8.5 Geluidshinder

8.5 Geluidshinder
1 / 21
suivant
Slide 1: Diapositive
Mens & NatuurMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

8.5 Geluidshinder

Slide 1 - Diapositive

Terugblik

Slide 2 - Diapositive

Geluid wordt gemaakt door een geluids-bron.
A
waar
B
niet waar

Slide 3 - Quiz

Geluid-bronnen maken geluid door trillingen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 4 - Quiz


Hoe klinkt het geluid van de gitaar op de maan?
A
Hetzelfde als op aarde.
B
Zachter dan op aarde.
C
Je hoort de gitaar niet.
D
Hoger dan op aarde.

Slide 5 - Quiz

Wat kun je meten in decibel?
A
Volume van geluid
B
Toonhoogte van geluid

Slide 6 - Quiz

Geluidssterkte meet je in decibel

Wat is de afkorting van decibel?
A
DB
B
db
C
Db
D
dB

Slide 7 - Quiz

Meter 1 wijst 50 decibel aan. Meter 2 wijst 90 decibel aan.

Hoe zie je dat?
A
Aan de stand van de wijzer.
B
De wijzer geeft 50 maar ook 90 decibel aan.
C
50 dB omdat de keuzeknop op 'Lo' staat
D
50 dB omdat de keuzeknop op 'Hi' staat

Slide 8 - Quiz

Welk geluid trilt vaker per seconde: een hoog geluid of een laag geluid?
A
Hoog geluid.
B
Laag geluid.

Slide 9 - Quiz

Het geluid van een snaar kun je horen als de snaar minder dan 20 keer per seconde trilt.
A
waar
B
niet waar

Slide 10 - Quiz

Hiernaast zie je een afbeelding
van een gitaar. Je ziet dunne en
dikke snaren.
A
Dikke snaren geven een hogere toon dan dunne snaren
B
Dikke snaren geven een lagere toon dan dunne snaren
C
Dikke snaren geven een harder geluid dan dunne snaren
D
Dikke snaren geven een zachter geluid dan dunne snaren.

Slide 11 - Quiz

Een viool heeft een klankkast. Wat is de functie van een klankkast?
A
De klankkast versterkt het geluid
B
De klankkast verzamelt de klanken van de snaren en geeft deze door aan de lucht
C
De klankkast laat de tonen beter klinken
D
De klankkast laat vooral de lage tonen beter klinken

Slide 12 - Quiz

Gehoorbeentjes
Gehoorgang
Slakkenhuis
Trommelvlies

Slide 13 - Question de remorquage


Een snaar maakt 480000 trillingen per minuut, kan een mens dit geluid horen?
Als de frequentie omlaag gaat, wordt de toonhoogte...
A
Hoger
B
Lager
C
Verandert niet

Slide 14 - Quiz

Leerdoel
  • 8.5.1 Je kunt beschrijven wat de gehoordrempel is.
  • 8.5.2 Je kunt de hoogte van de pijngrens noemen in decibel.
  • 8.5.3 Je kunt beschrijven vanaf hoeveel decibel een geluid gehoorschade kan veroorzaken als je er te lang naar luistert.
  • 8.5.4 Je kunt uitleggen waarom je in sommige situaties gehoorbeschermers moet dragen.
  • 8.5.5 Je kunt uitleggen wat geluidshinder is.
  • 8.5.6 Je kunt voorbeelden noemen van maatregelen tegen geluidshinder bij een drukke autoweg.



Slide 15 - Diapositive

Gehoordrempel
Een heel zacht geluid kun je niet horen. Wordt het geluid een beetje harder, dan kun je het wel horen. Het zachtste geluid dat je nog kunt horen, noem je de gehoordrempel.
Je kunt ook zeggen: de gehoordrempel is de kleinste geluidssterkte die je kunt horen. Als het geluid nog zachter wordt, dan hoor je het niet meer. De gehoordrempel is niet voor alle mensen hetzelfde.

Slide 16 - Diapositive

De pijngrens
In de afbeelding zie je de geluidssterkte in verschillende situaties. Een geluid van 100 dB is heel hard. Als je lange tijd of vaak naar dit geluid luistert, beschadig je je gehoor. Je gaat dan minder goed horen. Dat merk je vaak pas na een aantal jaren.

Een geluid van 140 dB doet pijn aan je oren. Deze geluidssterkte noem je de pijngrens. Een geluid dat zo hard is, is heel erg slecht voor je gehoor. Je wordt doof als je er lang of vaak naar luistert.

Slide 17 - Diapositive

Gehoorschade
Een geluid van meer dan 80 dB is hard. Je kunt wel naar dit geluid luisteren, maar liever niet te lang. Als je er lang naar luistert, kan je gehoor beschadigen. Muziek op je telefoon op maximaal volume is al meer dan 80 dB!

Als je veel of vaak naar hard geluid luistert, kan je gehoor beschadigen. Je krijgt gehoorschade, dat wordt nooit meer beter.
Machines en apparaten in een bedrijf maken vaak veel geluid. Daar moeten mensen gehoorbeschermers dragen.

Slide 18 - Diapositive

Geluidshinder
Geluid dat niet schadelijk is voor je gehoor, kan wél hinderlijk zijn. Hinderlijk betekent storend of vervelend. Als je last hebt van geluid, noem je dat geluidshinder. Niet iedereen vindt dezelfde geluiden hinderlijk. Verkeerslawaai of herrie van de buren vinden veel mensen hinderlijk. Telefoons en harde muziekvinden sommige mensen ook hinderlijk

Slide 19 - Diapositive

Door geluidshinder kunnen mensen problemen krijgen met slapen. Dat is slecht voor hun gezondheid. Bij een drukke autoweg zijn daarom maatregelen nodig om geluidshinder tegen te gaan.
Bijvoorbeeld:
• asfalt dat minder geluid maakt;
• autobanden die minder geluid maken;
• een geluidswal of geluidsscherm langs de weg 
• glas dat minder geluid doorlaat in de ramen van huizen vlak bij de snelweg.
Geluidswal
Dikke laag aarde die het geluid opneemt, bijvoorbeeld langs de snelweg.
Geluidsscherm
Scherm dat geluid terug kan kaatsen.

Slide 20 - Diapositive

Aan het werk! NOVA!
Wat? 8.5 Geluidshinder- opdrachten 1 t/m 17
 (blz. 226 t/m 234, oranje pagina's overslaan)

Waar? In je Boek B

Klaar? Maak de test jezelf van 8.4 en 8.5


timer
15:00

Slide 21 - Diapositive