Nask thema 1

Natuurkunde- en scheikunde
- lessonup.app
- code invoeren
- eigen naam gebruiken
- mobiel ondersteboven
   op tafel leggen (scherm     naar beneden)
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon

Natuurkunde- en scheikunde
- lessonup.app
- code invoeren
- eigen naam gebruiken
- mobiel ondersteboven
   op tafel leggen (scherm     naar beneden)

Slide 1 - Diapositive

Planning:
- Inleiding in de natuurkunde-scheikunde
- Uitvindingen
- Waarnemingen
- Theorie en praktijk

Slide 2 - Diapositive

Natuurkunde 
 
                               Scheikunde
                                  
                                                         Biologie
 
                                                                       Wiskunde

Slide 3 - Diapositive

Maak een foto van een voorwerp in dit lokaal wat met NaSk te maken heeft. Personen mogen NIET in beeld zijn.

Slide 4 - Question ouverte

In de natuur- en scheikunde proberen we natuur-verschijnselen en processen te begrijpen.


Slide 5 - Diapositive

Biologie: gebruikt natuur- en scheikundige processen om de natuur beter te begrijpen.

Slide 6 - Diapositive

Uitvindingen en Ontdekkingen

Slide 7 - Diapositive

Slide 8 - Vidéo

Waarnemen en proeven doen

- Waarnemingen en verklaringen zoeken
- Experimenteren

Slide 9 - Diapositive

Kwalitatief onderzoek: het resultaat hiervan is alleen een uitspraak. Bijv. vloeibaar water kan verdampen of bevriezen.

Kwantitatief onderzoek: resultaten worden in getallen uitgedrukt. Bijv. Kokend water verdampt 108x zo snel als water van 20 graden.


Slide 10 - Diapositive

Paracetamol verminderd pijn
A
Kwalitatief
B
Kwantitatief

Slide 11 - Quiz

Er zijn alleen maar witte zwanen
A
Kwalitatief
B
Kwantitatief

Slide 12 - Quiz

Koeien geven bij een lichtsterke tussen 150 en 200 lux tot 10% meer melk.
A
Kwalitatief
B
Kwantitatief

Slide 13 - Quiz

Fotosynthese is meer een
A
Natuurkundig proces
B
Scheikundig proces

Slide 14 - Quiz

Theorie en Praktijk

N.a.v. een experiment kan je een theorie opstellen. Deze blijft juist tot het tegendeel bewezen is.

- Er zijn alleen geen zwarte zwanen
- In paddenstoelen leven geen kabouters

Slide 15 - Diapositive

Aan de slag!

- Lees paragraaf 1.1 (blz 8 t/m 10)
- Maak vraag 1 t/m 9 (=hw)
- Eerste 5 minuten in stilte

Klaar?
- Lees blz. 14 ('werken met de gasbrander) en practicum 1 (blz. 34) als voorbereiding op de volgende les.

Slide 16 - Diapositive

1.2 Het practicumlokaal

Slide 17 - Diapositive

Veilig werken
- Luister goed naar de docent of TOA
- Houd je aan de opdracht

Als je werkt met vuur of gevaarlijke stoffen
- draag en labjas en een veiligheidsbril
- lang haar moet in een staart
- zorg voor een veilige werkomgeving (tassen onder de tafel, geen losse veters, niet teveel rommel op tafel etc.)

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

1.3 Meten

- Grootheden
- Eenheden
- Omrekenen
- Meetinstrumenten

Slide 20 - Diapositive

Grootheden

Bij het meten maak je gebruik van verschillende grootheden. Voorbeelden van grootheden zijn:
- massa
- volume
- lengte
- temperatuur

Slide 21 - Diapositive

Eenheden

Elke grootheid heeft een eenheid waarin een grootheid wordt uitgedrukt. Voorbeelden hiervan zijn:
- kilogram
- minuut
- graden Celsius

Slide 22 - Diapositive

Met welke eenheid wordt meestal massa uitgedrukt?
A
Uur
B
Volume
C
Gram
D
Milliliter

Slide 23 - Quiz

Eenheden

Massa (m): kilogram, gram
Volume (v): liter, mililiter, kubieke decimeter
lengte (l of s): kilometer, meter, millimeter

In paragraaf 1.2 zie je een overzicht hiervan.

Slide 24 - Diapositive

Voorvoegsels

Grote of kleine getallen worden soms op een andere manier geschreven. Bijvoorbeeld kilometer of millimeter. Dit worden voorvoegsels genoemd.

Slide 25 - Diapositive

Wat is de waarde van het voorvoegsel KILO?
A
0,01
B
0,1
C
1000
D
100000

Slide 26 - Quiz

Wat is de waarde van het voorvoegsel DECI?
A
0,000001
B
0,001
C
0,01
D
0,1

Slide 27 - Quiz

Hoeveel gram is 1 kilogram
A
1
B
10
C
100
D
1000

Slide 28 - Quiz

Bij deze vraag alleen een getal invullen. Hoeveel millimeter is 1,8 meter?

Slide 29 - Question ouverte

Omrekenen
Voorbeeld: 1 dm = 1:10 = 0,1 m

Slide 30 - Diapositive

Reken om:

2312 g = ...........
30 s = ..........
150 ml = .......

Slide 31 - Diapositive

1 liter = 1 dm3
1 dm3 = 1000 ml

Slide 32 - Diapositive

Aan de slag!                               

- Lezen paragraaf 1.3 (let op: zelf goed het stukje van meetinstrumenten lezen!)
- Maken opdrachten t/m 1.3


Klaar? Practicum 2 (blz. 35) doornemen en voorbereiden.

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive

Slide 36 - Diapositive