Les 4: Toepassing mondiale luchtcirculatie (deel 1)

Startklaar
  • Oortjes weg, telefoon in het zakkie
  • Jas uit, tas van de tafel
  • Map en pen op tafel
      
       
         
timer
2:30
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

Cette leçon contient 36 diapositives, avec diapositives de texte.

Éléments de cette leçon

Startklaar
  • Oortjes weg, telefoon in het zakkie
  • Jas uit, tas van de tafel
  • Map en pen op tafel
      
       
         
timer
2:30

Slide 1 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Unit 2: Exploration
Learner Profile: Knowledgeable & risk-taker
ATL: Collaboration skills: roles in teamwork
Related concepts: cause and effect & globalization
Key concept: global interaction
Exploration affects global interactions
Global context: peoples, boundaries, exchange and interaction

Slide 2 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Programma
  • Terugblik leerdoelen tot nu toe 
  • Uitleg + aantekeningen
  • Oefening moesson India
  • Onderzoeksopdracht
  • Afsluiting
Om dit succesvol te laten zijn voor iedereen: 
  • Daag jezelf uit en doe mee met alle opdrachten
  • Laat elkaar uitpraten
  • Stilte tijdens de uitleg

Slide 3 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Overzicht periode 2: AK
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
.




FA
Kennis
Uitloop + herhaling
SA
SA
SA

Slide 4 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terugblik
  • Werkt individueel
  • Bekijk de lesdoelen van les 1 t/m 3
  • Schrijf in de linker kolom alles wat je hier nog over weet
  • Schrijf in de rechter kolom waar je nog een vraag over hebt 
Feel free to write in your mother tongue for this exercise

Slide 5 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terugblik: eerste samen
Lesdoel 1: Ik ken de betekenis van de woorden uit de statement of inquiry
(Exploration affects global interactions)

Slide 6 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terugblik: nu alleen! 
Lesdoelen les 1:

1. Ik ken de betekenis van de woorden uit de statement of inquiry

2. Ik kan in het kort uitleggen hoe ouderwetse zeilboten verre landen konden bereiken

Slide 7 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terugblik: nu alleen! 
Lesdoelen les 2:

3. Ik weet wat hogedruk, lagedruk en wind is

4. Ik kan in de basisvorm de mondiale windpatronen tekenen van hoge drukgebieden naar lage drukgebieden 

Slide 8 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terugblik: nu alleen! 
Lesdoelen les 3:

5. kan ik aan de hand van de wet van buys ballot de mondiale winden in een weergave van de aarde tekenen

6. weet ik wat de ITCZ is en wat voor invloed dit heeft op de mondiale winden

Slide 9 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Terugblik
  1. Ik ken de betekenis van de woorden uit de statement of inquiry
  2. Ik kan in het kort uitleggen hoe ouderwetse zeilboten verre landen konden bereiken
  3. Ik weet wat hogedruk, lagedruk en wind is
  4. Ik kan in de basisvorm de mondiale windpatronen tekenen van hoge drukgebieden naar lage drukgebieden 
  5. Ik kan ik aan de hand van de wet van buys ballot de mondiale winden in een weergave van de aarde tekenen
  6. Ik weet wat de ITCZ is en wat voor invloed dit heeft op de mondiale winden

Slide 10 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 11 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen
  • Ik kan het verschil uitleggen tussen passaten en moessons 
  • Ik kan uitleggen hoe moessons ontstaan door de verschuiving van de ITCZ 
  • Ik kan de gevolgen van moessons uitleggen voor India. 
  • Ik kan de expansie van het Britse Rijk uitleggen aan de hand van wind
Begrippen: ITCZ - Passaat - Moesson - Aanlandige wind - Aflandige wind

Slide 12 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Vorige les
  • Versimpeld model van de 
    werkelijkheid
  • de evenaar is niet echt
    het lagedrukgebied!  

Slide 13 - Diapositive

Hoe hoge hoe kouder.
Hoe verder van de evenaar hoe kouder.
ITCZ
=intertropische convergentiezone
Lage drukgebied rondom de evenaar
Ligt niet altijd exact op dezelfde plek.

Lagedrukgebied
1. stijgende lucht, wolkenvorming door condensatie en neerslag
2. wind waait hiernaar toe!

Slide 14 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

ITCZ = lagedrukgebied
Wind waait altijd van H naar L

Slide 15 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1. door de scheve stand van de aardas verandert de breedtegraad waar de zon loodrecht instraalt. 

2. op de plek waar maximale instraling is, wordt de lucht warm, stijgt hij op en dus lage drukgebied


Slide 16 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Evenaar = witte lijn
Evenaar = witte lijn
ITCZ = rode lijn

Slide 17 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 18 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 19 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Passaat
Wind die van het hogedrukgebied rond de 30 graden NB en ZB naar de evenaar waait


Moesson
Wind die zodra hij de evenaar overstreekt van richting verandert.
Natte periode = aanlandige wind 
Droge periode = aflandige wind 

Slide 20 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Toepassingsopdracht:
De moesson in India
timer
10:00

Slide 21 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 22 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 23 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Verdiepende vraag
Leg uit hoe de overstromingen in Nepal komen met behulp van deze bronnen: 

Slide 24 - Diapositive

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen
Geschiedenis & Aardrijkskunde
Wat hebben jullie besproken met meneer Nielsen?
Check eventueel je aantekeningen!

Slide 25 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Het Britse rijk
1585-1900
Eerste vliegtuig in 1903

Slide 26 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Onderzoeksopdracht
  • Werk in duo's of alleen
  • Kies een onderdeel van het Britse rijk (zie kaart met nummers)

Slide 27 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

1
2
3
4
5
6

Slide 28 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Onderzoeksopdracht
  • Zet een kruisje op de door jou gekozen locatie op de 4 kaarten.

Slide 29 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Wat zie je op deze kaarten?

Slide 30 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Onderzoeksopdracht
  • Op je werkblad teken met een stippellijn de route die jullie denken dat de schepen genomen moeten hebben.

  • Ga daarna online op onderzoek uit hoe de boten de wind konden gebruiken om deze bestemming te bereiken. 

  • Teken met een lijn de route in de kaart of kaarten. 
Let op: in welke maand moeten ze (delen) van de route afgelegd hebben?

Slide 31 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Canada (Noord-Amerika)
Zeilschepen maakten gebruik van de westelijke winden (de "Westerlies") over de Atlantische Oceaan om Noord-Amerika te bereiken. Bij de terugreis volgden ze de Golfstroom en de passaatwinden naar Europa
1
Caribisch gebied
De passaatwinden, die constant vanuit het oosten waaien, waren cruciaal voor het bereiken van de Caribische eilanden. Schepen staken de Atlantische Oceaan over vanuit Europa en maakten gebruik van deze oostelijke winden.

2
Zuid-Afrika
De route naar Zuid-Afrika ging via de Kaap de Goede Hoop. Schepen gebruikten de passaatwinden op het zuidelijk halfrond en navigeerden om stormachtige gebieden zoals de Roaring Forties te vermijden.
3
Oost-Afrika
De moessonwinden in de Indische Oceaan waren essentieel om Oost-Afrika te bereiken. Deze winden veranderen van richting afhankelijk van het seizoen, wat schepen in staat stelde om heen en terug te varen.
4
India
De moessonwinden waren ook belangrijk voor de handel met India. Britse schepen maakten gebruik van de zuidwestelijke moesson om naar India te varen en de noordoostelijke moesson voor de terugreis.
5
Australië
Schepen volgden de "Grote Cirkelroute," waarbij ze eerst de passaatwinden van de Atlantische en Indische Oceaan gebruikten en daarna de sterke westelijke winden in de zuidelijke oceanen. De terugreis volgde vaak via Kaap Hoorn.
6
Iindische oceaan
Atlantische oceaan
Stille oceaan
Kaap Hoorn

Slide 32 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Slide 33 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen check
  • Ik kan het verschil uitleggen tussen passaten en moessons 
  • Ik kan uitleggen hoe moessons ontstaan door de verschuiving van de ITCZ 
  • Ik kan de gevolgen van moessons uitleggen voor India.
  • Ik kan de expansie van het Britse Rijk uitleggen aan de hand van wind 
Begrippen: ITCZ - Passaat - Moesson - Aanlandige wind - Aflandige wind

Slide 34 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Leerdoelen check
  • Ik kan het verschil uitleggen tussen passaten en moessons 
  • Ik kan uitleggen hoe moessons ontstaan door de verschuiving van de ITCZ 
  • Ik kan de gevolgen van moessons uitleggen voor India.
  • Ik kan de expansie van het Britse Rijk uitleggen aan
    de hand van wind 

Slide 35 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions

Overzicht periode 2: AK
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
.




FA
Kennis
Uitloop + herhaling
SA
SA
SA

Slide 36 - Diapositive

Cet élément n'a pas d'instructions