Cette leçon contient 22 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.
Éléments de cette leçon
Pluriforme samenleving
Hoofdstuk 5 (b) en 4 (k)
B: Samenleven
K: Samenleven
Slide 1 - Diapositive
Leerdoelen
- Ik kan alle begrippen uitleggen
- Ik kan de drie manieren van samenleven benoemen en uitleggen
- Ik kan van elke manier van samenleven een voorbeeld geven
Slide 2 - Diapositive
Op welke manieren kunnen groepen samen in een land leven?
1. segregatie
2. assimilatie
3. integratie
Slide 3 - Diapositive
Segregatie
Als groepen in een land helemaal gescheiden van elkaar leven, noemen we dat segregatie. De groepen hebben dan hun eigen wijken, winkels, scholen, enzovoorts.
Vroeger bestond er (gedwongen) segregatie in Amerika en Zuid-Afrika.
Slide 4 - Diapositive
Slide 5 - Diapositive
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Vidéo
Assimilatie
Het tegenovergestelde van segregatie is assimilatie. Dit betekent dat een bevolkingsgroep zich helemaal aanpast aan de dominantie cultuur, zodat de eigen cultuur (bijna) verdwijnt. Assimilatie gebeurt gedwongen.
Vroeger bestond er assimilatie in Canada.
Slide 8 - Diapositive
Slide 9 - Vidéo
Slide 10 - Diapositive
Integratie
Integreren betekent dat mensen zich gedeeltelijk aanpassen aan de dominante cultuur, terwijl ze hun eigen cultuurkenmerken mogen houden.
Integratie kan niet van één kant komen. Als nieuwkomers moeten integreren, moet de samenleving er ook open voor staan. Er is dus sprake van wederzijdse aanpassing: mensen nemen delen van elkaars cultuur over.
Slide 11 - Diapositive
Problemen met integratie
De verschillen in culturen kunnen ook voor problemen zorgen. Mensen hebben andere waarden en normen en deze kunnen met elkaar botsen.
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Vidéo
Assimilatie is
A
een cultuur gedeeltelijk overnemen
B
een cultuur geheel overnemen
C
assimilatie bestaat niet
D
je afscheiden
Slide 14 - Quiz
Bij integratie hoort dat Nederlanders:
A
andere subculturen afwijzen.
B
hun eigen cultuur opgeven.
C
hun wetten aan nieuwkomers aanpassen.
D
andere culturen accepteren.
Slide 15 - Quiz
Integratie betekent dat nieuwkomers:
A
zich helemaal aanpassen aan de Nederlandse cultuur.
B
zich gedeeltelijk aanpassen aan de Nederlandse cultuur.
C
zich helemaal niet aanpassen aan de Nederlandse cultuur.
D
geen Nederlands hoeven te leren.
Slide 16 - Quiz
Als je naar Nederland verhuist mag je geen eigen gewoontes hebben, je moet je volledig aanpassen
A
integratie
B
segregatie
C
assimilatie
Slide 17 - Quiz
Een Turkse jongen zit op een Turkse school, woont in een Turkse wijken heeft alleen maar Turkse vrienden
A
Integratie
B
Segregatie
C
Assimilatie
Slide 18 - Quiz
Leerdoelen
- Ik kan alle begrippen uitleggen
- Ik kan de drie manieren van samenleven benoemen en uitleggen
- Ik kan van elke manier van samenleven een voorbeeld geven
Slide 19 - Diapositive
4.2 Kader
Hoe ziet integratie in Nederland eruit?
Slide 20 - Diapositive
Leerdoelen
- Ik kan alle begrippen uitleggen
- Ik kan van de christendemocraten, liberalen, sociaaldemocraten en populisten aangeven hoe zij denken over integratie
- Ik kan benoemen welke tweedeling er is in Europa en deze uitleggen
Slide 21 - Diapositive
Protectionisten
Ze zijn bang voor het verlies van de eigen dominante cultuur
Oplossing: stoppen van migratie, uit de EU
Internationalisten
Vinden dat migratie bij deze wereld hoort en niet te stoppen is
Opvangen van immigranten, leren omgaan met verschillen en blijven samenwerken