O-uur Meten en Meetkunde les 1 - Tijd

Meten en Meetkunde - Tijd




Mevrouw Hollestelle
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenMiddelbare schoolvmbo, mavoLeerjaar 1,2

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Meten en Meetkunde - Tijd




Mevrouw Hollestelle

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen vandaag?

Slide 2 - Diapositive

Tijd...
Als je wilt zeggen hoe laat het is of hoe lang iets duurt, heb je het over tijd. Je kunt dan de woorden seconde, minuut, uur, dag, week, maand, jaar en etmaal gebruiken.

Slide 3 - Diapositive

timer
1:00
jaar
decennium
eeuw
millennium
kwartaal
etmaal
maand
100 jaar
1000 jaar
30 dagen
10 jaar
3 maanden
24 uur
52 weken

Slide 4 - Question de remorquage

Slide 5 - Lien

Hoelang duurt het voordat Paris Passion begint?

Stap 1 Wat moet je berekenen?
Hoeveel tijd zit er tussen de tijd op het horloge en de 
begintijd van Paris Passion?
'
Stap 2 Welke berekeningen horen daarbij?
Paris Passion begint om 20:15 uur, dus om kwart over 8 's avonds.
Op het horloge is het 5 minuten voor 8.
Reken nu uit hoeveel tijd ertussen zit.



Samen dus 20 minuten.
Stap 3 Wat is het antwoord?
De voorstelling begint over 20 minuten







Slide 6 - Diapositive

Het optreden van de Crystal
Fighters begint te laat. Het
begint pas om 19:25 uur.
Hoeveel minuten begint dit
optreden te laat?
A
24
B
34
C
25
D
35

Slide 7 - Quiz

De tijd is nu 15.20. Om 16.30 begint de voetbalwedstrijd. Hoeveel minuten duurt dat nog?
A
50
B
60
C
70
D
80

Slide 8 - Quiz

Iedere dinsdag en donderdag traint Joaquin van 17:15 - 18:45 uur. Het is nu dinsdagmiddag 2 voor 5.

Over hoeveel minuten begint de training van Joaquin?
A
12 minuten
B
17 minuten
C
27 minuten
D
22 minuten

Slide 9 - Quiz

Om 20:00 uur begint op RTV Rijnmond het journaal. Het is nu tien voor half acht. Over hoeveel minuten begint het Journaal?
A
40 minuten
B
60 minuten
C
30 minuten
D
45 minuten

Slide 10 - Quiz

Het is nu 7 minuten over 11. Om kwart voor 12 start er een voorstelling in Hyde Park.

Over hoeveel minuten begint die voorstelling?
A
39 minuten
B
28 minuten
C
33 minuten
D
33 minuten

Slide 11 - Quiz

Klok met wijzers
Een klok heeft een kleine en een grote wijzer. Je gaat nu eerst klokkijken met de kleine wijzer

De kleine wijzer geeft de uren aan. Op een klok staan 12 uren. Een dag duurt 24 uur, daarom gaat de kleine wijzer in een dag 2 keer rond. 


Slide 12 - Diapositive


Hoelaat is het
op deze klok?
A
9 uur
B
6 uur
C
7 uur
D
8 uur

Slide 13 - Quiz

Hoelaat is het op deze klok?
A
3 uur
B
5 uur
C
7 uur
D
9 uur

Slide 14 - Quiz

De grote wijzer op de klok
Er zit ook een grote wijzer op de klok. Met de grote wijzer kun je preciezer aflezen hoe laat het is. 

De grote wijzer gaat in een uur helemaal rond.






Tussen 4 uur en 5 uur gaat de kleine wijzer van de 4 naar de 5. Ondertussen gaat de grote wijzer helemaal rond. 

Slide 15 - Diapositive

Aan de grote wijzer kun je precies zien of het een heel uur of een half uur is.

Slide 16 - Diapositive

Kwart voor en kwart over
Als de grote wijzer op 15 minuten over het hele uur staat, noem je dat kwart over

Als de grote wijzer op 15 minuten voor het hele uur staat, noem je dat kwart voor.

Slide 17 - Diapositive

Hoe laat is het op deze klok?

Slide 18 - Question ouverte

Hoe laat is het op deze klok?

Slide 19 - Question ouverte

Hoe laat is het op deze klok?

Slide 20 - Question ouverte

:
:
Maak twee kloppende tijden bij de tijd op de klok.
10
10
10
22
2
20
5
2

Slide 21 - Question de remorquage

:
:
Maak twee kloppende tijden bij de tijd op de klok.
10
10
10
22
2
20
5
2

Slide 22 - Question de remorquage

De digitale klok
Er zijn ook digitale klokken. Op een digitale klok geeft het getal voor de : de uren aan. Als er 00 achter de : staat, is het een heel uur.



Het is 9 uur.

Slide 23 - Diapositive

Hoe laat is het op deze klok?
A
12 uur 's middags
B
12 uur 's nachts
C
2 uur 's middags
D
1 uur 's middags

Slide 24 - Quiz

Hoe laat is het op de klok?
A
kwart voor 11
B
11 minuten over 15
C
5 voor half 12
D
kwart over 11

Slide 25 - Quiz

De bus vertrekt vanavond om half 7. Hoe laat is dat op een digitale klok?
A
07:30
B
06:30
C
18:30
D
19:30

Slide 26 - Quiz

Welke klokken horen bij elkaar? Sleep de digitale klok.
11 : 00
18:00
21:00

Slide 27 - Question de remorquage

09:00
12:30
22:30
17:30
17:00
Sleep de klokken naar de juiste tijd.

Slide 28 - Question de remorquage

Dagdeel
Een dag heeft 24 uur. Op een digitale klok kunnen al deze uren staan. Aan de tijd op een digitale klok kun je zien wel dagdeel het is. 





Je ziet bijvoorbeeld dat 14:00 tussen 12:00 en 18:00 uur is. 14:00 is 's middags. 

Slide 29 - Diapositive

S"ochtends
S"middags
S"avonds
S"nachts.

Slide 30 - Question de remorquage

ochtend
middag
avond
nacht
01.30
09.45
21.10
16.50

Slide 31 - Question de remorquage

ochtend
middag
avond
nacht
04.30
09.45
21.10
16.50

Slide 32 - Question de remorquage

Minuten aflezen op de klok
Op een digitale klok kun je na de : de minuten aflezen. Dit kan je ook op een analoog klok.


Slide 33 - Diapositive

21 : 13
14 : 43
07 : 36
08 : 22
00 : 46
Sleep de klokken naar de juiste tijd.

Slide 34 - Question de remorquage