Cette leçon contient 21 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 2 vidéos.
Éléments de cette leçon
Productie
Slide 1 - Diapositive
Hoofdstuk 4
4.1 Hoe maak je dat?
Slide 2 - Diapositive
Planning
1. Leerdoelen
2. Uitleg theorie 3. Oefenen 4. Nakijken 5. Verder werken
Slide 3 - Diapositive
Leerdoelen
Na afloop van deze les ken/kan ik: - Uitleggen wat het verschil is tussen goederen en diensten - Uitleggen wat een bedrijfskolom is - Uitleggen wat toegevoegde waarde is - Voorbeeld geven van productiekosten - 3 productiesectoren herkennen
Slide 4 - Diapositive
Produceren
Goederen
Diensten
= het maken van goederen/leveren van diensten
Slide 5 - Diapositive
Hoe?
Heb je je ooit al eens afgevraagd hoe een brood bij ons terecht komt?
Slide 6 - Diapositive
Slide 7 - Vidéo
Bedrijfskolom
Bedrijfskolom
Productiefasen
Slide 8 - Diapositive
0
Slide 9 - Vidéo
Productiekosten
= alle kosten die je maakt bij het produceren.
Slide 10 - Diapositive
Productiesectoren
Agrarisch, grondstoffen maken door natuur
Industrie, goederen maken door grondstof
Diensten leveren
Slide 11 - Diapositive
Zelfstandig werken
Bladzijde 98 / 99 / 100 / 101
timer
1:00
Slide 12 - Diapositive
QUIZ
Mobieltjes pakken!
Slide 13 - Diapositive
Produceren is het maken van goederen en het verlenen van diensten.
A
Juist
B
Niet Juist
Slide 14 - Quiz
Willem brengt de postpakketten rond. Dit is het:
A
Produceren van goederen.
B
Leveren van diensten.
Slide 15 - Quiz
Wat is een bedrijfskolom?
A
Alle bedrijven die hetzelfde maken bij elkaar
B
Alle bedrijven die betrokken zijn bij de productie van een product
C
Alle bewerkingen die een product ondergaat
D
Alle winkels die een bepaald product verkopen
Slide 16 - Quiz
Van welk product zag je de bedrijfskolom?
A
Brood
B
Broek
C
T-shirt
D
Melk
Slide 17 - Quiz
Wanneer de productiekosten dalen, kan de prijs van de producten....
A
Stijgen
B
Dalen
C
Gelijk blijven
D
niet worden aangepast
Slide 18 - Quiz
Welke van de drie productiesectoren zie je op de achtergrond?
A
Agrarische bedrijven
B
Industriële bedrijven
C
Dienstverlenende bedrijven
Slide 19 - Quiz
Welke van de drie productiesectoren zie je op de achtergrond?
A
Agrarische bedrijven
B
Industriële bedrijven
C
Dienstverlenende bedrijven
Slide 20 - Quiz
Welke van de drie productiesectoren zie je op de achtergrond?