Herhaling Chapitre 1

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

V3: Chapitre 1

Vocabulaire et phrases-clés

Traduis F-N:
je suis

1. ik ben
2. ik heb
3. ik doe
4. ik volg

Traduis F-N:
tout le temps

1. continu
2. af en toe
3. veel tijd
4. de hele tijd

Traduis F-N:
presque

1. vaak
2. altijd
3. bijna
4. maar

Traduis F-N:
autrefois

1. nu
2. later
3. in het verleden
4. vroeger

Traduis F-N:
certains

1. deze
2. sommige
3. verschillende
4. andere

Traduis N-F:
het vieruurtje

1. le déjeuner
2. le gouter
3. le diner
4. le petit-déjeuner

Traduis N-F:
de uitvinding

1. l'invention
2. l'intention
3. l'entention
4. l'envention

Traduis N-F:
Laat zien!

1. Fait voir!
2. Montre!
3. Fais voir!
4. Montrez!

Traduis N-F:
twijfelen

1. doubter
2. je ne sais pas
3. oublier
4. hésiter

Traduis N-F:
echt, waar

1. c'est vrai
2. vrai
3. vraiment
4. faux

Traduis N-F:
het nadeel

Traduis N-F:
de sociale media

Traduis N-F:
de geboorte

Traduis N-F:
verstoppen

Traduis N-F:
in mijn wijk

Traduis N-F:
Wat is de wificode?

Traduis N-F:
Post je veel foto's?

Traduis N-F:
Ik ken hem sinds tien jaar.

Traduis N-F:
Hij is aardig en we kunnen over alles praten.

Traduis N-F:
We zien elkaar bijna elke dag.

Grammaire: bijvoeglijk naamwoord

De meeste bijvoeglijke naamwoorden staan _______ het zelfstandig naamwoord.

1. voor
2. achter

Mannelijk (enkelvoud) van het woord; sportif

1. sportif
2. sportives
3. sportifs
4. sportive

Een goed boek

1. Un bon livre
2. Une bonne livre
3. Une livre bonne
4. Un livre bon

Een mooi meisje

1. Une fille belle
2. Une bel fille
3. Une fille bele
4. Une belle fille

Grammaire:
Regelmatige werkwoorden op -re

Je

Ils/elles

Vous

Nous

Il/elle/on

Tu

Verbes en        -er                         -re

Wat zijn de uitgangen in de présent?

-e

-ent

-ons

-s

-s

-ons

-es

-

-ez

-ent

-ez

-e

Combine les verbes!

attendre

entendre

perdre

rendre

répondre

vendre

antwoorden

horen

teruggeven

verliezen

verkopen

wachten (op)

Il ....... (vendre)

1. vend
2. vends
3. vendez
4. vendons

Je (perdre)

1. j'ai perdre
2. j'ai perdu

vous (vendre)

1. vendons
2. vendent
3. vendez
4. vende

Ik ken de regels om regelmatige werkwoorden op -re te vervoegen.

😒🙁😐🙂😃

Fin du cours! Bon courage!