Ondanks dat 'some' en 'any' hetzelfde betekenen, gebruik je ze op verschillende manieren.
Slide 3 - Diapositive
Some / any
'Some' gebruik je in een bevestigende zin, dus wanneer je een 'normale' zin maakt of wanneer je een vraag stelt waar je het antwoord 'ja' op verwacht. Bijvoorbeeld:
I've got some good books here.
Can I have some of your chips?
Slide 4 - Diapositive
Some / any
'Any' gebruik je wanneer je een ontkennende zin maakt, oftewel wanneer je dus 'not' in de zin gebruikt. Je gebruikt 'any' ook bij vraagzinnen. Voorbeeld:
We don't have any bread left.
Do you have any black shirts?
Slide 5 - Diapositive
Some / any
We kennen natuurlijk een hoop woorden die 'some' of 'any' bevatten. Bijvoorbeeld 'somebody' of 'anybody'.
Welke woorden ken je nog meer die 'some' of 'any' bevatten?
Slide 6 - Diapositive
Some / any
Something / anything = iets
somebody / anybody = iemand
someone / anyone = iemand
somewhere / anywhere = ergens
not .. anything = niets
not ... anybody = niemand
not ... anyone = niemand
not .. anywhere = nergens
Slide 7 - Diapositive
vul in: some of any: Can I have ....... sugar in my coffee?
A
some
B
any
Slide 8 - Quiz
some of any? He didn't have ........ pain after the operation.
A
some
B
any
Slide 9 - Quiz
some of any? Are there ........ cookies in the house?
A
some
B
any
Slide 10 - Quiz
Some of any? Can I have ....... water please?
A
some
B
any
Slide 11 - Quiz
some of any? I need ........ information about that.