Herhalingsles thema 1- 1mavo

Herhalingsles Thema 1
Planten en dieren 
1 / 44
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 1

Cette leçon contient 44 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Herhalingsles Thema 1
Planten en dieren 

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Slide 3 - Diapositive

Slide 4 - Diapositive

Slide 5 - Diapositive

Slide 6 - Diapositive

Noem de zeven levenskenmerken

Slide 7 - Question ouverte

Hoort bewegen bij de levenskenmerken?
A
ja
B
nee

Slide 8 - Quiz

Hoe noem je dit levenskenmerk?
A
plassende hond
B
uitscheiden
C
onderscheiden

Slide 9 - Quiz

Als een organisme geen levenskenmerken meer vertoont, noemen we dat:
A
Dood
B
Levend
C
Levenloos

Slide 10 - Quiz

Iets dat nooit geleefd heeft, noemen we
A
levenloos
B
dood
C
een organisme
D
levend

Slide 11 - Quiz


A
levend
B
dood
C
levenloos

Slide 12 - Quiz


A
levend
B
dood
C
levenloos

Slide 13 - Quiz


A
DOOD
B
LEVEND
C
LEVENLOOS

Slide 14 - Quiz


A
DOOD
B
LEVEND
C
LEVENLOOS

Slide 15 - Quiz

Wat is dit?
A
Groei
B
Ontwikkeling
C
Groei en ontwikkeling

Slide 16 - Quiz

Aan een plant ontstaan steeds meer blaadjes en bloemen. Hoe noemen we dit?
A
groei
B
ontwikkeling

Slide 17 - Quiz

Het groter en zwaarder worden van een organisme noemen we:
A
puberteit
B
adolescentie
C
ontwikkeling
D
groei

Slide 18 - Quiz

Als een plantje nieuwe zijwortels krijgt, is dit dan groei of ontwikkeling?

A
groei
B
ontwikkeling

Slide 19 - Quiz

timer
2:30
1
2
3
4
5
6
7
kiem
zaadhuid
worteltje
navel
hartvormig bultje
poortje
zaadlobben

Slide 20 - Question de remorquage

Wat is een goed voorbeeld van ontwikkeling?
A
Als een boom een dikkere stam krijgt
B
Als een boom zijn bladeren laat vallen
C
Als een plant een langere steel krijgt
D
Als een plant grotere bladeren krijgt

Slide 21 - Quiz

Bij de kieming beschermen de zaadlobben het groeiende kiemplantje.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 22 - Quiz

Bij de kieming neemt een zaad water op via de navel.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 23 - Quiz

De zaadlobben bevatten reservevoedsel voor het kiemplantje
A
Juist
B
Onjuist

Slide 24 - Quiz

Kinderen op de basisschool leren lezen.
A
geestelijke ontwikkeling
B
motorische ontwikkeling
C
lichamelijke ontwikkeling
D
Dat is geen ontwikkeling

Slide 25 - Quiz

Hoort het bij lichamelijke of geestelijke of motorische ontwikkeling?

Jasper leert lopen.
A
Lichamelijke ontwikkeling
B
Geestelijke ontwikkeling
C
Motorische ontwikkeling
D
Dat is geen ontwikkeling

Slide 26 - Quiz

Het leren omgaan met emoties en met gevoelens
A
Lichamelijke ontwikkeling
B
Geestelijke ontwikkeling
C
Motorische ontwikkeling
D
Dat is geen ontwikkeling

Slide 27 - Quiz

Een peuter leert een toren van blokken te bouwen. Is dit een voorbeeld van lichamelijke, geestelijke of motorische ontwikkeling?
A
lichamelijke ontwikkeling
B
geestelijke ontwikkeling
C
motorische ontwikkeling
D
Dat is geen ontwikkeling

Slide 28 - Quiz

een levensfase is..
A
een periode in een mensenleven waarin je lichaam en je hersenen veranderen
B
een periode in een mensenleven waarin je lichaam en je hersenen groeien
C
een periode in een mensenleven waarin je je hersenen ontwikkelen
D
een periode in een mensenleven waarin je lichaam verandert

Slide 29 - Quiz


Wat is de levensfase van een puber?
A
0-1,5 jaar
B
12-16 jaar
C
6-12 jaar
D
16-21 jaar

Slide 30 - Quiz

Wat is de juiste volgorde van levensfasen.
A
Baby, peuter, kleuter, schoolkind, adolescent, puber, volwassene, ouder
B
Baby, kleuter, peuter, schoolkind, puber, adolescent, volwassene, ouder
C
Baby, peuter, kleuter, schoolkind, puber, adolescent, volwassene, ouder
D
Baby, kleuter, peuter, schoolkind, adolescent, puber, volwassene, ouder

Slide 31 - Quiz

De levensfase van een baby duurt..
A
0-1 jaar
B
0- 5 maanden
C
0-1.5 jaar
D
0-2 jaar

Slide 32 - Quiz

Wat is jouw volgende levensfase?
A
kind
B
adolescent
C
puber
D
oudere

Slide 33 - Quiz

In welke levensfase leer je zelfstandig worden?
A
Baby
B
Puber
C
Adolescent
D
Volwassene

Slide 34 - Quiz

Goed of Fout?
In een groene stengel kan Fotosynthese plaatsvinden
A
Goed
B
Fout

Slide 35 - Quiz

Wat ontstaat er bij fotosynthese ?
A
Glucose en zuurstof
B
Zuurstof Koolstofdioxide
C
Water en zuurstof
D
Zuurstof en water

Slide 36 - Quiz


Fotosynthese
Wat is ==> NIET waar
A
Dit vindt plaats bij sommige dieren en alle planten
B
Dit vindt plaats in groene planten
C
Hierdoor maakt de plant zijn eigen voedsel

Slide 37 - Quiz

I: Mensen kunnen hun eigen voedsel maken
II: Planten ademen zuurstof uit
A
Beide waar
B
I: nietwaar II: waar
C
I: waar II: nietwaar
D
Beide nietwaar

Slide 38 - Quiz

Welke onderdelen van een plant kan je allemaal eten?

Slide 39 - Question ouverte

Glucose is een soort.......
A
Blad
B
Gas
C
Suiker
D
Snoepje

Slide 40 - Quiz

Wat heeft een plant nodig voor fotosynthese?
A
water
B
koolstofdioxide
C
water & koolstofdioxide
D
water, koolstofdioxide & zonlicht

Slide 41 - Quiz

Fotosynthese kan je schrijven als:

A
Koolstofdioxide + water + licht -> Glucose + zuurstof
B
Zuurstof + water -> glucose + koolstofdioxide + licht
C
koolstofdioxide + zuurstof + licht -> glucose + water
D
Glucose + koolstofdioxide + licht -> water + zuurstof

Slide 42 - Quiz

Door wortels wordt opgenomen
A
koolstofdioxide en water
B
zuurstof en koolstofdioxide
C
water en zuurstof
D
water en mineralen

Slide 43 - Quiz

Waar komt het licht vandaan wat nodig is voor fotosynthese?

Slide 44 - Question ouverte