mondeling

• NT2
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

Woensdag 11 december

Vertaal:
It is almost Christmas

Inhoud

Quiz

werken naar oral summatives

Wie is er met kerst geboren?

1. God
2. Jezus
3. Jozef
4. Maria

Kerst is op...

1. 25 en 26 december
2. 24 en 25 december
3. 23 en 24 december
4. 26 en 27 december

Met kerst hebben veel mensen een boom in huis met kerstballen en lichtjes.

1. Goed
2. Fout

In Australië vieren 

ze kerst in de:

1. Lente
2. Zomer
3. Herfst
4. Winter

Wat betekent 'het uiterlijk'?

1. Een haarstijl
2. Hoe iets of iemand eruitziet
3. Een spel
4. Een pauze

teleurstelling

1. bold statement
2. remark
3. disappointment

spreken

1. Ik sprek Nederlands
2. Ik spreek Nederlands

Spreken =

1. luisteren, praten
2. maken, vertellen
3. vertellen, praten
4. luisteren, vertellen

Infinitief = spreken
U .....................

1. spreek
2. spreekt
3. sprek
4. spreken

nt2taalmenu.nl

Formative spreken

1 minuten spreken over een zelf gekozen foto over iets wat bij jou hoort

Woordenschat  6

Grammatica       6    

Vloeiendheid     6    

Uitspraak             6

Opdracht

Zoek een foto waarover jij makkelijk kan praten. 

(Denk aan: hobby, favoriete plek, iemand die je bewondert.)

Bereid een presentatie van een minuut voor.