Cette leçon contient 29 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
Samenvatting
Slide 1 - Diapositive
§4.1 Een verdeeld Europa
Slide 2 - Diapositive
De situatie in Duitsland 1945
Slide 3 - Diapositive
Wat is het IJzeren Gordijn?
A
De bijna ondoordringbare grens die van 1945 tot 1989 het communistische Oost-Europa scheidde van het kapitalistische West-Europa.
B
De Sovjet-Unie en de communistische landen in Europa samen.
C
Economisch steunplan van de Verenigde Staten om ervoor te zorgen dat Europese landen hun economieën konden herstellen en om te voorkomen dat deze landen communistisch zouden worden.
D
Vijandschap tussen het kapitalistische Westen en het communistische Oosten (1945-1989), die ondanks lokale conflicten en oorlogen nooit tot een grote oorlog heeft geleid.
Slide 4 - Quiz
Slide 5 - Diapositive
Oost en west hebben verschillende idealen. Zet de kenmerken bij het juiste blok
Westblok
Oostblok
Democratieën
Dictaturen
Gratis medische zorg
Communisme
Kapitalisme
Onder leiding van de VS
Onder leiding van de SU
Vrije verkiezingen
Slide 6 - Question de remorquage
Samenwerking mislukt
Onder de geallieerde leiders heerst wantrouwen
Door wantrouwen ontstaat het IJzeren Gordijn
Stalin voert in Oost-Europa communistische dictaturen in
West-Europa blijft kapitalistisch en democratisch
Bang dat het oosten een einde wil maken aan de vrije democratie
Bang dat het westen een einde wil maken aan het communisme
De bijna ondoordringbare grens die van 1945 tot 1989 het communistische Oost-Europa scheidde van het kapitalistische West-Europa.
Slide 7 - Diapositive
Blokkade van Berlijn
Stalin wil eigenlijk héél Berlijn in handen krijgen
Hij wil het westen "uitknijpen" en inlijven bij het oosten
In 1948 blokkeert hij plots alle wegen naar West-Berlijn
West-Berlijn zou zo niet bevoorraad kunnen worden
Slide 8 - Diapositive
Luchtbrug
West-Berlijn is enkel nog via de lucht bereikbaar
Het westen creëert daarom een luchtbrug naar Berlijn
Hiermee wordt West-Berlijn toch bevoorraad
Stalin moet in 1949 de blokkade opgeven
Slide 9 - Diapositive
Gevolgen
Het westen gaat nu nog nauwer samenwerken tegen de SU
Duitsland wordt opgedeeld in de BRD (west)en de DDR (oost)
Het westen gaat militair samenwerken in de NAVO
Het oosten reageert met het Warschaupact
Afkortingen
BRD: Bondrepubliek Duitsland
DDR: Duitse Democratische Republiek
NAVO: Noord-Atlantische Verdragsorganisatie
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Diapositive
Dominotheorie
Terwijl de VS marshallhulp aan Europa gaf, waren er in andere landen in Azië steeds meer communistische partijen. Toen in 1950 het Communistische Noord-Korea Zuid-Korea binnenviel werd er gedacht dat dit het begin was van een wereldwijde communistische aanval. Er werd gesproken van een domino-effect. Als het ene steentje valt, volgt de andere.
Slide 12 - Diapositive
Slide 13 - Diapositive
Slide 14 - Diapositive
En toen?
In 1953 Stalin overleden
Spanningen verminderen op het oog, wapenwedloop gaat door
Stalin opgevolgd door Nikita Chroestjov
Slide 15 - Diapositive
Slide 16 - Diapositive
Cubacrisis
1962
Cuba was Communistisch geworden
Sovjet kernraketten op Cuba geplaatst
President Kennedy eiste verwijdering van deze wapens
Slide 17 - Diapositive
Het IJzeren Gordijn gaat open
paragraaf 4.3
Slide 18 - Diapositive
Verzet tegen het communisme
De meeste Oost-Europeanen waren niet blij om bij de invloedsfeer van de SU te horen en kwamen hierdoor soms in opstand.
1956: Hongaarse (studenten)Opstand
1968: Praagse Lente
1980: verzet van Poolse vakbonden (Solidariteit)
Slide 19 - Diapositive
Gorbatsjov
In 1985 kwam Michael Gorbatsjov aan de macht. Hij zag dat de Sovjeteconomie enorm achterliep en probeerde dit in te halen.
Perestrojka: hervormingen
Glasnost: openheid
Gevolg: val van de Sovjet-Unie door opstanden in de satellietstaten.
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Vidéo
Duitsland wordt herenigd
Op 9 november 1989 viel de Berlijnse Muur
In 1991 werden de DDR en BRD verenigd tot het huidige Duitsland.
Slide 22 - Diapositive
Slide 23 - Vidéo
§4.4 Europese samenwerking
Slide 24 - Diapositive
Europese samenwerking
Na WO2 wil West-Europa meer gaan samenwerken
In 1951 wordt de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal opgericht, de EGKS
Nog een oorlog voorkomen
Sterk tegen communisme
Slide 25 - Diapositive
De EGKS wordt de EEG
1957: de EGKS wordt de Europese Economische Gemeenschap
Er komt meer samenwerking bij handel, transport en landbouw
Met subsidies produceren boeren steeds meer voedsel
Dit succes heeft twee gevolgen:
Steeds meer West-Europese landen willen meedoen aan de Europese samenwerking
Landen gaan nu ook samenwerken op andere gebieden, zoals veiligheid en milieu
Slide 26 - Diapositive
Europese Unie
Er komt behoefte aan nog intensievere samenwerking
Daarom wordt in 1992 de Europese Unie opgericht
Landen zijn zelfstandig, maar er is ook een Europees bestuur
Die bepaalt bijvoorbeeld de invoering van de Euro
Slide 27 - Diapositive
Uitbreiding
Een land dat lid wil worden van de EU moet een democratie zijn
Na de val van het Oostblok willen Oost-Europese landen erbij
In 1995 komt daar nog het Verdrag van Schengen bij
Inwoners van de EU mogen vrij tussen lidstaten reizen/werken
Profiteren van subsidies en goede handelsvoorwaarden
Grotere kans op een blijvende democratie (door de voordelen van de EU)
West-Europa
Goedkope arbeid
Oost-Europa
Hogere welvaart
Slide 28 - Diapositive
Euroscepsis
Veel mensen hebben kritiek op de EU
Anderen zien dat de EU goed is voor de welvaart en politiek
Groot-Brittannië besloot in 2020 de EU te verlaten
Landen moeten EU-maatregelen doorvoeren waar ze niet achter staan
Er gaat veel geld van rijke landen naar de armere landen
Veel West-Europeanen zien dat hun werk wordt overgenomen door Oost-Europeanen