Wetenschap/onderzoek en criminaliteit

4.4 Criminologie
Deze baby komt op zijn 15e terecht in een jeugdbende en wordt twee jaar later veroordeeld voor drugshandel, diefstal en betrokkenheid bij een steekpartij. 
Wat is zijn levensverhaal?  


timer
1:30
1 / 18
suivant
Slide 1: Diapositive
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

Cette leçon contient 18 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 50 min

Éléments de cette leçon

4.4 Criminologie
Deze baby komt op zijn 15e terecht in een jeugdbende en wordt twee jaar later veroordeeld voor drugshandel, diefstal en betrokkenheid bij een steekpartij. 
Wat is zijn levensverhaal?  


timer
1:30

Slide 1 - Diapositive

4.1 Criminaliteit
= gedrag dat door de overheid strafbaar is gesteld
= relatief: plaats- en tijdgebonden

Geef een voorbeeld van het feit dat criminaliteit plaats-en tijdgebonden is.
timer
1:30

Slide 2 - Diapositive

4.4 Criminologische theorieën
- Criminologie = wetenschap die crimineel gedrag probeert te verklaren.

- Dit gebeurt vanuit verschillende invalshoeken.

Slide 3 - Diapositive

Aan de slag
Maak een samenvatting van 
4 verklaringen voor crimineel gedrag
timer
10:00

Slide 4 - Diapositive

4.4 Criminologische theorieën
Focus op het gedrag van individuen (microniveau):
  • Gelegenheids-/rationelekeuzetheorie
  • Etiketteringstheorie

Focus op hoe samenlevingen in elkaar zitten (macroniveau):
  • Bindingstheorie
  • Structurele deviantie theorie / Anomietheorie

Slide 5 - Diapositive

Gelegenheids-/
rationele keuzetheorie
Mensen - en dus ook criminelen - zijn rationele wezens die kosten tegen  baten afwegen --> ''gelegenheid (geen/weinig controle + aantrekkelijke doelwitten) maakt de dief" 

Slide 6 - Diapositive

Etiketterings-/
labelingstheorie
Stereotypering van minderheidsgroepen als ''crimineel'' kan leiden tot een self-fulfilling prophecy (mensen gaan zich gedragen naar wat er van hen verwacht wordt)

Slide 7 - Diapositive

Bindingstheorie
Hoe meer mensen zich verbonden voelen met de samenleving (door familie, vrienden, school, werk, etc.), hoe meer ze de normen van de samenleving zullen naleven en dus hoe minder crimineel gedrag ze zullen vertonen.

Slide 8 - Diapositive

Structurele-deviantietheorie / anomietheorie 
De structuren in de samenleving (zoals wetten) zijn in het voordeel van de machtigen/rijken. 
Criminaliteit is het resultaat van de ongelijkheden in de samenleving.

Slide 9 - Diapositive



Welk van deze 4 theorieën sluit het beste aan bij het levensverhaal dat jullie verzonnen? Leg uit met een concreet voorbeeld.

Slide 10 - Diapositive

Wat bedoelen we met 'criminaliteit is relatief'
A
Het hangt af van wat je waarneemt
B
Het is tijd en plaatsgebonden
C
Het is aangeboren
D
Het is aangeleerd

Slide 11 - Quiz

Potentiële daders, geschikte doelwitten en de hoeveelheid bewaking bepalen de hoeveelheid criminaliteit in een land.
A
Etiketteringstheorie
B
Bindingstheorie
C
Rationele keuze/ Gelegenheidstheorie
D
Structurele deviantie-theorie

Slide 12 - Quiz

Deze theorie geeft een verklaring waarom mensen juist geen crimineel gedrag vertonen.
A
Etiketteringstheorie
B
Bindingstheorie
C
Rationele keuze/ Gelegenheidstheorie
D
Structurele deviantie-theorie

Slide 13 - Quiz

Een vrouw in de bijstand krijgt een boete, omdat ze gratis boodschappen heeft gekregen van een familielid.
A
Etiketteringstheorie
B
Bindingstheorie
C
Rationele keuze/ Gelegenheidstheorie
D
Structurele deviantie-theorie

Slide 14 - Quiz

"Drillrappers zouden criminelen zijn en drillrap zou zorgen voor meer geweld. In de clips rappen jongens in bivakmutsen over de straat en de gevangenis, en uiten ze beledigingen en bedreigingen aan het adres van rivaliserende groepen."
A
Etiketteringstheorie
B
Bindingstheorie
C
Rationele keuze/ Gelegenheidstheorie
D
Structurele deviantie-theorie

Slide 15 - Quiz

Structureledeviantietheorie
Etiketteringstheorie
Gericht op macroniveau 
De rijken zijn in het voordeel
Vooroordelen kunnen leiden tot crimineel gedrag
Gericht op gedrag van individuen (microniveau)
De wet valt gunstiger uit voor rijken dan voor armen.

Slide 16 - Question de remorquage

Welke criminaliteitstheorie vind jij het meest aannemelijk?
Structurele deviantietheorie
Bindingstheorie
Rationele keuze
Etiketterings-theorie
Aangeleerd gedrag theorie

Slide 17 - Sondage

Vrijdag houden we een debat tussen politici van de gelegenheids-, bindings-, etiketterings- en structurele-deviantiepartij over het bestrijden van criminaliteit.

Welke maatregel is volgens jullie partij de meest effectieve manier om criminaliteit te bestrijden? 

Slide 18 - Diapositive