Oefentoets Thema 1: Planten en Dieren

Thema 1 planten en dieren
oefentoets
1 / 20
suivant
Slide 1: Diapositive
BiologieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

Cette leçon contient 20 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Thema 1 planten en dieren
oefentoets

Slide 1 - Diapositive

1. Wat is een organisme?

Slide 2 - Question ouverte

2. Wat is groei?

Slide 3 - Question ouverte

3. Is dit schilderij schematisch of natuurgetrouwe?
A
schematisch
B
natuurgetrouwe
C
geen van beide
D
Zowel schematisch als natuurgetrouwe

Slide 4 - Quiz

4. Wat voor aanzicht is dit?
A
buitenaanzicht
B
lengtedoorsnede
C
binnenaanzicht
D
dwarsdoorsnede

Slide 5 - Quiz

5. Wat voor doorsnede krijg je als je iets in de breedte doorsnijdt.
A
lengtedoorsnede
B
buitenaanzicht
C
rechte doorsnede
D
dwarsdoorsnede

Slide 6 - Quiz

6. Door welk onderdeel van de bruine boon neemt het zaad water op.
A
poortje
B
navel
C
zaadhuid
D
hartvormig bultje

Slide 7 - Quiz

7. Zet de namen van de onderdelen van de bruine boon bij de juiste nummers op je blaadje.
1
3
4
2
Zaadhuid
Zaadlob
Poortje
Navel

Slide 8 - Question de remorquage

8. Gaat deze zin over groei of ontwikkeling?:
Een tomatenplant krijgt bloemen
A
ontwikkeling
B
groei

Slide 9 - Quiz

9. Je wordt voor het eerst verliefd.
Wat voor ontwikkeling is dit?
A
lichamelijke ontwikkeling
B
geestelijke ontwikkeling

Slide 10 - Quiz

10. Hoe noem je een ontwikkeling waarbij je lichaam verandert.

Slide 11 - Question ouverte

11.zet de juiste leeftijden bij  de juiste benaming.
Baby
Peuter
Kleuter
Schoolkind
Adolescent
Puber
Oudere (bejaarde)
Volwassene
Tot 1,5 jaar
groeispurt
1,5 tot 4 jaar
Praten, lopen, torentje bouwen
4 tot 6 jaar
fietsen, samen spelen
6 tot 12 jaar
lezen, schrijven
16 tot 21 jaar
Zelfstandig wonen
12 tot 16 jaar
groeispurt, nieuwe gevoelens, borsten
ouder dan 65
lichamelijke problemen
21 tot 65 jaar
werken, kinderen krijgen

Slide 12 - Question de remorquage

12. Wat is een groeispurt?
A
groter en zwaarder worden
B
tijdelijk heel snel groeien
C
lichamelijke ontwikkeling
D
geestelijke ontwikkeling

Slide 13 - Quiz

13. Stelling: voor melk zijn er planten nodig?
A
waar
B
niet waar

Slide 14 - Quiz

14. Waar vindt fotosynthese plaats?
A
In alle delen van een plant
B
Alleen in de bladeren van een plant
C
In alle groene delen van een plant.
D
In planten en groene dieren

Slide 15 - Quiz

19. Wat maakt een plant bij fotosynthese?
A
zuurstof en water
B
voedsel en water
C
voedsel en zuurstof
D
voedsel, water en zuurstof

Slide 16 - Quiz

20. Wat heeft een plant nodig voor fotosynthese?
A
licht
B
zuurstof
C
voedsel

Slide 17 - Quiz

21. Hoe neemt een plant CO 2 op?
A
via de steel
B
via de bladeren
C
via de wortels
D
geen van deze antwoorden is goed

Slide 18 - Quiz

21. Welke aanpassingen
kunnen planten hebben om te overleven?

Slide 19 - Carte mentale

22. Wat is een gestroomlijnd lichaam?
A
waslaagje die het lichaam bedekt
B
verandering van kleur in het lichaam
C
dit zijn de vinnen van een waterdier
D
wanneer kop, lijf en staart in elkaar overlopen.

Slide 20 - Quiz