Cette leçon contient 41 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 45 min
Éléments de cette leçon
Welkom bij Nederlands!
Pak je pen, boek, map & schrift.
Oortjes & telefoon buiten lokaal.
Slide 1 - Diapositive
Vandaag
Info
Uitleg: Argumentatie
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 2 - Diapositive
Info
Vandaag: argumentatie.
Wat zijn argumenten?
Je moet dit in het eindexamen ook kunnen benoemen.
Waarom??
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 3 - Diapositive
Argumentatie
Ik wil de soorten argumenten bespreken.
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 4 - Diapositive
Argumentatie
Wat gebeurt er bij argumentatie?
Waar begint het mee?
Standpunt niet altijd expliciet in een tekst te vinden.
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 5 - Diapositive
Controleerbare feiten / onderzoek
Ervaring (empirisch)
Gezag/autoriteit
Vergelijking (analogie)
Voorbeelden
6. Nuttige/gewenste gevolgen
7. Ongewenste gevolgen
8. Veronderstellingen/ vermoedens
9. Persoonlijke overtuiging/geloof (moreel)
10. Emoties (emotioneel)
In dit boek onderscheiden ze de volgende soorten argumenten, op basis van...
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 6 - Diapositive
Argumenten
Argumenten kunnen...
Objectief
Subjectief
Verzwegen
...zijn
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 7 - Diapositive
Feitelijk argument
Argument is controleerbaar.
"Ik wil morgen naar het strand, want het wordt morgen mooi weer."
"Omdat het overgrote deel van de Nederlanders brood eet als lunch, wil ik een broodjeszaak beginnen."
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 8 - Diapositive
Ervaringsargument
Valide als het echt gebeurd is en de ervaring niet eenmalig is.
"Ik vind mijn tandarts niet zo goed; ik heb al drie keer complicaties gehad door een verkeerde behandeling."
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 9 - Diapositive
Nuttige/(on)gewenst gevolgen
"De lidstaten van de EU moeten effectief samenwerken, omdat alle inwoners van Europa daarmee gebaat zijn."
"Een verbod op wapens in de VS moet ingevoerd worden, want daarmee zal het aantal doden enorm afnemen."
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 10 - Diapositive
Veronderstelling/vermoeden
"Als we niet blijven bezuinigen, zal de Nederlandse staat de komende vijftig jaar niet meer uit de schulden komen."
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 11 - Diapositive
Vergelijkingsargument
Valide als de vergelijking klopt, als het gebaseerd is op feiten ipv gevoel/geloof/mening.
"In Nederland zal onderzoek moeten worden gedaan naar matchfixing ,
want in andere Europese landen vindt dit onderzoek ook plaats."
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 12 - Diapositive
Emotioneel argument
"Dat boek is echt geweldig. Het beschrijft precies de omgeving van mijn jeugd, het was zo herkenbaar."
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 13 - Diapositive
vwo twee extra
Gezagsargument
Moreel argument
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 14 - Diapositive
Voorbeeld
Maakt het niet per se meer valide, maar het argument spreekt wel meer tot de verbeelding.
"Nooit meer onzekerheid over de toekomst. Geen controles meer nodig. Geen mensen meer zonder inkomen. Het basisinkomen moet ingevoerd worden!"
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 15 - Diapositive
Gezag of autoriteit
Valide als iemand echt een expert is en het gebaseerd is op onderzoek.
"Deze shampoo werkt echt goed, volgens mijn kapper."
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 16 - Diapositive
Moreel argument
Gebaseerd op persoonlijke overtuiging of idealen. Ook geloof.
"Je moet geen vlees eten, want dieren zijn net zoveel waard als mensen."
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 17 - Diapositive
Ongewenste gevolgen
"We moeten echt minder gaan vliegen, want anders doen we het milieu enorme schade."
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 18 - Diapositive
Persoonlijke overtuiging
"Je mag niet stelen, want anders zondig je volgens de Bijbel."
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 19 - Diapositive
Opbouw argumentatie
Argumentatie kan op 3 manieren worden opgebouwd:
'want'-type argument
'dus'-type argument
mix van 'want' en 'dus'
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 20 - Diapositive
WANT
Standpunt
WANT
Argument(en)
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 21 - Diapositive
WANT
Als je op een motor gaat rijden, moet je motorkleding dragen.
WANT
Het is verplicht.
Je kunt vallen, waardoor je levensgewond kunt raken.
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 22 - Diapositive
DUS
Argument(en)
DUS
Conclusie (=standpunt)
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 23 - Diapositive
DUS
Het is verplicht.
Je kunt vallen, waardoor je levensgewond kunt raken.
DUS
Als je op een motor gaat rijden, moet je motorkleding dragen.
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 24 - Diapositive
MIX
Standpunt
WANT
Argument(en)
DUS
Conclusie
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 25 - Diapositive
MIX
Als je op een motor gaat rijden, moet je motorkleding dragen.
WANT
Het is verplicht.
Je kunt vallen, waardoor je levensgewond kunt raken. DUS Alles wijst erop dat je motorkleding moet dragen.
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 26 - Diapositive
Structuur
Argumentatiestructuur zegt iets over wat je argumenten met elkaar te maken hebben.
Enkelvoudige argumentatie
Meervoudige argumentatie
Vandaag
Info
Uitleg
ZS
Vragen?
Werken
Afsluiting
Slide 27 - Diapositive
Bij enkelvoudige argumentatie onderbouw je je standpunt met één argument.
HET WAS EEN LEUKE LES
⇑
DE DOCENT WAS IN EEN GOEDE BUI
Slide 28 - Diapositive
Bij meervoudige argumentatie gebruik je meer dan één argument.
Bij onafhankelijke argumenten staat ieder argument los van het andere. Deze vorm van argumentatie is de sterkste argumentatiestructuur.
Slide 29 - Diapositive
Bij meervoudige argumentatie met afhankelijke argumenten vormen twee deelargumenten samen een argument.
De argumenten onderbouwen samen het standpunt. Als je een van de twee ontkracht, klopt je argumentatie niet meer.
Slide 30 - Diapositive
Bij onderschikkende argumentatie ondersteunt een argument een ander argument.
Slide 31 - Diapositive
Een onderschikkende argumentatie bestaat altijd maar uit één argument bij het standpunt.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 32 - Quiz
Het Infinity College is een goede school. De leerlingen kunnen zich goed ontwikkelen.
A
enkelvoudige argumentatie
B
meervoudige onafhankelijke argumentatie
C
onderschikkende argumentatie
D
meervoudige afhankelijke argumentatie
Slide 33 - Quiz
Hij is geschikt voor deze baan als operateur, want hij heeft al 5 jaar werkervaring. Hij werkte hiervoor immers in dezelfde functie bij een Cinema Opera.
A
enkelvoudige argumentatie
B
meervoudige onafhankelijke argumentatie
C
onderschikkende argumentatie
D
meervoudige afhankelijke argumentatie
Slide 34 - Quiz
Deze school is een goede school. Het zit in een mooi gebouw en de leerlingen kunnen zich ontwikkelen.
A
enkelvoudige argumentatie
B
meervoudige onafhankelijke argumentatie
C
onderschikkende argumentatie
D
meervoudige afhankelijke argumentatie
Slide 35 - Quiz
Het Infinity College is een goede school. In de bovenbouw hangt een goede sfeer en in de onderbouw voelt iedereen zich veilig.