BK grammatica hoofdstuk 3 kww

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

H3 grammatica: naamwoordelijk deel

Eerst herhaling....

Welke soorten werkwoorden ken je al?

Voorbeelden: 

     

     X                                                         X                                X

Ik at een koekje                             Ik heb een koekje gegeten       

    zww                                                 hww                        zww

       

Wat zijn de werkwoorden in de zin?
Polly heeft een grote appel gegeten.

Ik zwem graag baantjes.
zwem = ...

1. zelfstandig werkwoord
2. hulpwerkwoord

Ik heb veel gefietst.
gefietst = .....

1. zelfstandig werkwoord
2. hulpwerkwoord

Lisa verbetert de fouten in de zin.

1. verbetert = hww
2. verbetert = zww

Nieuwe leerstof:

Koppelwerkwoord 

Als we een koppelwerkwoord hebben in de zin spreken we van een naamwoordelijk gezegde ipv een werkwoordelijk gezegde. 

Lidwoord

Zelfstandig naamwoord

Bijvoeglijk naamwoord

Koppelwerkwoord

Voorzetsel

Hulpwerkwoord

Zelfstandig werkwoord

Woordsoorten

Even kijken of je de KWW al kent na het zien van het filmpje! Vul de 6 werkwoorden in van ZWaBBeLS.

Koppelwerkwoorden

Zijn

Worden

A

Blijven

Blijken

E

Lijken

Schijnen

heten

dunken

voorkomen

Het belangrijkste werkwoord van de zin is een...?

1. ZWW of HWW
2. ZWW of KWW
3. HWW OF KWW

Er kan maar 1 HWW in de zin staan.

1. juist
2. fout

Een KWW en een ZWW kunnen NIET samen in de zin staan.

1. juist
2. fout

Als je twee of meer werkwoorden hebt in de zin dan is de persoonsvorm ALTIJD een ...

1. HWW
2. ZWW
3. KWW

Stappenplan ontleden

resten

onderwerp

persoonsvorm

naamwoordelijk deel (kww)

lijdend voorwerp

        zinsdelen

Even stap voor stap...

                                                                                                                                    Ik ben gisteren ziek geworden.

Ik ben gisteren ziek geworden.
Welke werkwoorden staan in deze zin?

Ik ben gisteren ziek geworden.
Welk is het belangrijkste werkwoord?

Ik ben gisteren ziek geworden.
Staat het belangrijkste werkwoord in ZWaBBeLS HDV?

1. ja
2. nee

Ik ben gisteren ziek geworden.
Koppelt dit werkwoord een eigenschap aan het onderwerp?

1. Nee
2. Ja: gisteren
3. Ja: ziek

Ik ben gisteren ziek geworden.
Geworden is dus een....

1. HWW
2. KWW
3. ZWW

Hoe noemen we ook al weer het zinsdeel door een koppelwerkwoord wordt gekoppeld aan het onderwerp?

1. lijdend voorwerp
2. naamwoordelijk gezegde
3. naamwoordelijk deel
4. rest

Welke emoji past het beste bij de les van vandaag als het gaat van 'ik snap er niks van' tot 'appeltje eitje' ?

😒🙁😐🙂😃

Herhaling + oefenen

Nu doe je de verschillende stapjes die we vorige les hebben gezien zelf in je hoofd...

Ik zwem graag baantjes.
zwem = ...

1. zelfstandig werkwoord
2. hulpwerkwoord
3. koppelwerkwoord

Hij is ondeugend!
is = ...

1. koppelwerkwoord
2. hulpwerkwoord
3. zelfstandig werkwoord

Ik heb veel gefietst.
gefietst = .....

1. zelfstandig werkwoord
2. hulpwerkwoord
3. koppelwerkwoord

Romy blijft vannacht logeren.
blijft = ...

1. hulpwerkwoord
2. zelfstandig werkwoord
3. koppelwerkwoord

Mag ik je wiskundeboek lenen?

mag = ...

1. hulpwerkwoord
2. koppelwerkwoord
3. zelfstandig werkwoord

De eerste dag weer terug op school wordt een feestje.
Een feestje = ...

1. naamwoordelijk deel (met kww in de zin)
2. lijdend voorwerp (met zww in de zin)

Hij heeft me het leukste cadeau gegeven.
het leukste cadeau = ...

1. naamwoordelijk deel (met kww in de zin)
2. lijdend voorwerp (met zww in de zin)

Hoeveel zelfstandige werkwoorden kunnen er in een zin staan?

1. 1
2. 2
3. 3

Er staat altijd een HWW in de zin.

1. juist
2. fout

Wat is het hww?

Jonas heeft zijn huiswerk gemaakt.

1. heeft
2. gemaakt

Waar heb je nog extra uitleg of hulp bij nodig?

Zelf oefenen

Maak deze week de opdrachten van hoofdstuk 3 in je grammaticaboekje.