K/M2: 4.3 - Crisis in de wereld

Welkom in de geschiedenisles!
De Eerste Wereldoorlog


4,3 - Crisis in de wereld
1 / 48
suivant
Slide 1: Diapositive
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

Cette leçon contient 48 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 1 vidéo.

time-iconLa durée de la leçon est: 45 min

Éléments de cette leçon

Welkom in de geschiedenisles!
De Eerste Wereldoorlog


4,3 - Crisis in de wereld

Slide 1 - Diapositive

Wat gaan we doen vandaag?(1)
-Lesdoelen
-Herhaling
-Crisis in de wereld
-Opdrachten
-Afsluiting  

Slide 2 - Diapositive

Wat gaan we doen vandaag?(2)
-Lesdoelen
-Herhaling
-Crisis in de wereld
-Opdrachten
-Afsluiting  

Slide 3 - Diapositive

Lesdoelen
Aan het eind van deze les kun je:

  • Uitleggen wat het Verdrag van Versailles was en welke gevolgen deze had voor Duitsland

  • Uitleggen welke oorzaken de economische crisis van 1929 had.

  • Uitleggen welke gevolgen de economische crisis van 1929 had.

  • Het Dawes plan in eigen woorden uitleggen.

Slide 4 - Diapositive

Noem twee indirecte oorzaken voor de Eerste Wereldoorlog

Slide 5 - Question ouverte

Indirecte oorzaken
  • Nationalisme
  • Militarisme
  • Bondgenootschappen
  • Wapenwedloop
  • Eenwording van Duitsland
  • Kolonialisme

Slide 6 - Diapositive

Beschrijf in het kort hoe het vechten eraan toe ging in de Eerste Wereldoorlog.

Slide 7 - Question ouverte

Noem drie afspraken uit de vrede van Versailles (1919)

Slide 8 - Question ouverte

Verdrag van Versailles (1919) (1)
  • Duitsland moet veel grondgebied afstaan (ongeveer 10%)

  • Duitsland moet kolonies afstaan

  • Duitsland mag geen leger meer hebben van groter dan 100.000 man en weinig wapens.

  • Duitsland moet herstelbetalingen doen aan Frankrijk

Slide 9 - Diapositive

Verdrag van Versailles (2)

  • Duitsland mag geen grote oorlogsschepen meer hebben.

  • Duitsland mag geen luchtmacht meer hebben

  • Duitsland moet Polen doorgang geven naar de Oostzee.

  • Grens tussen Frankrijk en Duitsland wordt gedemilitariseerd (Rijnland).

Slide 10 - Diapositive

Slide 11 - Diapositive


Wapenstilstand
11-11-1918, 11 uur



  • De vrede met de Russen had er niet voor gezorgd dat de Duitsers de oorlog het Westfront konden winnen.
  • Uiteindelijk zorgt het mee vechten van de Amerikanen voor de doorslag: na vier jaar is het voorbij voor Duitsland

Slide 12 - Diapositive

Verdrag van Versailles (1919) (1)
  • Duitsland moet veel grondgebied afstaan (ongeveer 10%)

  • Duitsland moet kolonies afstaan

  • Duitsland mag geen leger meer hebben van groter dan 100.000 man en weinig wapens.

  • Duitsland moet herstelbetalingen doen aan Frankrijk

Slide 13 - Diapositive

Verdrag van Versailles (2)

  • Duitsland mag geen grote oorlogsschepen meer hebben.

  • Duitsland mag geen luchtmacht meer hebben

  • Duitsland moet Polen doorgang geven naar de Oostzee.

  • Grens tussen Frankrijk en Duitsland wordt gedemilitariseerd (Rijnland).

Slide 14 - Diapositive

Slide 15 - Diapositive

Noem drie afspraken uit de vrede van Versailles (1919)

Slide 16 - Question ouverte


Vrede van Versailles
28 juni 1919







Exact 5 jaar na de aanslag op Franz-Ferdinand 
door Gavrilo Princip is de oorlog voorbij.


Slide 17 - Diapositive



Verdrag?! Dictaat!




In Duitsland is grote onvrede en spreekt men
liever van het Dictaat van Versailles.

Slide 18 - Diapositive

Vrede?
  • Foch had kritiek op de voorwaarden van het Verdrag van Versailles, hoewel hij als militair zich niet met politieke standpunten moest bemoeien.

  • Hij zei: "Dit is geen vrede, het is een bestand voor twintig jaar"

Slide 19 - Diapositive

Gevolgen
  • Opkomst van Hitler: hij speelt in op de Duitse onvrede over het Verdrag van Versailles.

  • Uiteindelijk ook de Tweede Wereldoolog, waarbij Hitler er alles aan zou doen om de gevolgen van het Verdrag van Versailles te vernietigingen en daarin ook slaagt.

  • Lange of korte termijn?


  • Duitsland kon de herstelbetalingen niet betalen...

Slide 20 - Diapositive

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive






Blz. 67

Slide 28 - Diapositive

Beurskrach
'Black tuesday' 1929

  • Aandelen

  • De oorzaak voor de economische crisis noemen we de 'beurkrach'

  • De aandelenmarkt stortte in, veel aandelen waren meer waard dan het bedrijf zelf.

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Crisis in de wereld 
vanaf 1929

  • Door overproductie van fabrieken, veel kopen op afbetaling en teveel vertrouwen in aandelenhandel, klapt de Amerikaanse economie in elkaar.

  • Landen die veel met de VS handelen, worden de crisis mee in gesleept...

Slide 31 - Diapositive

Welke is niet een oorzaak voor de economische crisis van 1929?
A
Men kon veel kopen op afbetaling.
B
Het vertrouwen in de aandelenmarkt stort in elkaar.
C
de fabrieken produceerde teveel producten.
D
Minister Dawes had geen rekening gehouden met inflatie.

Slide 32 - Quiz

Crisis in Nederland
  • Nederland (en Duitsland) worden zwaar door de crisis geraakt: de handel met de VS en Duitsland komt vrijwel stil te staan.

  • Bedrijven en fabrieken moeten de deuren sluiten.

  • Tussen 1929 en 1935 stijgt de werkloosheid van 22.000 naar 500.000. 
Een werkloze bakker uit het Gelderse Twello 'verkoopt' zichzelf op een marktplein in Deventer (Overijssel).

Slide 33 - Diapositive

Video
-
De crisis

Slide 34 - Diapositive

6

Slide 35 - Vidéo

02:59
Leg kort uit waardoor de crisis in Amerika in 1929 ontstond. Met andere woorden, waarom daalde de waarde van aandelen opeens zo snel?

Slide 36 - Question ouverte

03:44
Wat was het directe gevolg van deze waardedaling voor mensen met aandelen? Wat was het gevolg van deze waardedaling op wat langere termijn voor bedrijven en winkels?

Slide 37 - Question ouverte

05:55
Hoe kan het dat de crisis in Amerika ook veel invloed heeft op Nederland?

Slide 38 - Question ouverte

08:25
Waarom moeten werklozen op verschillende tijden stempelen.

Slide 39 - Question ouverte

09:49
Hoe zorgt de overheid dat sommige werklozen toch werk hebben en wat geld verdienen?

Slide 40 - Question ouverte

12:53
Waarom gaan de steunuitkeringen naar beneden?

Slide 41 - Question ouverte

Controle
Paragraaf 4,1 - Een land om trots op te zijn
Opdrachten: 2, 3, 4, 5, 6(!), 7,
LB blz. 62 en 63
WB blz. 88 t/m 90

Paragraaf 4,2 - De Grote Oorlog
Opdrachten: 1, 2, 3, 4, 6, 7
LB blz. 64 en 65
WB blz. 91 t/m 93


Slide 42 - Diapositive

Opdrachten
Paragraaf 4,3 - Crisis in de wereld
Opdrachten: 1a, 2(!), 3(!), 6(!), 8, 9
LB blz. 66 en 67
WB blz. 70 en 71


Schrijf deze opdrachten in je planner!
timer
5:00

Slide 43 - Diapositive

Aandelenspel
''Zwarte donderdag''

  • Groepjes van vier/vijf.
  • Tien euro per groepje.
  • 8 rondes

Doel: zo veel mogelijk geld verdienen en geen aandelen meer hebben voor de laatste ronde

Slide 44 - Diapositive

Aandelenspel
''Zwarte donderdag''
  • Ronde 1
  • Ronde 2
  • Ronde 3
  • Ronde 4
  • Ronde 5
  • Ronde 6
  • Ronde 7
  • Ronde 8



Slide 45 - Diapositive

Nabespreken
Aan het eind van deze les kun je:

  • Uitleggen wat het Verdrag van Versailles was en welke gevolgen deze had voor Duitsland

  • Uitleggen welke oorzaken de economische crisis van 1929 had.

  • Uitleggen welke gevolgen de economische crisis van 1929 had.

  • Het Dawes plan in eigen woorden uitleggen.

Slide 46 - Diapositive




Fijne dag!

Slide 47 - Diapositive

Opdracht 3
a De tekenaar laat zien hoe hij denkt over het Verdrag van Versailles. 
Hij vindt dit vredesverdrag slecht voor Duitsland, want Duitsland wordt ‘uitgeperst als een citroen’: er mag niets meer in blijven zitten. Duitsland wordt dus ‘leeggehaald’.

b De tekenaar zal uit Duitsland komen, want de Duitsers vonden dat Frankrijk hen helemaal leeg kneep.

Slide 48 - Diapositive