Oefentoets Thema 1 Planten en dieren 1B


Hoe noem je dit?
A
Tabel
B
Grafiek
1 / 36
suivant
Slide 1: Quiz
BiologieMiddelbare schoolvmboLeerjaar 1

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs et diapositive de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon


Hoe noem je dit?
A
Tabel
B
Grafiek

Slide 1 - Quiz

Hoe heet de as in een grafiek die van links naar rechts gaat?
A
Horizontale as
B
Verticale as
C
Assenstelsel
D
Grafiek

Slide 2 - Quiz

Wat wordt er met de letter A aangegeven op de afbeelding?
A
Kolom
B
Rij
C
Tabel
D
Grafiek

Slide 3 - Quiz

Horizontale as van een grafiek
A
Tabel
B
Grafiek
C
X-as
D
Y-as

Slide 4 - Quiz

Wat zet je op de horizontale as van een grafiek?
A
Wat je hebt gemeten
B
De tijd
C
De titel van de grafiek
D
Wat is de horizontale as eigenlijk?

Slide 5 - Quiz

Een grafiek bestaat uit kolommen en rijen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quiz

Groei of ontwikkeling?
Het wisselen van je tanden
A
Groei
B
Ontwikkeling

Slide 7 - Quiz

Is dit een voorbeeld van groei of ontwikkeling?
A
Groei
B
Ontwikkeling

Slide 8 - Quiz

Hoe heet nummer
5 en 6 samen?
A
Zaadhuid
B
Kiem
C
Zaadlobben

Slide 9 - Quiz

Je ziet bloemen verschijnen. dit is een voorbeeld van
A
Groei
B
Ontwikkeling

Slide 10 - Quiz

In welk onderdeel van het zaadje zit het reservevoedsel?
A
In de zaadhuid
B
In de zaadlobben
C
In de kiem
D
Een zaadje bevat geen reservevoedsel

Slide 11 - Quiz

Wat is de functie van de zaadhuid van een zaadje?
A
Het geeft water aan het zaadje
B
Het geeft voedsel aan het zaadje
C
Het geeft bescherming aan het zaadje

Slide 12 - Quiz

Veranderingen in de bouw van een organisme noem je:
A
kieming
B
ontwikkeling
C
aanpassing
D
wijziging

Slide 13 - Quiz

Hoe heet nummer 2?
A
navel
B
hartvormig bultje
C
poortje
D
zaadhuid

Slide 14 - Quiz

groeien is
A
Nieuwe vorm krijgen
B
Ouder worden
C
Groter en zwaarder worden
D
Groter worden

Slide 15 - Quiz

Natuurgetrouwe of schematische tekening van een vlinder?
A
natuurgetrouw
B
Schematisch

Slide 16 - Quiz

Welk aanzicht is dit?
A
Buiten aanzicht
B
Lengtedoorsnede
C
Dwarsdoorsnede
D
Geen aanzicht

Slide 17 - Quiz

Hoort het voorbeeld bij lichamelijke of geestelijke of motorische ontwikkeling?

'Jasper leert lopen'.
A
Lichamelijke ontwikkeling
B
Geestelijke ontwikkeling
C
Motorische ontwikkeling

Slide 18 - Quiz

Hoe heet nummer 1?
A
navel
B
hartvormig bultje
C
poortje
D
zaadhuid

Slide 19 - Quiz


A
3 = navel
B
3 = poortje
C
3 = zaadhuid
D
3 = hartvormig bultje

Slide 20 - Quiz


A
DOOD
B
LEVEND
C
LEVENLOOS

Slide 21 - Quiz


A
DOOD
B
LEVEND
C
LEVENLOOS

Slide 22 - Quiz

Wat is de lengte van een ongeboren baby na 40 weken?
A
20 cm
B
32 cm
C
40 cm
D
50 cm

Slide 23 - Quiz

Wat heb je niet nodig om tekeningen bij biologie te maken?
A
potlood
B
liniaal
C
stift
D
papier

Slide 24 - Quiz

Is dit schilderij schematisch of natuurgetrouwe?
A
schematisch
B
natuurgetrouwe
C
geen van beide
D
Zowel schematisch als natuurgetrouwe

Slide 25 - Quiz

Wat voor aanzicht is dit?
A
buitenaanzicht
B
lengtedoorsnede
C
binnenaanzicht
D
dwarsdoorsnede

Slide 26 - Quiz

Zet de namen van de onderdelen van de bruine boon bij de juiste nummers op je blaadje.
1
3
4
2
Zaadhuid
Zaadlob
Poortje
Navel

Slide 27 - Question de remorquage

Je wordt voor het eerst verliefd.
Wat voor ontwikkeling is dit?
A
lichamelijke ontwikkeling
B
geestelijke ontwikkeling

Slide 28 - Quiz

15.zet de juiste leeftijden bij  de juiste benaming.
Baby
Peuter
Kleuter
Schoolkind
Adolescent
Puber
Oudere (bejaarde)
Volwassene
Tot 1,5 jaar
groeispurt
1,5 tot 4 jaar
Praten, lopen, torentje bouwen
4 tot 6 jaar
fietsen, samen spelen
6 tot 12 jaar
lezen, schrijven
16 tot 21 jaar
Zelfstandig wonen
12 tot 16 jaar
groeispurt, nieuwe gevoelens, borsten
ouder dan 65
lichamelijke problemen
21 tot 65 jaar
werken, kinderen krijgen

Slide 29 - Question de remorquage

16. Wat is een groeispurt?
A
groter en zwaarder worden
B
tijdelijk heel snel groeien
C
lichamelijke ontwikkeling
D
geestelijke ontwikkeling

Slide 30 - Quiz

Stelling: voor melk zijn er planten nodig?
A
waar
B
niet waar

Slide 31 - Quiz

Waar vindt fotosynthese plaats?
A
In alle delen van een plant
B
Alleen in de bladeren van een plant
C
In alle groene delen van een plant.
D
In planten en groene dieren

Slide 32 - Quiz

Wat maakt een plant bij fotosynthese?
A
zuurstof en water
B
voedsel en water
C
voedsel en zuurstof
D
voedsel, water en zuurstof

Slide 33 - Quiz

Wat heeft een plant nodig voor fotosynthese?
A
licht
B
zuurstof
C
voedsel

Slide 34 - Quiz

Wat is een gestroomlijnd lichaam?
A
waslaagje die het lichaam bedekt
B
verandering van kleur in het lichaam
C
dit zijn de vinnen van een waterdier
D
wanneer kop, lijf en staart in elkaar overlopen.

Slide 35 - Quiz

Einde oefentoets

Slide 36 - Diapositive