Sprachmittel Kapitel 2 3A GL

Sprachmittel Kapitel 2
1 / 11
suivant
Slide 1: Diapositive
DuitsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

Cette leçon contient 11 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 30 min

Éléments de cette leçon

Sprachmittel Kapitel 2

Slide 1 - Diapositive

Wie geht es?

Slide 2 - Question ouverte

Es geht mir gut
A
het gaat goed met mij
B
het gaat goed met jou
C
het gaat goed met haar
D
het gaat goed met hem

Slide 3 - Quiz

Ik ben ziek.

Slide 4 - Question ouverte

Hoe voel jij je?
A
Wie fühlst du?
B
Wie fühlst du dich?
C
Was fühlst du?
D
Wann fühlst du dich?

Slide 5 - Quiz

Mir ist schwindlig.

Slide 6 - Question ouverte

Ich habe Kopfschmerzen.
A
Ik heb keelpijn
B
Ik heb spierpijn
C
Ik heb een blessure
D
Ik heb hoofdpijn

Slide 7 - Quiz

Wat is er aan de hand?

Slide 8 - Question ouverte

Waar ben je gewond geraakt?
A
Was hast du gemacht?
B
Wo hast du dich verletzt?
C
Wann hast du dich verletzt?
D
Wie hast du dich verletzt?

Slide 9 - Quiz

Ich habe mich am Arm verletzt.

Slide 10 - Question ouverte

Gute Besserung!
A
Beterschap!
B
Goede beterschap!
C
Beter worden
D
Geen bessen!

Slide 11 - Quiz