Het lezen van verhalen

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Het lezen van boeken en verhalen

Fictie en non-fictie 

Wat is het verschil? 

waar ligt de grens? 

Genres

Genres helpen de lezer te zoeken. 

Houd je bijvoorbeeld van spanning, dan kun je bijvoorbeeld een misdaadboek lezen. 

Personages 

Hoofdpersoon: Streeft een bepaald doel na of gaat een bepaalde ontwikkeling door. Er kunnen meerdere hoofdpersonen zijn.

Bijpersonen: Vervullen waak de rollen van helper of tegenstander. 

Setting 

Een setting zegt iets over waar (ruimte) en wanneer (tijd) een boek/verhaal/film zich afspeelt. 

Soms kun je de tijd ook niet weten, omdat verhalen heel fictief zijn. Denk bijvoorbeeld aan Lord of the Rings of Game of Thrones. 

Tijd

Verteltijd: tijd die nodig is om een tekst te lezen.

Vertelde tijd: tijd die de gebeurtenissen in chronologische volgorde in beslag nemen. 

Volgorde

Chronologisch: alles gebeurt van vroeg naar laat. 

Niet-chronologisch: er worden tijdsprongen gemaakt waarbij de volgorde van gebeurtenissen elkaar niet chronologisch opvolgen. 

Niet chronologische tijd

Vooruitwijzingen en terugverwijzingen naar iets van zal gebeuren of al is gebeurd

Speciale vorm van verwijzen: Flashback (uitgebreide terugverwijzing) 

Vragen bij ´Sevilla´

1. Wat valt je op aan de tijd?

2. Noem een hoofdpersoon en een helper.

3. Wat is de verteltijd en de vertelde tijd van het verhaal? 

4. Wat is de setting? 

5. Is dit een goede of een slechte film? Of iets daar tussenin? 

Vragen bij ´Sevilla´

1. Wat valt je op aan de tijd?

2. Noem een hoofdpersoon en een helper.

3. Wat is de verteltijd en de vertelde tijd van het verhaal? 

4. Wat is de setting? 

5. Is dit een goede of een slechte film? Of iets daar tussenin?