1e les - 4 nov - intro periode & audición (estratégias)

H5 - español
Introducción del periodo 2
Audición

1 / 25
suivant
Slide 1: Diapositive
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 25 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 4 vidéos.

Éléments de cette leçon

H5 - español
Introducción del periodo 2
Audición

Slide 1 - Diapositive

En la clase de hoy
El programa de hoy
Audición
Estratégias de audición

Slide 2 - Diapositive

SE 2
Schrijfvaardigheid - SE 2 - 12% - cada jueves
Luistervaardigheid - periodo - 12% - cada miércoles

Slide 3 - Diapositive

El exámen de SE 1 ha ido....
😒🙁😐🙂😃

Slide 4 - Sondage

Explica porqué:

Slide 5 - Question ouverte

Welke kijk- en luisterstrategieën pas je al toe om te begrijpen waar een fragment in het Spaans over gaat?

Slide 6 - Question ouverte

In welke mate zet je de volgende strategie in?
Voorkennis activeren
(Wat weet ik al over het thema? Woordenschat?)
0100

Slide 7 - Sondage

In welke mate zet je de volgende strategie in?
Contextinformatie
(Achtergrondgeluiden?)
0100

Slide 8 - Sondage

In welke mate zet je de volgende strategie in?
Non-verbale informatie
(Lichaamstaal? Gebaren? Visuele informatie?)
0100

Slide 9 - Sondage

In welke mate zet je de volgende strategie in?
Betekenis onbekende woorden uit de context leren opmaken
0100

Slide 10 - Sondage

In welke mate zet je de volgende strategie in?
Redundantie
(herhaalde elementen herkennen)
0100

Slide 11 - Sondage

In welke mate zet je de volgende strategie in?
Tekstsoort bepalen
(Interview? Monoloog? Programma? Liedje?...)
0100

Slide 12 - Sondage

Voorkennis activeren
Waar gaat dit programma over?
Welke inhoud zou je kunnen voorspellen?

Slide 13 - Diapositive

Tekstsoort bepalen
Functioneel? (weerbericht, voicemail, enz.)
Informatief? (radio- of tv-programma)
Interview?
Monoloog?
Liedje? Videoclip?

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Contextinformatie
Achtergrondgeluiden?
Waar zijn we?
Aantal sprekers?
Wie is hier aan het woord?
Schrijf in sleutelwoorden op waar je denkt dat fragment over gaat - woorden die je herkent, etc

Slide 16 - Diapositive

Slide 17 - Vidéo

Non-verbale informatie
Positieve of negatieve lichaamstaal?
Positieve of negatieve gebaren? 
Humeur?

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Als je in Nederland woont,
A
moet je gewoon aanvaarden dat het vaak regent.
B
word je als Spanjaard heel ongelukkig door de regen.
C
heb je een goede regenjas nodig.

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Vidéo

Hij vergelijkt Utrecht met de Spaanse stad Salamanca omdat
A
er veel Spanjaarden wonen.
B
het ook een universiteitsstad is met veel studenten.
C
het even toeristisch is.

Slide 22 - Quiz

Slide 23 - Vidéo

Redundantie
centro, centro
Holanda, Holanda
el tiempo, la lluvia, llueve, lloviendo
la gente, ellos, ellos
destruyó, romper
la torre, subir, la subida, 450 escalones, condición física
la universidad, estudiantes, Erasmus, diversidad cultural




Slide 24 - Diapositive

Ik ken nu verschillende luisterstrategieën
😒🙁😐🙂😃

Slide 25 - Sondage