Station perron 1 Zakelijke teksten leerjaar 2
1 / 16
Éléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Eens nieuwsbericht in de krant heeft de volgende opbouw:
A
Kop
Uitwerking
Inleiding
B
Inleiding
Kop
Uitwerking
C
Kop
Inleiding
Uitwerking
Slide 2 - Quiz
Tekstverband: CONCLUSIE
A
kortom
B
alles overziend
C
met dat doel
D
daarentegen
Slide 3 - Quiz
Tekstverband: TEGENSTELLING
A
al met al
B
daarentegen
C
zoals
D
waardoor
Slide 4 - Quiz
Tekstverband: TEGENSTELLING
A
al met al
B
daarentegen
C
zoals
D
waardoor
Slide 5 - Quiz
Tekstverband: Tegenstelling
A
echter
B
kortom
C
als
D
waarmee
Slide 6 - Quiz
Tekstverbanden, het woord 'maar' hoort bij een .......tekstverband
A
opsommend
B
voorbeeldgevend
C
tegenstellend
D
redengevend
Slide 7 - Quiz
Tekstverbanden zijn ....
A
verbanden die verschillende teksten met elkaar kunnen hebben
B
verbanden tussen zinnen, woorden en alinea's
Slide 8 - Quiz
Wat is het onderwerp van een tekst? Het onderwerp van een tekst...
A
... vertelt in één of een paar woorden waar de tekst over gaat.
B
... vertelt wat het belangrijkste van de tekst is.
C
... vertelt wat iemand ergens van vindt.
D
... vertelt wat waar of niet waar is.
Slide 9 - Quiz
Wat is de hoofdgedachte?
A
Het belangrijkste wat de schrijver zegt over het onderwerp.
B
Waar de tekst over gaat
C
De titel
Slide 10 - Quiz
Waar staat (meestal) de hoofdgedachte van een tekst
A
In de eerste regel
B
In de inleiding
C
In het begin of aan het einde van de tekst
Slide 11 - Quiz
Welke leesstrategieën heb je?
Slide 12 - Question ouverte
Het tekstdoel instrueren heeft als doel
A
De lezer uitleggen hoe je iets moet doen
B
De lezer amuseren
C
De lezer voorzien van informatie
D
De lezer aansporen iets te doen
Slide 13 - Quiz
Het tekstdoel amuseren heeft als doel
A
De lezer iets laten doen
B
De lezer informatie geven
C
De lezer overtuigen om de schrijvers mening over te nemen
D
De lezer vermaken
Slide 14 - Quiz
Welke signaalwoorden horen bij het tekstverband voorbeeld
Slide 15 - Carte mentale
Kenmerken van een nieuwsbericht zijn:
