Introductie

ECONOMIE M3
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 20 min

Éléments de cette leçon

ECONOMIE M3

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

praat met jouw buurman/ vrouw
Vraag waar is hij geweest op vakantie/ vraag naar activiteiten
Of wat heeft hij allemaal gedaan tijdens de vakantie?

Slide 7 - Diapositive

vul hierin de antwoorden

Slide 8 - Question ouverte

Wat verwachten jullie van het vak economie?

Slide 9 - Question ouverte

Wat verwacht ik van jullie?

Slide 10 - Question ouverte

Verwachtingen
Boek mee
Koop aub A4- Schrift
Onduidelijkheden vragen aub?!

Slide 11 - Diapositive

economische vragen
1 Wat is sinds 1 september weer voor studenten?
2 Wie maakte deze week bekent FATBIKES niet meer te willen verzekeren?
3 Hoe groot is de kans dat een FATBIKE in Amsterdam wordt gestolen?
4 In een krantenartikel stond dat Nederland op weg is naar meer armoede... om hoeveel personen in Nederland zou het gaan?

Slide 12 - Diapositive

Economische vragen
4 Wat is een recessie?
5 Wat is inflatie?
6 Volgens een krantenartikel komen er de komende 5 jaar x aantal miljonairs in Nederland erbij.. om hoeveel personen gaat dat?
7 Waardoor worden deze mensen miljonair?

Slide 13 - Diapositive

Slide 14 - Vidéo

Een maand heeft ....
A
3,5 weken
B
géén 4 weken
C
4,5 week
D
5 weken

Slide 15 - Quiz

Van jaar naar maand
A
x 52
B
: 52
C
X 12
D
: 12

Slide 16 - Quiz

Van maand naar jaar
A
X 52
B
: 52
C
X 12
D
: 12

Slide 17 - Quiz

7. Piet draaide vorige maand een omzet van € 2250. Deze maand is de omzet € 2000.

Hoeveel procent minder verdient Piet deze maand?
A
- 11,1%
B
-12,5%
C
250 euro
D
88%

Slide 18 - Quiz

Hoe rekenen we iets om van maanden naar weken? €80 per maand.
A
€80 : 4 = €
B
€80 x 12 : 52 = €
C
€80 : 5 = €
D
€80 : 12 = €

Slide 19 - Quiz

Bram verdient in 2008 €1.700 per maand en in 2009 €1.800 per maand. Met hoeveel procent is zijn inkomen per maand gestegen?

A
(€1800-€1700):€1700 x 100=
B
€1800-€1700:1700 x 100=

Slide 20 - Quiz