Cette leçon contient 42 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.
La durée de la leçon est: 60 min
Éléments de cette leçon
H3C periode 2
Tom
Slide 1 - Diapositive
Slide 2 - Diapositive
H3E periode 2
Slide 3 - Diapositive
En route!
Slide 4 - Diapositive
Doelen- en toetsoverzicht periode 2
2. Ik kan de woorden en zinnen die te maken hebben met 'le camping' correct vertalen (NF/FN)
3. Ik kan de woorden en zinnen die te maken hebben met 'reizen' correct vertalen (NF/FN)
4. Ik kan van leesteksten (A2-niveau) over 'reizen' de belangrijkste informatie benoemen
5. Ik kan de passé composé met het juiste hulpwerkwoord correct gebruiken voor de regelmatige werkwoorden -er, -ir, -re en de onregelmatige werkwoorden avoir, être, faire en prendre
6. Ik kan een lijdend voorwerp in een Franse zin vervangen door le, la, l' of les (persoonlijk voornaamwoord)
2. SO 'le camping' (taaldorpboekje)
3. GL3ABEF; 3CG
4. GL3BF/ LB extra
5. GL3D/ LB extra
6. GL3H/ LB extra
REPETITIE doel 3 t/m6 (+SO huiswerkcheck)
Slide 5 - Diapositive
Wat doen we vandaag?
5. Ik kan de passé composé met het juiste hulpwerkwoord correct gebruiken voor de regelmatige werkwoorden -er, -ir, -re en de onregelmatige werkwoorden avoir, être, faire en prendre (GL3D)
Slide 6 - Diapositive
La compétition entre les groupes
Slide 7 - Diapositive
la caravane
l'avion
le camping
la piscine
Robin
Tom
Aron
Lauren
Elise
Stan
Floris
Verene
Elianne
Koen
Hidde
Esmee
Laura
Levi M
Juda
H3C: Nieuwe groepjes, zelfde afspraken ;-)
la tente
le car
la bougie anti-moustique
la valise
Sannah
Leanne
Sander
Elias
Saw
Levi L
Sem
Marijn
Noa
Bloem
Micah
Ruben
Naomi
Mira
Menthe
Joëlle
Slide 8 - Diapositive
le sandwich
le train
l'avion
la glace
Naomi W
Myrthe
Lize
Sander
Jesse
Merijn
Daniël
Job
Thijs
Levon
Juda
Jennifer
Anna
Janou
Julia
H3D: Nieuwe groepjes, zelfde afspraken ;-)
l'Arabe
la plage
les sport d'hiver
le patron
Ruben
Matthias A
Niek
Liam
Naomi R
Amélie
Floor
Naomi E
Willemijne
Boaz T.
Matthias V
Silvan
Simon
Boaz W
Teun
Slide 9 - Diapositive
la valise
l'avion
Moana
découvrir
Lieke
Julia S
Susanne
Jeftha
Wesley
Lotte
Iris
Luna
Hadassa
Samuël
Milan
Anna B
Levi
Jeroen
Joël
H3E: Nieuwe groepjes, zelfde afspraken ;-)
le train
le voyage
le désert
Boeing 747
Aron
Wiljem
Lize
Emily
Marien
Sem
Julia L
Anna G
Dany
Roel
Laureen
Loïs
Danilo
Timon
Rosalie
Sanne
Slide 10 - Diapositive
Slide 11 - Vidéo
Maak zoveel mogelijk Franse zinnetjes met het werkwoord 'avoir' in de verleden tijd (géén vertaalprogramma)
timer
1:30
Slide 12 - Question ouverte
maak
aantekeningen
Slide 13 - Diapositive
beschrijft:
wat er gebeurd is
wat je hebt gedaan
Slide 14 - Diapositive
Slide 15 - Diapositive
kennen!
deel 1: het hulpwerkwoord (werkwoord 1)
Slide 16 - Diapositive
visité
réussi
attendu
deel 2
Slide 17 - Diapositive
Slide 18 - Diapositive
Slide 19 - Diapositive
Slide 20 - Diapositive
Slide 21 - Diapositive
Slide 22 - Diapositive
Passé composé ALTIJD met 'avoir' als hulpwerkwoord, behalve ...
La Maison d'être
Slide 23 - Diapositive
kennen!
Slide 24 - Diapositive
Slide 25 - Diapositive
Slide 26 - Diapositive
Slide 27 - Diapositive
stappen:
1. onderwerp (Wie?) =
2. bijpassend hulpwerkwoord (avoir of être) =
3. voltooid deelwoord = STAM + (é of i of u)
Slide 28 - Diapositive
dus (zet in de p.c.): regarder, il
1. onderwerp (Wie?) = il
2. bijpassend hulpwerkwoord (avoir of être) = avoir: a
3. voltooid deelwoord = STAM + (é of i of u) = é, dus regardé
Slide 29 - Diapositive
dus (zet in de p.c.): regarder, il
1. onderwerp (Wie?) = il
2. bijpassend hulpwerkwoord (avoir of être) = avoir: a
3. voltooid deelwoord = STAM + (é of i of u) = é, dus regardé
Slide 30 - Diapositive
dus (zet in de p.c.): regarder, il
1. onderwerp (Wie?) = il
2. bijpassend hulpwerkwoord (avoir of être) = avoir: a
3. voltooid deelwoord = STAM + (é of i of u) = é, dus regardé
Slide 31 - Diapositive
dus (zet in de p.c.): regarder, il
1. onderwerp (Wie?) = il
2. bijpassend hulpwerkwoord (avoir of être) = avoir: a
3. voltooid deelwoord = STAM + (é of i of u) = é, dus regardé
Slide 32 - Diapositive
dus (zet in de p.c.): regarder, il
1. onderwerp (Wie?) = il
2. bijpassend hulpwerkwoord (avoir of être) = avoir: a
3. voltooid deelwoord = STAM + (é of i of u) = é, dus regardé
Slide 33 - Diapositive
dus (zet in de p.c.): regarder, il
1. onderwerp (Wie?) = il
2. bijpassend hulpwerkwoord (avoir of être) = avoir: a
3. voltooid deelwoord = STAM + (é of i of u) = é, dus regardé
Slide 34 - Diapositive
dus (zet in de p.c.): regarder, il
1. onderwerp (Wie?) = il
2. bijpassend hulpwerkwoord (avoir of être) = avoir: a
3. voltooid deelwoord = STAM + (é of i of u) = é, dus regardé
antwoord: il a regardé
Slide 35 - Diapositive
create.kahoot.it
Slide 36 - Lien
Au travail: les devoirs
Faire: 'H3 passé composé met avoir én être'
https://www.verbos.eu/Comppro/#Login
(code Frans!!! ww pg5p7z)
Apprendre:
Grandes Lignes chapitre 3CG (slim stampen)
Grandes Lignes chapitre 3ABEF (slim stampen)
Grandes Lignes chapitre 3D (slim stampen)
5. Ik kan de passé composé met het juiste hulpwerkwoord correct gebruiken voor de regelmatige werkwoorden -er, -ir, -re en de onregelmatige werkwoorden avoir, être, faire en prendre (GL3D)
Slide 37 - Diapositive
Doel bereikt?
5. Ik kan de passé composé met het juiste hulpwerkwoord correct gebruiken voor de regelmatige werkwoorden -er, -ir, -re en de onregelmatige werkwoorden avoir, être, faire en prendre (GL3D)
Slide 38 - Diapositive
Zet in de passé composé: Finir, nous Antwoord goed? Verlaat zachtjes het lokaal
Freeze
Slide 39 - Question ouverte
Zet in de passé composé: choisir, tu Antwoord goed? Verlaat zachtjes het lokaal
Slide 40 - Question ouverte
Zet in de passé composé: parler, elle Antwoord goed? Verlaat zachtjes het lokaal