Hoofdstuk 10, paragraaf 10.1 + 10.2

Planning les
  • Waar zijn we gebleven?
  • Uitleg procenten.
  • Samen oefenen.
  • Afhebben voor de volgende les
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
RekenenMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 2

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Planning les
  • Waar zijn we gebleven?
  • Uitleg procenten.
  • Samen oefenen.
  • Afhebben voor de volgende les

Slide 1 - Diapositive

doelstelling
  1. Weten wat absoluut en relatief is
  2. Breuken omrekenen naar percentages.
  3. Een verhoudingstabel.
Procenten %

Slide 2 - Diapositive

Absoluut

Slide 3 - Diapositive

Relatief

Slide 4 - Diapositive

Van groep 8A komen 16 van de 20 leerlingen met de fiets naar school, bij groep 8B zijn dat 18 van de 26 leerlingen. Van welke groep komen absoluut de meeste leerlingen naar school?
A
Groep 8B
B
Groep 8A

Slide 5 - Quiz

In het doosje van Mirthe passen 12 chocolaatjes, waarvan 4 chocolaatjes nog niet zijn opgegeten. In het doosje van Riley passen 50 chocolaatjes, waarvan nog 10 chocolaatjes overgebleven zijn.
Wie heeft er relatief gezien de meeste chocolaatjes over?
A
Mirthe
B
Riley

Slide 6 - Quiz

Procenten %
procent betekend per 100
en is dus gelijk aan een breuk met de noemer 100

Slide 7 - Diapositive

Procenten %
een breuk omreken naar een percentage.
dit doen we in 3 stappen.
85
stap 1:
deel de teller door de noemer
5 : 8 = 0,625
stap 2:
vermenigvuldig met 100.
0,625 x 100 = 62,5%
stap 3:
 eventueel afronden.

Slide 8 - Diapositive

Procenten %
zet de volgende breuken om in percentages.
sleep het juiste antwoord achter de breuk.
teller : noemer x 100
32=
87=
62=
53=
97=
128=
87,5%
60%
66,7
33,3%
77,8
66,7%

Slide 9 - Question de remorquage

Procenten %
Rekenen met procenten.
als je het percentage van iets moet uitrekenen,
heb je informatie nodig, die informatie zetten we in een verhoudingstabel.
bij voorbeeld:
in een klas van 27 kinderen zitten 12 jongens en
15 meisjes. hoe bereken we nu hoeveel % jongens is en hoeveel % meisjes is?

Slide 10 - Diapositive

Procenten %
bij voorbeeld:
in een klas van 27 kinderen zitten 12 jongens en
15 meisjes. hoe bereken we nu hoeveel % jongens is en hoeveel % meisjes is?
aantallen
27
procenten
100
stap 1 : 27 kinderen = 100% vul dit in in de tabel.

Slide 11 - Diapositive

Procenten %
bij voorbeeld:
in een klas van 27 kinderen zitten 12 jongens en
15 meisjes. hoe bereken we nu hoeveel % jongens is en hoeveel % meisjes is? we reken eerst de jongens uit!
aantallen
27
12
procenten
100
stap 2 : we gaan het aantal jongens invullen.

Slide 12 - Diapositive

Procenten %
bij voorbeeld:
in een klas van 27 kinderen zitten 12 jongens en
15 meisjes. hoe bereken we nu hoeveel % jongens is en hoeveel % meisjes is?
aantallen
27
1
12
procenten
100
stap 3 : we gaan de boven kan van de tabel uitrekenen.
: 27
x 12

Slide 13 - Diapositive

Procenten %
aantallen
27
1
12
procenten
100
3,7037
stap 4 : 
we doen de zelfde berekeningen aan de onderkant.
: 27
x 12
: 27

Slide 14 - Diapositive

Procenten %
aantallen
27
1
12
procenten
100
3,7037
44,44
stap 4 : 
we doen de zelfde berekeningen aan de onderkant.
: 27
x 12
: 27
x 12

Slide 15 - Diapositive

Procenten %
aantallen
27
1
12
procenten
100
3,7037
44,44
stap 5 : 
we ronden het antwoord af 44,44 is ongeveer 44,4%
let op alleen als laatste stap afronden! 
: 27
x 12
: 27
x 12

Slide 16 - Diapositive

Procenten %
bij voorbeeld:
in een klas van 27 kinderen zitten 12 jongens en
15 meisjes. hoe bereken we nu hoeveel % jongens is en hoeveel % meisjes is? nu bereken we het percentage meisjes vul de tabel verder in.
aantallen
27
procenten
100
15
1
3.703
55,555
: 27
x 15
x 15
: 27

Slide 17 - Question de remorquage

Huiswerk
Afhebben voor de volgende les: 

Hoofdstuk 10
(procenten basis) 

Paragraaf 10.1 + Paragraaf 10.2

Slide 18 - Diapositive