Het Britse Rijk H3 De Britten in India (1765-1885)

1 / 38
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

Cette leçon contient 38 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 120 min

Éléments de cette leçon

Slide 1 - Diapositive

Het ontstaan van Brits-Indië
Leerdoel: Hoe ontstond Brits-Indië?
  • Na de onafhankelijkheid van de Verenigde Staten verschoof het zwaartepunt van het Britse
    rijk naar India. Sinds het begin van de 17e eeuw had de East India Company hier factorijen van waaruit zij handel dreef met de Mogol-vorsten. 
  • Toen de positie van deze vorsten verzwakte, breidde de East India Company haar macht over India uit. Het verdrag van Allahabad in 1765 betekende het begin van het Britse rijk in India.

Slide 2 - Diapositive

Kenmerkende aspecten:
  • Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van de wereldeconomie.
  • Uitbouw van de Europese overheersing, met name in de vorm van plantagekoloniën en de daarmee verbonden trans-Atlantische slavenhandel, en de opkomst van het abolitionisme.
  • De industriële revolutie die in de westerse wereld de basis legde voor een industriële samenleving.
  • De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie.
  • De opkomst van emancipatiebewegingen

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

KA: Wereldwijde handelscontacten, handelskapitalisme en het begin van de wereldeconomie.
  • East India Company (EIC)
  • EIC: Zij hadden het Brits monopolie op alle handel tussen Azië en GB.
  • Aandelen!
  • 1600
  • Opgericht door Britse koningin Elizabeth
  • Niet besturen (kolonie)alleen handel!!! (en winst maken).
  • Kosten voor een bestuursapparaat waren te hoog.
  • Handel via factorijen (handelspost).

Slide 5 - Diapositive

Waar streefde de EIC naar?
A
Handelsmonopolie
B
Absolute macht
C
Gebiedsuitbreiding
D
Rijkdom

Slide 6 - Quiz

De East India Company verkreeg een monopolie. Wat hield dit monopolie in?
A
Alleen de EIC mocht handelen in Azië
B
De EIC had enkel het monopolie voor de Engelse binnenlandse markt
C
De EIC had een monopolie in zowel Engeland als de rest van Europa
D
De EIC had monopolies aan de Indiase kust en voor de verkoop in Engeland

Slide 7 - Quiz

factorij 
Factorij

Slide 8 - Diapositive

  • Rond 1600 waren er in India verschillende koninkrijkjes. Mogolrijk was het grootste. Specerijen en katoen waren aantrekkelijk.
  • Mogolrijk werd feodalistisch bestuurd. Taj Mahal.
  • Mogolrijk: constant oorlogen (meerdere godsdiensten en culturen)
  • In de 17e en 18e eeuw verzwakt waardoor de Engelsen een kans kregen

Slide 9 - Diapositive

Welke vorsten hadden driekwart van India in handen?
A
Punjabi
B
Mogol
C
Bengalen
D
Gurkha

Slide 10 - Quiz

Slide 11 - Diapositive

Slide 12 - Vidéo

Het ontstaan van Brits-Indië
KA: de moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industriële revolutie
  • in de 18e eeuw verzwakte het gezag van de mogols
Er ontstond een machtsvacuüm waarvan de Britten gebruik maakte om hun macht in India uit te breiden.
  • 1756 Vorst in Bengalen valt de Britse factorij in Calcutta aan
  • Er volgen verschillende oorlogen o.a Slag bij Buxar 1764 die wordt verloren door de Mogol
Als reactie hierop bezette de EIC heel Bengalen. In 1765 werd de oorlog beëindigd met het verdrag van Allahabad.
Gevolgen van het verdrag:
  • Inheemse vorst bleef op de troon maar was een soort marionet (werkelijke macht bij de Britten)
  • Britten kregen het recht belasting te innen over de inwoners van Bengalen  (Diwani)

Bengalen ligt aan de oost-kust van India. Tegen de grens met Bangladesh. 

Slide 13 - Diapositive

In welk jaar werd het Verdrag van Allahabad gesloten?
A
1685
B
1725
C
1765
D
1865

Slide 14 - Quiz

Het verdrag van Allahabad (1765) was belangrijk voor de Engelse omdat ze juist op dat moment de kolonies in Amerika verloren.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 15 - Quiz

Slide 16 - Diapositive

Het ontstaan van Brits-Indië
In de eeuw na het verdrag van Allahabad breidde de Britten hun gezag uit over bijna heel het subcontinent.
  • vorsten sloten verdragen waardoor zij hun troon behielden maar hun zelfstandigheid verloren.
  • Soms dwongen de Britten hun gezag militair af.

Lange tijd regeerde de EIC in naam van de Mogol. In 1857 koos de Mogol de kant van opstandelingen tegen de Britten. Als reactie hierop sloegen de Britten de opstand hard neer en verbranden de mogol.
Na verbranding van de mogol werd koningin Victoria uitgeroepen tot keizerin van India.

Slide 17 - Diapositive

Uitbreiding EIC en Britse invloed

Slide 18 - Diapositive

Einde aan de Mogol-dynastie
  • 1858: opstand neergeslagen -> Indiers vormen geen eenheid.
  • Gevolg: Engelse kroon neemt bestuur kolonie over.
  • Britse gezag wordt sterker en ‘Engelser’. Indische cultuur wordt verder onderdrukt.
  • Koningin Victoria wordt keizerin van het Britse Rijk en India = einde Mogol dynastie (1858-1947).

Slide 19 - Diapositive

Slide 20 - Vidéo

KA: de moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie
  • Royal Navy was het belangrijkste geworden op de wereldzeeën.
  • Gevolg: vrij vervoer van goederen, geld en soldaten.
  • Brits leger bestond grotendeels uit sepoys. (Er woonden weinig  Britten in Indië).
  • Er kwam nu een duaal bestuur. De Mongol was niet weg, alleen moest hij nu luisteren naar de Britten. Voor de gewone mensen bleef alles hetzelfde.
  • Indirect bestuur vanuit Londen. Gevolg veel misbruik om er zelf beter van te worden.

Slide 21 - Diapositive

Noem 3 dingen die je vandaag geleerd hebt.

Slide 22 - Question ouverte

Wat moet ik nog een keer uitleggen?

Slide 23 - Question ouverte

Het bestuur van Brits- Indie
leerdoel: hoe werd Brits-India bestuurd?
 
Al snel heerste de East India Company over een groot deel van het Indiase subcontinent en was het innen van belasting een belangrijke inkomstenbron.  Bij de controle over het Britse rijk en voor het afdwingen en beschermen van de handel  speelden de Royal Navy en het Brits-Indische leger een grote rol. Dat leger bestond uit Indiase soldaten onder leiding van Britse officieren. Migratie vanuit Groot-Brittannië was er  nauwelijks. Een kleine groep Britten voerde het bestuur over miljoenen Indiërs. Zij maakten hierbij gebruik van het bestaande inheemse bestuur.

Slide 24 - Diapositive

Engeland pakte het in India op dezelfde manier aan als in Amerika
A
Waar
B
Niet waar

Slide 25 - Quiz

Handelskapitalisme was in zowel Amerika als India het doel van de kolonisatie van de Engelsen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 26 - Quiz

Directe oorzaak of aanleiding
Indirecte oorzaken
Gevolg
V.S. wordt onafhankelijk van Engeland
Suikerplantages op Jamaica en Barbados zijn niet meer winstgevend
Mogolvorsten verliezen macht aan de lokale vorsten
Verhouding tussen Engeland en India veranderd. Engeland gaat India koloniseren.
Verdrag van Allahabad
Engeland wil meer grip krijgen op binnenlandse handel in India

Slide 27 - Question de remorquage

Bestuur van Brits-Indië (KA= De moderne vorm van imperialisme die verband hield met de industrialisatie)
1857: Grote  Indiase opstand (Britse Rijk) of Eerste Indiase Onafhankelijksheidsoorlog (India) Let dus goed op wat mij een bron staat!!! Dan weet je al vanuit welk standpunt deze is geschreven!!!
Waarom: -Hoge belastingen
-Geen respect voor de Indiase cultuur: alles moet volgens de Britse cultuur
-Indiase soldaten krijgen geen promotie in het leger
-machtsmisbruik en corruptie.
 1857: gerucht dierlijk vet gevolg: sepoy muiterij.
Gevolg: direct Brits gezag 1858 gezag weg bij EIC.




Slide 28 - Diapositive

Bestuur van Brits-Indië
1877: Koningin Victoria wordt keizerin van India
Het nationalisme van het Britse Rijk wordt versterkt door modern imperialisme.
Voor controle van het rijk en bescherming van de handel werd de Royal Navy ingezet. 
  • suez kanaal gaat open 1869 (niet meer om Afrika heen varen)
  • zeereizen ging sneller door de vervanging van zeilschepen door stoomschepen
  • ook werd de controle over India groter door de aanleg van het spoorwegennetwerk. (let op: zowel politiek, militair als economisch!!!)
  • Communicatie ging sneller: telegraaf, telefoon en radio.

Slide 29 - Diapositive

India wordt grondstoffenleverancier én afzetmarkt

  • Begin Industriele Revolutie verandert rol van India.
  • India wordt leverancier van grondstoffen ipv eindproducten.
  • Omvorming van India tot plantagekolonie -> katoen, maar ook andere (niet-inheemse) gewassen zoals tabak. (slaven uit Afrika!!)
  • Grondstoffen worden in GB verwerkt tot eindproducten en (deels) in India weer verkocht.
  • GB bepaalt hoeveelheid en omvang van productie.
  • Verslechtert de concurrentie positie van Indiase nijverheid.

Slide 30 - Diapositive

Indiers willen deelnemen aan het bestuur
  • ‘Verengelsing’ van India: Engels steeds meer voertaal, Brits onderwijs, Brits rechtsysteem etc. 
  • Indische bovenlaag wordt steeds ‘Britser’ -> willen gaandeweg ook invloed in het bestuur.
  • Britten willen vooral Indiers ‘opvoeden’ maar geen macht delen (alles voor, niets door het volk?)
  • Oprichting Indian National Congress: poging van hoogopgeleide Indiers om (beperkte) invloed te krijgen in het bestuur.
  • Opvallend: samenwerking tussen Indiers uit alle delen van India.
  • Britten zien INC als bedreiging: zijn bang dat ze alle macht in India willen.
  • Uitbreiding Britse koloniale macht nog steeds prioriteit.

Slide 31 - Diapositive

Opkomst van het Indiase nationalisme
Britse nationalisten dachten (vanuit superioriteitsgevoel) dat het hun taak was de wereld naar hun model te beschaven. Ze voerde b.v. hun taal, onderwijs en rechtssysteem in hun koloniën. Dit heet koloniaal paternalisme

Het onderwijs was gericht op de elite, overgrote deel van de bevolking bleef analfabeet.
Sommige van de Indische elite konden ook in Engeland aan de universiteit studeren en zodoende een positie bemachtigen binnen het koloniale ambtelijke elitekorps. Hier werden echter slecht weinig inheemse mensen in toegelaten.
  • 1885 oprichting Indian National Congres (opgericht door hoogopgeleide Indische elite)
Het doel van de INC was om gelijke kansen te krijgen. De Britten verzette zich hiertegen, zij vonden dat 'zwakkere volken en rassen' niet op gelijk niveau moesten staan als de Britten. 

Slide 32 - Diapositive

White Man's Burden van Kipling
Wij hebben de taak de kolonies op te voeden.
Omdat de Britse cultuur, normen en waarden superieur zijn .= Koloniaal paternalisme

Slide 33 - Diapositive

In welk jaar begon de Grote Indiase Opstand?
A
1856
B
1857
C
1858
D
1859

Slide 34 - Quiz

Dit is een kaart van het Britse rijk rond 1886. Geef aan of de tekenaar positief of negatief dacht over het Britse rijk. En geef twee beeldkenmerken waaraan je dat kunt zien.

Slide 35 - Question ouverte

Wat is de White Man's Burden?
A
Grondstoffen verzamelen en producten ervan maken
B
Alle mensen bekeren tot het christendom
C
Overal democratie brengen
D
Mensen beschaven tot het niveau van Europeanen

Slide 36 - Quiz

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd

Slide 37 - Question ouverte

Stel 1 vraag over iets dat je deze les nog niet zo goed hebt begrepen

Slide 38 - Question ouverte