V eilig

I ntensief

D oelmatig

Waar staan de 4 C's voor?

Geef een voorbeeld waar de 4 C's terugkomen.

Noem 3 mogelijkheden die kunnen helpen voor een intensieve les.

Wat helpt voor een intensief verloop. 

• Korte uitleg
•  Veel oefensituaties
• Vermijd lange wachtrijen
• Gebruik veel materiaal 
• Materiaal op tijd en goed klaarzetten
• Gebruik zoveel mogelijk dezelfde organisatievormen
• Begin op tijd
• Liever in kleine groepjes oefenen

Opstelling

De organisatie van de lesgever, de sporters en materiaal

De drie belangrijkste vaardigheden bij een organisatie 

• Het komen tot een opstelling
• Het aanpassen van een opstelling
• Het veranderen van een opstelling 

Het komen tot een opstelling

Tijdens de voorbereiding ga je nadenken over:

• Waar zet ik het materiaal neer
• Waar zet ik de sporters neer
• Waar ga ikzelf staan
• Waar moeten de sporters naar toe tijdens de oefening en wanneer is hij klaar

Het aanpassen van een opstelling

Na je uitleg ga je kijken of de organisatie loopt.

Je kijkt naar de les en stelt jezelf de volgende vragen:

• Is het veilig?
• Is er voldoende intensiteit?
• Snapt iedereen wat hij moet doen?
• Snapt iedereen waar hij heen moet?
  Loopt het niet, dan pas jij de les zo snel mogelijk aan. 

Het veranderen van de opstelling

Tijdens je les kan het voorkomen dat je de opstelling moet veranderen. 

• Probeer de verandering zo klein mogelijk te houden
• Vraag of de deelnemers de materialen willen verplaatsen
• Houd zelf het overzicht tijdens het veranderen

Pauze

verschillende opstellingen 

Boom digitaal

De 6 W's

• Wie moet de opdracht uitvoeren?
• Wat moeten ze doen?
• Waar moet het gebeuren?
• Wanneer op welk moment?
• Waarlangs, langs welke route? 
• Wat daarna, wat moeten de deelnemers na de opdracht doen?

Geef een duidelijk voorbeeld van de 6 W's

Noem de 6 w's

Maken opdracht 6,7,8,9&10

Daarmee klaar, ga verder met je lvb