H8: herhaling + mindmap

H8 herhalingsles
- uitleg
- mindmap opdracht
- afsluiting: klasgenoot geeft tops en tips bij jouw mindmap
1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

H8 herhalingsles
- uitleg
- mindmap opdracht
- afsluiting: klasgenoot geeft tops en tips bij jouw mindmap

Slide 1 - Diapositive

Orgaan-stelsels werken samen zodat de spieren aan energie kunnen komen.
Verbranding: met glucose en zuurstof kunnen de spieren energie maken.

Slide 2 - Diapositive

8.1 het werkt
- ademhalingstelsel:

- verteringstelsel:

- bloedvatenstelsel:

- verbranding:

- brengt zuurtsof in de bloedstroom
- brengt glucose in de bloedstroom
- transport zuurstof + glucose naar spieren (+ organen)
- glucose + zuurstof -> energie + CO2 + water

Slide 3 - Diapositive

Orgaan-stelsels werken samen zodat de spieren aan energie kunnen komen.
- Verteringstelsel: brengt voedingsstoffen (glucose) in de bloedstroom.

- Ademhalingstelsel: brengt zuurstof in de bloedstroom.

- Bloedvatenstelsel transporteert glucose en zuurtsof naar de spieren.

Slide 4 - Diapositive

Lucht met zuurstof stroomt naar binnen!
 Lucht met CO2 stroomt naar buiten.

Slide 5 - Diapositive

Bloed stroomt door bloedvaatjes langs de longblaasjes.
Bloed neemt zuurstof mee.
Bloed geeft CO2 af.

Slide 6 - Diapositive

aantekeningen: 8.2 ademen

- ademhalingstelsel:

- 4 onderdelen:

- borst/buik-ademhaling:

- gaswisseling:


brengt zuurstof in het bloed

mond, luchtpijp, luchtpijptakjes, longblaasjes
ribben bewegen / middenrif beweegt
zuurstof in bloed, CO2 uit!

Slide 7 - Diapositive

Bloedplasma vervoert GLUCOSE!
Buisje 1:
Vers bloed
Buisje 2:
bloed van 1 dag oud

Slide 8 - Diapositive

Rode bloedcellen vervoeren ZUURSTOF!
Hoe dan?
Buisje 1:
Vers bloed
Buisje 2:
bloed van 1 dag oud

Slide 9 - Diapositive

Aan het oppervlakte van rode bloedcellen zit "Hemoglobine"
Hemoglobine is een eiwit dat zuurstof kan vast pakken.

Slide 10 - Diapositive

8.3 Bloed vervoert:
- bloedplasma:
- rode bloedcellen + hemoglobine:

- slagader
- ader
- haarvaten

vervoert glucose

vervoert zuurstof (+CO2)

: zuurstofrijk bloed
: zuurstofarm bloed
: dunne vaatjes lopen door spieren en organen

Slide 11 - Diapositive

1.) Grote bloedsomloop: bloed gaat langs alle organen.
2.) Kleine bloedsomloop: bloed gaat langs de longen.

Slide 12 - Diapositive

Het hart is een holle spier. 
Spier ontspannen = ruimte is groot, bloed stroomt binnen.
Spier spant aan = ruimte wordt kleiner, bloed stroomt eruit!
Hoe kan het hart bloed pompen / bloed verplaatsen?

Slide 13 - Diapositive

De hart-kleppen EN de kleppen in de slag-aders en aders...
zorgen ervoor dat het bloed in de goede richting stroomt...

Slide 14 - Diapositive

Hoe stroomt je bloed?
Naam v/h orgaan + slag-ader / ader.
Bijv. Nier-slagader.
of
Arm-ader.

Slide 15 - Diapositive

Teken opdracht
- maak een schematische tekening van de bloedsomloop:
- grote + kleine bloedsomloop.

- teken nauwkeurig de afbeelding uit de les na.

- straks gaan we met deze aafbeelding een aantal vragen beantwoorden.

Slide 16 - Diapositive

Glucose wordt opgenomen via de darmen. Via welk bloedvat komt de glucose IN het hart terecht?
A
Holle ader
B
Aorta
C
Longslagader
D
Longader

Slide 17 - Quiz

Een persoon rookt een sigaret. Langs welk bloedvat komt de nicotine in het hart?
A
Longslagader
B
Longader
C
Aorta
D
Holle ader

Slide 18 - Quiz

Een rode bloedcel stroomt door de aorta. In welk onderdeel van het hart komt de rode bloedcel als eerste terecht?
A
Linker helft
B
Rechter helft
C
Linker klep
D
Rechter klep

Slide 19 - Quiz

Welk bloedvat leidt bloed NAAR de lever?
A
Lever-ader
B
Lever-slagader
C
Nier-ader
D
Been-slagader

Slide 20 - Quiz

Welk bloedvat leidt bloed naar het been?
A
Been-slagader
B
Lever-slagader
C
Nier-ader
D
Been-ader

Slide 21 - Quiz

8.4 je bloed stroomt (deel 1)

- kleine bloedsomloop:


- grote bloedsomloop:







leidt bloed langs de longen (bloed haalt zuurstof op)

leidt bloed langs alle organen (zuurstof brengen)

Slide 22 - Diapositive

8.4 je bloed stroomt (deel 2)
- hart is dubbele pomp:


- boezem:

- kamer:
- hart-kleppen:

linker helft pompt bloed in grote bloedsomloop, rechter helft in kleine bloedsomloop
hierin wordt bloed opgevangen

drukt bloed in de omloop
bepalen richting bloedstroom

Slide 23 - Diapositive

Stel hier een vraag over iets dat je nog niet zo goed begrijpt.

Slide 24 - Question ouverte

Wat ging goed deze les? Wat

Slide 25 - Question ouverte