V2A 02-02-2021

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

Bonjour!

Les buts pour aujourd'hui:

Aan het einde van deze les:

- Weet je wat "La Chandeleur" is

- Weet je of je de leesteksten (huiswerk) goed hebt begrepen

- Weet je wat je moet leren voor de toets van volgende week 

- Ken je de meeste woordjes van chapitre 3 

le 2 février

la Chandeleur - la fête des crêpes

40 jours après la naissance de Jésus (Noël)

origine païenne 

La Chandeleur s'appelle aussi:

1. La fête des croissants
2. La fête des crêpes
3. La fête des brioches
4. La fête du pain

La Chandeleur is in het Nederlands:

1. Carnaval
2. Driekoningen
3. Maria Lichtmis
4. Mardi Gras

C'est la fête des crêpes parce qu'une crêpe ressemble à:

1. un soleil
2. une lune
3. un nuage
4. une pièce de monnaie

Als je een pannenkoek in de lucht gooit en weer opvangt in de pan met een muntje in je hand:

1. brand je je hand niet
2. mag jij alle pannenkoeken opeten
3. hoef je de volgende dag niet naar school
4. brengt dat het hele jaar geluk en fortuin

De eerste pannenkoek werd wel een jaar lang bovenop de kast bewaard, omdat:

1. het hele huis dan lekker ging ruiken
2. de oogst dan het hele jaar goed zou zijn
3. je oma daar blij van werd
4. het dan het hele jaar niet zou regenen

Online toets 11 februari

Leren: alle vocabulaire (woordjes en zinnen) van chapitre 3

alle grammaire van chapitre 3: 

De imparfait (o.v.t.), les verbes op -ir & het lijdend voorwerp als persoonlijk voornaamwoord (+ leesvaardigheid)

             Nakijken HW: 

             ex. 2a blz. 123 wb 

           ex. 36a blz. 126 wb

Les devoirs pour jeudi:

- Maken ex. 38 (blz. 127 wb)

& ex. 2 + 3 van de oefentoets (blz. 132/133 wb)

- Herhalen: vocabulaire en grammatica chapitre 3

Zie: Its Learning voor uitlegfilmpjes en Quizlet met alle woordjes en zinnen

https: