AFP 2.4.1

• Anatomie Fysiologie Pathologie
• MBO
• Studiejaar 2

Anatomie, Fysiologie en Pathologie

Les 1

Periode 4

Leerjaar 2

Vorige les

Hoe kijken jullie terug op de vorige periode?

Hoe ging de toets? Wat neem je mee/ wat ga je anders doen in P4

Periode 4

In deze periode staan de onderwerpen neurologie en psychiatrie centraal.

Zie de studentenhandleiding voor de planning. 

tip: Schrijf de deadline voor Expert College in je agenda evenals de toets! 

Lesindeling

1. Welkom + Osiris
2. Vorige periode/huidige periode
3. Lesindeling en lesdoelen 
4. Zelf aan de slag met opdracht 
5. Anatomie van de hersenen 
6. Huiswerk en afsluiting

Lesdoelen

Aan het eind van de les kunnen jullie:

• Beschrijven uit welke onderdelen het centraal zenuwstelsel bestaat
• Benoemen welke anatomische structuren de hersenen kennen inclusief bijbehorende functies.
• Vertellen welke anatomische structuren het ruggenmerg kent inclusief bijbehorende functies.

Het zenuwstelsel regelt en organiseert:

• De reactie van ons lichaam op prikkels uit de omgeving
    - Bijv. reactie op temperatuur en op stress
• De functie van weefsels en organen

       - Bijv. kippenvel bij kou, de werking van het hart etc.

• De psychologische en fysiologische processen van het lichaam
    - Bijv. het kunnen nadenken, de spijsvertering, beweging etc. 

(p133 functies)

- prikkels opvangen, registreren en geleiden

- prikkels verwerken (bewust en onbewust)

- op prikkels reageren

- prikkels coördineren

- psychische activiteiten

- basale levensfuncties reguleren (ademhaling, hartslag, bloeddruk)

willekeurig 

of 

onwillekeurig

(p133 functies)

- prikkels opvangen, registreren en geleiden

- prikkels verwerken (bewust en onbewust)

- op prikkels reageren

- prikkels coördineren

- psychische activiteiten

- basale levensfuncties reguleren (ademhaling, hartslag, bloeddruk)

Zelf aan de slag

Pak het boek Medische terminologie AF erbij, hoofdstuk 12.
Beantwoord de vragen  10 t/m 14 en 17. 

Laat de klas eerst zelf de vragen (zie dia) beantwoorden m.b.v. het boek. Daarna ga je met de theorie aan de slag (volgende dia)
Studenten kunnen hun gemaakte werk dan zelf controleren m.b.v. jouw uitleg maar stel ook zelf vragen tussendoor. 

In de Ena laatste dia kun je kijken of alle vragen aan bod zijn gekomen/duidelijk zijn. 

Het Centrale Zenuwstelsel

Centrale zenuwstelsel: Op basis van bouw en plaats in het lichaam

• Hersenen: Beschermd door schedel

      (Grote hersenen, kleine hersenen en hersenstam)

• Ruggenmerg: Beschermd door wervelkolom
  
  

De hersenen

1. Grote hersenen: Cerebrum

• Bestaan uit een linker en een rechter hemisfeer (hersenhelft)
• Beide helften zijn gescheiden door een diepe spleet
• Beide helften zijn verbonden door corpus callosum (hersenbalk)
• Veel vouwingen om meer oppervlak voor zenuwcellen te maken (hersenschors)

De grote hersenen bestaan uit 4 kwabben/gebieden...

niet leren

1. Grote hersenen

De grote hersenen regelen:

• Alle vrijwillige bewegingen (motorische schors/cortex)
  
• Het denken en de intelligentie (leren van nieuwe dingen)
  
• Het bewustzijn, het geheugen en de persoonlijkheid.
  

Zij verwerken bovendien alle zintuigelijke informatie van binnen en van buiten het lichaam en zorgen ervoor dat er correct op wordt gereageerd (sensorische schors/cortex).

2. De kleine hersenen

kleine hersenen: Cerebellum

• Coördineren houding (bewegingen, balans en evenwicht)
• Coördinatie van reflexen en motorische vaardigheden
• Zorgen ervoor dat we vloeiend en soepel kunnen bewegen

finetunen

3. Hersenstam

De Hersenstam: 

• Ligt ter hoogte van het achterhoofd
• Oorsprong van 10 hersenzenuwen
    - (Belangrijk voor zintuigen, spieren en organen)

Belangrijkste hersenzenuw die je moet kennen:

• Nervus Vagus : betrokken bij héél veel processen
• Grote rol bij parasympatisch zenuwstelsel

Hersenstam

De functies van de hersenstam:

• Verbindt de hersenen met het ruggenmerg
• Bevat controlecentra voor ademhaling, hartslag en bloeddruk
• Verantwoordelijk voor lichaamstemperatuur
• Controleren en coördineren van spierbewegingen

Omvat ook de hypothalamus en het verlengde merg

(medulla oblongata) 

Onderaan de hersenen bevindt zich de hypofyse. 

Hersenvliezen en liquor

Drie hersenvliezen:

1. Dura mater: Harde hersenvlies
2. Arachnoidea: Spinnenwebvlies
3. Pia mater: Zachte hersenvlies

Liquor cerebrospinalis: Hersenvloeistof/-vocht

• Schokdemping, bescherming van hersenen en ruggenmerg
• Transport van voedingsstoffen en afvalstoffen
• Wordt gemaakt in ventrikels (hersenkamers)

Huiswerk

Boek: Medische terminologie AF mee

LEZEN: 12.2.2 Ruggenmerg