ISW 4M NASK 1 Opvangles 2




0:00 - 0:05 
0:05 - 0:25
0:25 - 0:45
0:45 - 0:75
0:75 - 0:80



Opening les
Deze LessonUp maken
Werken aan  paragrafen
Werken aan het boekje
Opruimen en afsluiten
Les 2

Wat gaan we doen?
1 / 16
suivant
Slide 1: Diapositive

Cette leçon contient 16 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

Éléments de cette leçon




0:00 - 0:05 
0:05 - 0:25
0:25 - 0:45
0:45 - 0:75
0:75 - 0:80



Opening les
Deze LessonUp maken
Werken aan  paragrafen
Werken aan het boekje
Opruimen en afsluiten
Les 2

Wat gaan we doen?

Slide 1 - Diapositive

Doel van de les
Aan het einde van de les heb je wat algemeens over NASK geleerd en ben je een stukje verder met je thema.

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Vidéo

Wel een stofeigenschap
Geen stofeigenschap
Kleur
Smaak
Vorm
Hoeveelheid
Fase
Brandbaarheid
Giftigheid

Slide 4 - Question de remorquage

sleep naar juiste pictogram!
corrosief
lange termijn gezondheidsgevaarlijk
ontvlambaar
oxiderend
giftig

Slide 5 - Question de remorquage

Massa
Gewicht
Is het massa of gewicht?
100 N
20 gram
m
Fz
5 kilogram
7,6 kg

Slide 6 - Question de remorquage

Slide 7 - Vidéo

Wat is de dichtheid van aluminium?
A
2,7 gram/cm³
B
7,8 gram/cm³
C
11,3 gram/cm³
D
1,6 gram/cm³

Slide 8 - Quiz

Rekenen met de formule: p = m : V
De dichtheid van aluminium is 2,7 g/cm³. Hoeveel weegt een blokje van 5 cm³?
Gegevens:
Formule:
Berekening
Gevraagd:
Check:
m = 2,7 x 5
m = p x V
p = 2,7 g/cm³
m = 13,5 gram
V = 5 cm³
m in gram
V = m : p
m = p : V

Slide 9 - Question de remorquage

Een stof heeft een dichtheid van 2,7 g?cm³. De massa is 13,5g. Bereken het volume.

Slide 10 - Question ouverte

Een stof heeft en dichtheid van 7,8 g/cm³. Het volume is 15 cm³. Bereken de massa

Slide 11 - Question ouverte

Je hebt 5 cm³ van een stof en de massa is 35 gram.
Wat is de dichtheid van de stof?

Slide 12 - Question ouverte

Bereken de dichtheid van het blokje. Van welke stof is het blokje?
p=Vm
p=(cm3g)

Slide 13 - Question ouverte

Sleep de  beschrijving naar het juiste woord
Drijven
Zweven
Zinken
De dichtheid van een voorwerp is kleiner dan de dichtheid van een vloeistof
De dichtheid van een voorwerp is groter dan de dichtheid van een vloeistof
De dichtheid van een voorwerp is even groot als de dichtheid van een vloeistof

Slide 14 - Question de remorquage

Sleep  naar de vakken drijven, zweven of zinken.
Drijven
Zweven
Zinken
Rubber in
zeewater
Rubber in
kwik
Ijs in
olie
Ijs in
zeewater
Balsahout in olie
Koper in
zeewater
Koper in
kwik
Rubber in
alcohol
Ijs in 
alcohol

Slide 15 - Question de remorquage

Wat heb je geleerd van deze LessonUp?

Slide 16 - Question ouverte