Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
Taalverzorging
Taalverzorging
1 / 32
suivant
Slide 1:
Diapositive
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Cette leçon contient
32 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Taalverzorging
Slide 1 - Diapositive
Datum examen schrijven
Donderdag 2 juni
Slide 2 - Diapositive
Slide 3 - Diapositive
Welke fout zie je?
Slide 4 - Question ouverte
Slide 5 - Diapositive
Me/mij/mijn, je/jou/jouw, u/uw
ons/onze
Wanneer je een bezit aangeeft (en dat bezit direct erachter staat) gebruik je mijn, jouw, uw, onze.
Ik ben mijn laptop vergeten
Je bent jouw laptop vergeten
Dat is onze keuze
Slide 6 - Diapositive
Deze laptop is van mij
Deze laptop is van jou
Deze laptop is van ons
Slide 7 - Diapositive
Slide 8 - Diapositive
Welke fout zie je?
Slide 9 - Question ouverte
Slide 10 - Diapositive
Is/eens
Heeft de PostNL weer is een pakketje teruggestuurd?
Hij is niet zo slim
Ik ben weer 's naar de dokter geweest.
's is een afkorting van eens.
Slide 11 - Diapositive
Hun liepen samen door de winkel
Slide 12 - Diapositive
Welke fout zie je?
Slide 13 - Question ouverte
Slide 14 - Diapositive
Hun hebben morgen een toets --> Fout!
Zij hebben morgen een toets
Slide 15 - Diapositive
Het meisje die daar fietst
Slide 16 - Diapositive
Welke fout zie je?
Slide 17 - Question ouverte
Slide 18 - Diapositive
De mensen waarmee ik op vakantie gaan zijn mijn vrienden
Slide 19 - Diapositive
Welke fout zie je?
Slide 20 - Question ouverte
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
Welke fout zie je?
Slide 23 - Question ouverte
Als of dan
Gebruik 'als' bij vergelijkingen
Mijn scooter is net zo snel
als
die van jou.
Gebruik 'dan' bij een verschil
Seizoen 2 van die serie vind ik slechter
dan
seizoen 1
Ik denk dat ik beter in zingen ben
dan
jij
Slide 24 - Diapositive
Hans loopt even hard als mij/ik
Hans loopt even hard als
ik loop
Laura heeft een mooiere stem dan ik (heb)
Bij twijfel kun je de zin aanvullen met woorden die in het eerste deel van de zin al werden gebruikt.
Slide 25 - Diapositive
Gebruik 'dan' bij woorden: 'ander, andere, anders'
De dag liep anders dan ik had verwacht
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Diapositive
Welke fout zie je?
Slide 28 - Question ouverte
Na of naar
Slide 29 - Diapositive
Na
de les ga ik een broodje kopen
Ik ga
naar
huis
Slide 30 - Diapositive
Je gebruikt 'naar' in alle andere situaties.
Heb je het naar je zin hier?
Naar aanleiding van ons telefoongesprek, stuur ik u deze mail.
Slide 31 - Diapositive
Aan de slag
Werkblad veelgemaakte 1 en 2 fouten --> Zie ItsLearning
Slide 32 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Taalverzorging
Janvier 2025
- Leçon avec
28 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1-4
Taalverzorging
Septembre 2024
- Leçon avec
34 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Taalverzorging
Mai 2024
- Leçon avec
37 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Taalverzorging
Mars 2023
- Leçon avec
28 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1-4
Taalverzorging
Septembre 2024
- Leçon avec
30 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1-4
Veelgemaakte taalfouten
il y a 18 heures
- Leçon avec
28 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1-4
Veelgemaakte fouten
il y a 5 jours
- Leçon avec
19 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Veelgemaakte fouten
Décembre 2020
- Leçon avec
21 diapositives
Nederlands
MBO
Studiejaar 1