Les 3 "Het Rijk van de Karolingen valt uiteen I"

Welkom bij Geschiedenis
1 / 43
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 43 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom bij Geschiedenis

Slide 1 - Diapositive

Programma

Anachronistisch
Geografisch groot gebied
Hoogtepunten  600 AD tot 1250 AD
Er is nog zo veel te vertellen! 




Slide 2 - Diapositive

Leerdoelen I
Dit kan je na deze les:

Je kunt uitleggen hoezo het Rijk van Karel de Grote na diens dood snel uiteen viel én welke gevolgen dit had. (T2)
Je kent de betekenis van de volgende begrippen: Noormannen/Vikingen, Rijk van Kiev-Rus. (R)
Je weet dat Noormannen uit Scandinavië komen, en kan op de kaart uitleggen waar dat ligt en wat de richtingen van hun tochten waren. (R)
Je kunt uitleggen waarom de invloed van Vikingen tegen het einde van de 10e eeuw minder werd. (T2)
Je kunt uitleggen op welke manier de Vikingen invloed kregen in Rusland: economisch, via handel (T1)
Je kunt uitleggen op welke manier de Vikingen politieke invloed kregen in Rusland: Kiev (T1)













Slide 3 - Diapositive

Leerdoelen I
Dit kan je na deze les:

Je kunt uitleggen wat de Islam is en hoe het zich verspreidde
Je kunt uitleggen wat een kalief is en wat zijn of haar taak is
Je kunt uitleggen wie Djenghis Khan is 
Je kunt uitleggen dat de opkomst van het Mongoolse Rijk voor de Pax Mongolica zorgt













Slide 4 - Diapositive

De Middeleeuwen
Grote Rijken 

500 - 1250 n. Chr.

Slide 5 - Diapositive

Het Rijk van de Karolingen valt uiteen
Het rijk valt uiteen
Na de dood van Karel de Grote viel het rijk snel uiteen.
Lodewijk de Vrome volgde Karel op en diens zonen kregen ruzie over de verdeling van de erfenis. 843 n. Chr. sloten zij een verdrag en verdeelden het rijk onder elkaar. (Het West-Frankische Rijk, het Oost-Frankische Rijk en het Middenrijk)
Snel waren de Karolingen niet meer aan de macht, maar andere koningen.
Zoek op waarom primogenituur dit had kunnen voorkomen!
Groeiende chaos
De nieuwe koningen hadden niet zo veel macht. De koningen na de Karolingen werden door andere edelen gekozen. Hertogen en graven konden hun eigen gang gaan, ze regeerden hertogdommen en graafschappen (zelfstandig).
Roofheren en roofridders werden rond 1000 n. Chr. belangrijk. 
Nieuwe invallers
Noormannen, Hongaren en Saraceense zeerovers!
Zwakke nakomelingen van Karel de Grote konden weinig uitrichten!

Slide 6 - Diapositive

Slide 7 - Vidéo

Slide 8 - Diapositive

Waar komt de naam Viking vandaan?

'vik' betekent zoiets als fjord en de Vikingen in Noorwegen woonden bij de fjorden. 
Een fjord is een soort inham tussen bergen waar water in zit.

Slide 9 - Diapositive

Vikingen
  • Rond het jaar 900 vertrekken de Vikingen (Noord-mannen -> Noormannen!) vanuit Scandinavie.
  • De Vikingen hebben erg goede schepen.
  • Ze gebruikten hun schepen om handel te drijven, maar ook om op rooftocht te gaan.
  • De vikingen zijn polytheisten.
  • De vikingcultuur staat oorlog centraal
De Vikingen geloofden dat ze in het Walhalla (de Vikinghemel) kwamen als zij dapper vochten. Sterven in de strijd was de hoogte mogelijke eer.
Valt het je ook op dat de Vikingen op de afbeelding helmen zonder hoorns dragen... Dat komt omdat de hoorns er later bij bedacht zijn, in het echt hadden ze dat helemaal niet!

Slide 10 - Diapositive

Enkele weetjes
  • Vikingen kwamen niet alleen om te plunderen.
  • Ook vrouwen vochten 
  • Vooral Noorse Vikingen bleven in de nieuwe gebieden 


Slide 11 - Diapositive





Schepen
Om te reizen bouwden de Vikingen goede schepen, de bekendste is het langschip. Dit schip was snel en licht, en geschikt voor handel en oorlog. Ze konden met die schepen goed op de zee en goed op de rivieren varen, een groot voordeel!
Op de voorkant werd vaak uit hout een draken- of slangenkop gesneden om tegenstanders bang te maken en boze geesten te verjagen.

Slide 12 - Diapositive


De zoon van de Vikingkoning: Leif Erikson
(zie plaatje hiernaast)

Leif Erikson, zoon van de Vikingkoning Erik de Rode, hield van avontuur. Hij had gehoord over een onbekend land en trok er met zijn schip en 35 mannen op uit. Ze komen uiteindelijk ergens in Amerika terecht. Bouwen daar huizen en noemen het Vinland (Wijnland in de taal van de Vikingen, vanwege de vele druiven).
Officieel gezien, waren de Vikingen dus eerder in Amerika dan Columbus.



Slide 13 - Diapositive

Vanuit Denmarken, Noorwegen en Zweden (Scandinavie) reisden de Noormannen heel de wereld over om te handelen en te plunderen.
De Noormannen ontdekten veel nieuwe plekken en vaak gingen groepen op zulke ontdekte plekken wonen. Ze stichtten daar nieuwe nederzettingen. De Vikingen waren zelfs eerder in Amerika dan Columbus!

Slide 14 - Diapositive

Wat was de reden dat de Vikingen een houten drakenhoofd maakte op de voorkant van hun schip?
A
Ze dachten dat ze daardoor sneller zouden varen.
B
De Vikingen zagen draken als goden en wilde die zo eren.
C
Ze wilde de vijanden angst aanjagen.
D
Ze dachten dat die de boze geesten op zee zou verjagen.

Slide 15 - Quiz

Wat is een ander woord voor Noormannen?
A
Scandinaviërs
B
Vikingen
C
Ridders
D
White walkers

Slide 16 - Quiz

Waarom bleven de Vikingen niet in Scandinavië?
A
De Vikingen wilden meer rijkdom.
B
De Vikingen vonden Scandinavië saai.
C
De Vikingen wilden meer voedsel.
D
De Vikingen wilden meer geweld uitoefenen.

Slide 17 - Quiz

De Vikingen waren ook handelaars en ontdekkers.
A
goed
B
fout

Slide 18 - Quiz

Het Rijk van de Rus
De handelaren uit Zweden
De plaatselijke bevolking noemde de Noormannen "Rus", wat misschien roeiers betekende. In de 9e eeuw drongen de Noormannen via rivieren steeds dieper het binnenland in.
Ze bereikten zelfs Constantinopel en dreven handel met het verre Bagdad (bont, huiden, barnsteen en honing).
Rijk van de Rus
In de vroege Middeleeuwen stichtten Noormannen het Rijk van de Rus:  volgens een oude kroniek vroegen Slavische en Finse stammen de Rus om hun vorst te worden.
Rurik heerste over Novgorod in het noorden van Rusland. Verder ontstond in Kiev een vorstendom van Noormannen = Rijk van Kiev

Slide 19 - Diapositive

Het Rijk van de Rus
Geschiedenis van Oost-Europa
In de vroege Middeleeuwen stichtten Noormannen (handelaren uit Zweden)  het Rijk van de Rus.

De landelijke bevolking noemde de Noormannen "Rus", wat misschien roeiers betekende. In de 9e eeuw drongen de Noormannen via rivieren steeds dieper het binnenland in.
Ze bereikten zelfs Constantinopel.
Volgens een oude kroniek vroegen Slavische en Finse stammen de Rus om hun vorst te worden.

Rurik heerste over Novgorod in het noorden van Rusland.
Verder ontstond in Kiev een vorstendom van Noormannen. 
= Rijk van Kiev

Waar zijn we?
Ken jij je topo? 
Nee? Dan ga je naast GS ook je topo oefenen! 

Slide 20 - Diapositive

Ummayaden=Omajjaden. Zij zijn de soennitische opvolgers van de 4 kaliefen.

Slide 21 - Diapositive


Welke godsdienst is ouder?
A
christendom
B
islam

Slide 22 - Quiz


Wie is de profeet van de islam?
A
Mohammed
B
Jezus
C
Arabier
D
Er is geen profeet

Slide 23 - Quiz


Waar is de Islam ontstaan?
A
Arabië
B
China
C
Spanje
D
Turkije

Slide 24 - Quiz

Veel goden of één god? 
  • In de zesde eeuw geloofden de Arabieren in honderden goden
  • In de stad Mekka stond de Ka'aba: een grote zwarte steen
  • Op deze plek aanbieden de Arabieren hun goden
  • Ook mensen, waaronder veel handelaren, uit andere landen bezochten de Ka’aba en baden er tot hun goden.
  • Mekka lag aan een kruispunt van handelswegen en was een belangrijke handelsstad.

Slide 25 - Diapositive

Mohammed 
  • Mohammed was een handelaar uit Mekka. 
  • In een droom, een visoen, vertelde een engel dat er maar één god is, Allah.
  • Mohammed vertelde de mensen in Mekka over zijn droom, maar bijna niemand wilde naar hem luisteren. 
  • De meeste mensen moesten niets van Mohammed hebben en joegen hem en zijn volgelingen de stad uit

Slide 26 - Diapositive

Van Mekka naar Medina
Jaartal: 622

  • Mohammed vlucht naar Medina (622)
  • Dit is het begin van de islamitsche jaartelling, de hedsjra
  • In deze stad woonden veel joden en christenen, ook zij geloven in één god (monotheïsme).
  • Mohammed, die zich profeet van Allah noemde, kreeg veel aanhangers. 
  • Zij noemden zich moslims en hun godsdienst de islam.

Slide 27 - Diapositive

Terug naar Mekka
Jaartal: 630

  • Met een grote groep moslims ging Mohammed terug naar Mekka (630)
  • Er werd gevochten en Mohammed won. 
  • Veel bewoners van Mekka werden toen alsnog moslim. 
  • Mohammed beval dat mensen bij de Ka’aba alleen nog tot Allah mochten bidden.

Slide 28 - Diapositive


De islam kent...
A
1 god
B
2 goden
C
3 goden
D
4 goden

Slide 29 - Quiz

De islam
  • Islam betekent: 'onderwerping'
  • Het belangrijkste boek is de Koran of Qoer'ān (القرآن)
  • Volgens moslims zijn de woorden in de Arabische taal door Allah via de engel Djibriel aan Mohammed geopenbaard.
  • Daarnaast moet een moslim zich (zoveel mogelijk) houden aan de vijf zuilen, dit zijn godsdienstige verplichtingen.
  • Het vrijdaggebed in een moskee is voor mannen verplicht

Slide 30 - Diapositive


De volgelingen van de islam zijn
A
boedhist
B
christen
C
jihad
D
moslim

Slide 31 - Quiz


Opvolgers van Mohammed heten
A
Kaliefen
B
Poitiers
C
Profeten
D
Arabieren

Slide 32 - Quiz

Vijf zuilen van de islam
geloofsbelijdenis (sjahada)
الشهادة
rituele gebeden (salat)
الصّلاة
geven aan armen (zakat)
زكاة
ramadan
(saum)
رمضان
pelgrimstocht 
(hadj)
الحجّ

Slide 33 - Diapositive

Ummayaden=Omajjaden. Zij zijn de soennitische opvolgers van de 4 kaliefen.

Slide 34 - Diapositive

De kalief
De opvolger van Mohammed, de kalief, had de godsdienstige, militaire en politieke leiding. De clan der Omajjaden (uit Mekka) had tot 750 de macht in handen. De hoofdstad was Damascus.

Slide 35 - Diapositive

Abbasiden
  • In 750 verslaan de Abbasiden de Omajjaden. 
  • Sterkste stad wordt Bagdad
  • ---> Expansie vermindert en stopt uiteindelijk helemaal

Slide 36 - Diapositive

Verdere verspreiding van de islam
Onder de Abbasiden stopte de politieke expansie, wel verdere verspreiding islam:
  • tot in Senegal en Mali door Berbers
  • tot Oost-Afrika en Zuid- en Oost-Azië door handelaren
  • in Noord-India door islamitische krijgsheren

In de 13e eeuw vielen Mongolen het Abbasiden-rijk binnen:
  • ze veroverden een groot deel van het Midden-Oosten
  • na hun bekering tot islam verovering van India, Maleisië en Indonesië
  • einde Byzantijnse rijk (1453) door Ottomaanse veroveringen


Slide 37 - Diapositive

Waar kijk ik naar? 

Slide 38 - Diapositive

Opkomst Mongoolse Rijk
De soennieten hadden de meeste macht. Het Arabische Rijk raakte echter verzwakt, doordat de kalief vaak de steun van de sultans mist. In 1258 werd Bagdad verwoest door de Mongolen

Slide 39 - Diapositive

Mongoolse rijk
Van Korea tot en met Hongarije vrije handel:
  1. Geen tol (=belasting als je ergens langs gaat)
  2. Rustplaatsen langs de wegen
  3. Bescherming van de wegen
  4. Handel wordt veel goedkoper: Veel meer producten van oost naar west

Slide 40 - Diapositive

1

Slide 41 - Vidéo

Slide 42 - Vidéo

Afsluitend: Jouw eigen naam in runenschrift! 
Pak een blaadje en schrijf jouw voornaam in runenschrift op!

Slide 43 - Diapositive