2M_Thema 6 Ecologie| bs. 5 Aanpassingen bij dieren

• Biologie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Hallo, Fijn dat jullie er zijn :)

Pak je boeken/laptop erbij

Doe je jas uit

Doe je telefoon in je tas

Wacht tot de les begint 

Steek je vinger op als je wat wil zeggen/vragen

Luister naar elkaar, want je hebt respect voor elkaar

Thema 6: Ecologie

Basisstof 5: Aanpassingen bij dieren

Lesprogramma

Terugblik

Uitleg bs. 5

Zelf aan de slag

Leerdoelen 

Aan het einde van de les weet je  

• Op welke manieren dieren zich aanpassen aan hun milieu.
  

- Welke aanpassingen landdieren hebben aan het leven op land.

- Welke aanpassingen waterdieren hebben aan het leven in water.

- Aanpassingen bij de poten van vogels

-Aanpassingen bij de snavel van vogels

Terugblik

Wat was een populatie ook alweer?

1. Verschillende soorten in een gebied
2. Alle abiotische en biotische factoren samen
3. Een groep individuen van dezelfde soort
4. Een groep individuen van verschillende soorten

In een optimumkromme geef je weer:

1. de hoeveelheid babyguppies in de populatie
2. De temperatuur van de populatie
3. de groei- en voortplantingskansen van een populatie
4. De gemiddelde leeftijd in een populatie.

Waar hangt de populatiegrote vanaf?

1. Het biologisch evenwicht
2. Abiotische factoren
3. Biotische factoren
4. Biotische + Abiotische factoren

Wat is een biologisch evenwicht?

1. De populatiegrootte schommelt om een evenwichtswaarde heen.
2. Geboorte, sterfte en migratie zorgen voor een biologisch evenwicht.
3. antwoord A en B zijn goed
4. Antwoord A en B zijn beiden fout.

Door een zachte winter is er veel gras en wordt de populatie konijnen groter.
Wat gebeurt er met de populatie vossen in dit gebied?

1. De populatie neemt af omdat de konijnen teveel ruimte innemen
2. De populatie neemt af omdat de konijnen teveel holen graven in dit gebied
3. De populatie neemt toe omdat er meer holen zijn voor de vos
4. De populatie neemt toe omdat er meer voedsel is.

Waterdieren

Waterdieren

Hebben: 

Kieuwen: orgaan waarmee je onder water kan ademhalen

Vinnen: orgaan waarmee een vis in water kan bewegen en evenwicht kan houden.

Schubben met slijmlaag: huidbedekking dat ervoor zorgt dat vis makkelijk in het water kan bewegen

Gestroomlijnd: kop, romp en staat gaan geleidelijk in elkaar over

licht skelet: vis wordt 'gedragen' door het water

Landdieren

Landzoogdieren

zonder hoef

  1. Zoolganger | 2. Teenganger | 3. Topganger (ookwel hoefgangers genoemd)

Welke gangers zijn deze dieren?

Schijf de antwoorden in je schrift.

Aanpassingen bij vogels

Poten van vogels

Zangvogel

Roofvogel

Loopvogel

Watervogel

Steltlopers 

Zangvogel

Roofvogel

Loopvogel

Watervogel

Steltloper

Voeding

Aanpassingen bij vogelsnavels:

Pincetsnavel--> Insecten 

Haaksnavel--> prooi scheuren

Kegelsnavel-->zaden

Voeding

Aanpassingen bij vogelsnavels:

Priemsnavel--> bodemdiertjes

Zeefsnavel--> kleine plantjes en diertjes

kegelsnavel

zeefsnavel

priemsnavel

pincetsnavel

haaksnavel

Aan het werk!

 Maak de opdrachten van bs. 5