Classificaties (les donderdag 20-3)

Classificatie systemen
1 / 34
suivant
Slide 1: Diapositive
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

Cette leçon contient 34 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Classificatie systemen

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen

  • Je kunt na deze les benoemen wat een classificatiesysteem en ordeningsprincipe is.
  • Je kunt uitleggen waarom er gewerkt wordt met classificatiesystemen.
  • Je kunt voorbeelden benoemen van classificatiesystemen.

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Sleep de juiste stap in het verpleegkundig proces naar de juiste plaats 
timer
1:30
Verpleegkundige 
diagnose stellen 
Monitoren 
Evalueren van verpleegkundige zorg
Verpleegkundige interventies kiezen 
Uitvoeren van verpleegkundige zorg 
Gegevens verzamelen
Verpleegdoelen formuleren 

Slide 4 - Question de remorquage

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat is een classificatiesysteem?
Classificatie = indeling

Hulpmiddel om je taken goed uit te kunnen voeren en ordenen.
Zorgt ervoor dat we dezelfde 'taal' spreken (begrippen, handelingen)

Systeem waarin afspraken staan = classificatiesysteem

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

  • Ook wel ordeningsprincipe genoemd
  • Geeft richting, structuur en betekenis aan het verzamelen, interpreteren en groeperen van gegevens. 
  • Een classificatie geeft ook structuur aan het verpleegplan.
  • Een verpleegkundig model (zoals Gordon) geeft richting aan het classificatiesysteem

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Veel gebruikte classificaties
In de gezondheidszorg maken we gebruik van verschillende classificatiesystemen. Veelgebruikte classificatiesystemen in de Nederlandse zorg zijn:

NANDA;
NIC;
NOC
ICF;
Omaha-systeem;
RAIview;
ICNP;
AAIDD;
Schalock/ISS.

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Waarom is het belangrijk om binnen de verpleegkunde met een classificaties te werken?

Slide 8 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Voordelen!
Een goede classificatie:
  • verkleint de kans dat bij je het verzamelen van gegevens zorgaspecten vergeet;
  • biedt houvast bij het opstellen van standaardverpleegplannen en individuele verpleegplannen;
  • Men spreekt dezelfde taal: maakt uitwisseling van gegevens beter mogelijk.

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeelden classificatiemodel
  •  Bij Nanda-I/NIC/NOC orden je de diagnoses, interventies en uitkomsten 
  • Omaha System orden je je gegevens volgens aandachtsgebieden, soort actie en actievlakken.
  • 4 Levensdomeinen
  • De gezondheidspatronen van Gordon 

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verschillen in classificaties
Sommige van deze classificatiesystemen kan je gebruiken voor een deel van het zorgproces, zoals de NOC en de NIC. Je kan met classificatiesystemen die over een deel van het zorgproces gaan dus niet alles ordenen. 

Andere classificatiesystemen gaan juist wel over het hele zorgproces, zoals het Omaha-systeem. Het Omaha-systeem kan je wel gebruiken om alle informatie over de zorg van een zorgvrager in één keer te ordenen. 

De verschillende classificatiesystemen werken niet allemaal hetzelfde. Doordat de classificatiesystemen niet hetzelfde werken, kunnen ze elkaar dus niet zomaar vervangen. 

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nanda, NIC en NOC (NNN)
De classificaties NANDA, NIC en NOC ondersteunen het volledige proces van verpleegkundig redeneren: van anamnese en diagnose tot uitvoering en evaluatie.
Sinds 2003 worden in de praktijk deze systemen vaak samen gebruikt door verpleegkundigen. Dan noemen we dit systeem de NNN-classificatie.

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Nanda, NIC en NOC
De classificaties NANDA, NIC en NOC ondersteunen het volledige proces van verpleegkundig redeneren: van anamnese en diagnose tot uitvoering en evaluatie.
  • NANDA-I: een classificatie voor verpleegkundige diagnoses
  • NIC: een classificatie voor verpleegkundige interventies
  • NOC: een classificatie voor verpleegkundige resultaten of zorgresultaten/uitkomsten van zorg


Slide 13 - Diapositive

Carpenito

NNN
NNN  
verpleegkundig proces

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Voorbeeld NNN
NANDA Diagnose
Risico op vallen
  • tgv cognitieve stoornissen/ mobiliteitsstoornissen
NOC: zorgresultaten
  • mobiliteit (lopen, verplaatsingsvermogen, functioneren van lichaamspositie)
  • evenwicht (lichaamshouding)
  • kennis: valpreventie
NIC: interventies
  • Valpreventie
  • voorlichting
  • positionering

Slide 16 - Diapositive

handboek erbij pakken
Omaha system


  • Het Omaha System is tussen 1975 en 1986 ontwikkeld in de Verenigde Staten. 
  • Het is tot stand gekomen door en voor verplegend personeel, administratief medewerkers en managers.
  • Het wordt in Nederland vooral gebruikt in de thuiszorg en steeds vaker ook in verpleeghuizen.

Slide 17 - Diapositive

Omaha System kent 42 aandachtsgebieden verdeeld over vier domeinen: 1 omgevingsdomein 2 psychosociaal domein 3 fysiologisch domein 4 gezondheidsgerelateerd gedragsdomein. 
In Omaha System wordt niet gewerkt met doelen maar met uitkomsten. Deze uitkomsten worden per aandachtsgebied weergegeven in scores op drie terreinen:
1-Status van de signalen en symptomen = hoe ernstig zijn de signalen en symptomen?
2-Kennis = wat een cliënt weet. Het vermogen van de cliënt om informatie te onthouden, te begrijpen en te interpreteren.
3-Gedrag = wat een cliënt doet. Je verwacht dat het gedrag van de cliënt bijdraagt aan zijn gezondheid, dus dat het gedrag zo is dat de signalen en symptomen minder ernstig worden of dat de cliënt ermee om kan gaan. En dat de cliënt dat wat hij weet over zijn situatie kan omzetten in gedrag dat voor zover mogelijk bijdraagt aan zijn gezondheid.
Wat is het OMAHA-systeem 

Het Omaha System is een classificatie die zorgprofessionals helpt bij het identificeren en vastleggen van aandachtsgebieden, acties en uitkomsten van en voor cliënten.​


Iedere zorgverlener spreekt dezelfde taal. 

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

3

Slide 19 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

01:21
Beschrijft kort wat het Omaha System is

Slide 20 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

01:59
Alle zorg instellingen gebruiken dezelfde classificaties/systemen
A
waar
B
niet-waar

Slide 21 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

06:09
Wat is subjectief?

Slide 22 - Question ouverte

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

ICF=International Classification of Functioning, Disability and Health 
Classificatiesysteem van de WHO dat beschrijft hoe mensen met hun gezondheidstoestand omgaan. 
De ICF is een begrippenkader (een soort woordenboek) waarmee het mogelijk is om het functioneren van mensen en de eventuele problemen die zij in het functioneren ervaren te beschrijven.


Het doel van de ICF is communicatie mogelijk maken tussen verschillende beroepsgroepen en landen.

Slide 24 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

ICF
ICF is opgebouwd uit componenten, domeinen, categorieën en typeringen
Het menselijk functioneren wordt vanuit drie perspectieven beschreven: 

  • functies en anatomische eigenschappen
  • activiteiten
  • participatie in de samenleving

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 26 - Vidéo

Cet élément n'a pas d'instructions

Hoeveel patronen hanteert Gordon?
A
7
B
10
C
11
D
14

Slide 27 - Quiz

Cet élément n'a pas d'instructions

Majory Gordon ​
Verpleegkundige theoretici en professor
Ordeningsprincipe: de 11 gezondheidspatronen van Gordon ​

De gezondheidspatronen zijn volgens Gordon functioneel omdat ze de gedragingen weergeven van mensen in hun behoefte in het welbevinden. Deze gedragingen zijn er op gericht om individuele en sociale behoeften te vervullen en om het individu zo gezond mogelijk te houden​
Wordt gebruik als standaard anamnese structuur door veel instelling​










Slide 28 - Diapositive

Marjory Gordon was de eerste president van de North American
Nursing Diagnosis Association (NANDA).
In de elf gezondheidspatronen ordent Gordon de diagnoses van de NANDA in een logisch geheel. 

De 11 patronen zijn te overzien en logisch voor verpleegkundigen. Veel dossiers in de zorg zijn opgebouwd rond
deze gezondheidspatronen. Door de koppeling van de gezondheidspatronen aan de NANDA-diagnoses biedt
haar werk een belangrijke stap in een meer uniforme aanpak en taal die verpleegkundigen gebruiken bij
het formuleren van verpleegproblemen en verpleegkundige diagnoses. 
Gezondheidspatronen van Gordon
  1. Gezondheidsbeleving en instandhouding 
  2. Voeding en stofwisseling 
  3. Uitscheiding 
  4. Activiteiten 
  5. Slaap/rust 
  6. Waarneming en cognitie 
  7. Zelfbeleving 
  8. Rollen en relaties 
  9. Seksualiteit, voortplanting 
  10. Stress verwerking 
  11. Waarden en overtuiging 

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

De 4 levensdomeinen 
Voor het in kaart brengen van de diagnose en de situatie van de zorgvrager kunnen we gebruik maken van de 4 levensdomeinen. 
Kwaliteit van leven kan worden opgedeeld in 4 levensdomeinen, die de basis vormen van het zorgleefplan.​

  1. Lichamelijk welbevinden​
  2. Mentaal welbevinden​
  3. Woon- en leefomstandigheden ​
  4. Participatie 



Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 31 - Lien

Cet élément n'a pas d'instructions

Oefenen

Opdracht It's learning
Mehmet Yildirim

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Opdracht 
 Kijk naar de 11 gezondheidspatronen van Gordon en breng de huidige gezondheidstoestand van je medestudent in kaart. Achterhaal in welk aandachtsgebied je medestudent problemen ondervindt of eventueel hulp nodig heeft. ​

Opdracht staat in It's learning!
 



Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen behaald?

  • Je kunt na deze les benoemen wat een classificatiesysteem is.
  • Je kunt uitleggen waarom er gewerkt wordt met classificatiesystemen.
  • Je kunt voorbeelden benoemen van classificatiesystemen.

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions