3.3 De islam ontstaat

3.3 De islam ontstaat
Tijd van monniken en ridders
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

3.3 De islam ontstaat
Tijd van monniken en ridders

Slide 1 - Diapositive

Aan het einde van de les...
  • Kun je beschrijven hoe de islam ontstond.  
  • Kun je vier kenmerken van de islam noemen
  • Je kunt beschrijven hoe de islam zich verspreidde

Slide 2 - Diapositive

Wat weet je nog van de vorige les(sen)?

Slide 3 - Question ouverte

de islam
  • Mohammed woonde in Mekka: mensen geloofden in natuurgoden.
  • Mohammed kwam in contact met veel joden en christenen, omdat hij handelaar was. 
  • Overtuigd van maar 1 God: Allah

Slide 4 - Diapositive

de islam
  • Ontstaan rond de 7e eeuw in het Midden-Oosten. 
  • Heeft maar 1 God.
  • Stichter van de islam: Mohammed. 

Slide 5 - Diapositive

Het verhaal
  • In een droom, een visoen, vertelde een engel dat er maar één god is, Allah.
  • Mohammed vertelde de mensen in Mekka over zijn droom, maar bijna niemand wilde naar hem luisteren. 
  • De meeste mensen moesten niets van Mohammed hebben en joegen hem en zijn volgelingen de stad uit

Slide 6 - Diapositive

Van Mekka naar Medina
622

  • Mohammed vlucht naar Medina
  • Dit is het begin van de islamitsche jaartelling.
  • In deze stad woonden veel joden en christenen, ook zij geloven in één god.
  • Mohammed, die zich profeet van Allah noemde, kreeg veel aanhangers. 
  • Zij noemden zich moslims en hun godsdienst de islam.

Slide 7 - Diapositive


Wat gebeurt er op de tekening? 
Kies het juiste antwoord.
A
Een engel vertelt Mohammed dat hij moet vluchten uit Mekka.
B
Een engel vertelt Mohammed dat hij de natuurgoden moet gaan aanbidden.
C
Een engel vertelt Mohammed dat hij christen moet worden.
D
Een engel vertelt Mohammed dat er maar één god is, Allah.

Slide 8 - Quiz

Kenmerken 

Slide 9 - Diapositive

De Koran
Het heilige boek van de islam, net als de bijbel voor de christenen en de Thora voor de joden. 

Slide 10 - Diapositive

Eén God
Er is maar één god, waarvan Mohammed de laatste en belangrijkste boodschapper van was. 

Slide 11 - Diapositive

De vijf zuilen
  • Je moet geloven in de enige god Allah.
  • Je moet vijf keer per dag bidden met je gezicht naar Mekka.
  • Je moet armen en zieken helpen.
  • Je mag niet eten of drinken in de vastenmaand ramadan.
  • Je moet één keer in je leven een bedevaart maken naar Mekka.  

Slide 12 - Diapositive

Moskee
Moslims komen op vrijdagmiddag bijeen in hun gebedshuis, de moskee om samen te bidden. 

Slide 13 - Diapositive

Noem een kenmerk van de islam.

Slide 14 - Question ouverte

Verspreiding van de islam
Mohammed verspreidde de islam rond Mekka en Medina 
tot zijn dood in 632
Zijn opvolgers veroverden grote delen van het Midden Oosten, Noord Afrika en Spanje

Slide 15 - Diapositive

Slide 16 - Diapositive

Verspreiding van de islam
Zelfde god: Joden en Christenen hoeven zich niet te bekeren.
Betalen wel belasting en kunnen geen belangrijke functie in het leger of bestuur krijgen.
Veel mensen bekeerden zich daarom tot de islam.

Slide 17 - Diapositive

Huiswerk
Hoofdstuk 3 paragraaf 3
Maken opdracht 6 t/m 11. 

  1. Zelfstandig, in stilte.
  2. Na 15 minuten bij elkaar controleren.
  3. Samen nakijken.

Slide 18 - Diapositive