Lezen hoofdstuk 5 b1

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Lezen hoofdstuk 5

blz. 132-137

tekstdoelen

amuseren

informeren

overtuigen

activeren

bijsluiter van medicijnen

1. amuseren
2. informeren
3. overtuigen
4. activeren

cabarettekst

1. amuseren
2. informeren
3. overtuigen
4. activeren

gedicht

1. amuseren
2. informeren
3. overtuigen
4. activeren

nieuwsbrief

1. amuseren
2. informeren
3. overtuigen
4. activeren

tien redenen om lid te worden van de sportschool

1. amuseren
2. informeren
3. overtuigen
4. activeren

Nakijken opdracht 2

1 Plastic Soupermarket / Plastic Soup

2 eigen antwoord

3 a schap (al. 1): plank

b verfomfaaide (al. 1): rommelige

c op het eerste gezicht (al. 2): bij de eerste blik

d project (al. 3): plan; idee

e primeur (al. 4): eerste keer

f recycling (al. 5): hergebruik

g duurzaam (al. 6): geschikt om lang te bestaan

h alternatief (al. 6): andere mogelijkheid

Nakijken opdracht 2

5 (1) tegenstellend verband: Maar;                              (4) toelichtend verband: als

 (2) chronologisch verband: Daarna; 

(3) opsommend verband: en

6 een ander doel dan waarvoor ze gemaakt zijn – toelichting: De producten zijn eerst gebruikt voor het doel waarvoor ze gemaakt zijn (meestal waren het verpakkingsartikelen) en ze worden nu voor een ander doel gebruikt, namelijk het project ‘Plastic Soupermarket’.

7 Ze willen het publiek op een leuke manier laten weten wat voor spullen er allemaal in de rivieren en in de oceaan terechtkomen (met als doel dat mensen minder plastic gaan gebruiken).

Nakijken opdracht 2

8 We moeten stoppen met plastic dat maar één keer gebruikt wordt.

 

9 Alinea 6 maakt de tekst mooi ‘rond’: in alinea 1 kom je binnen in de Plastic Soupermarket (‘Welkom in de Plastic Soupermarket!’) en in alinea 6 ga je er bijna weer uit: je bent immers bij de kassa.

10 Het belangrijkste doel van deze tekst is informeren. – toelichting: De schrijver wil dat de lezer iets te weten komt over de Plastic Soupermarket en over de grote hoeveelheid plastic afval die in het water terechtkomt

Opdracht 3

- eerst lezen we samen de tekst

- we zoeken samen het onderwerp

- jullie maken zelf de vragen

Wat is het onderwerp van de tekst?

Welke woorden ken je niet?

Wat is het doel van deze tekst?

1. amuseren
2. informeren
3. overtuigen
4. activeren

Huiswerk

Maak opdracht 3 en 4 op bladzijde 134-135. 

Schrijf in nette zinnen

Bijvoorbeeld vraag 9 'Dat geldt ook voor een stuk pizza. (al.5) Wat bedoelt de schrijver daarmee?

De schrijver bedoelt dat (....)