Verkoop 4 (Start 2024)

Verkoop
Week 1
1 / 54
suivant
Slide 1: Diapositive
VerkoopMBOStudiejaar 4

Cette leçon contient 54 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 3 vidéos.

time-iconLa durée de la leçon est: 60 min

Éléments de cette leçon

Verkoop
Week 1

Slide 1 - Diapositive

Slide 2 - Diapositive

Wat is verkoop?

Slide 3 - Question ouverte

Verkoop
Verkoop is het leveren van goederen of diensten aan derden tegen betaling

De verkoop kan plaatsvinden tussen twee bedrijven (B2B) of tussen een bedrijf en een consument (B2C). 

Slide 4 - Diapositive

Project verkoop

De aankomende weken gaan we leren verkopen. 

Slide 5 - Diapositive

Beoordeling
Elke week maak je een challenge.






In week 10 lever je de challenges in.

Slide 6 - Diapositive

Agenda
Week 1: Kennismaking & Klanttype
Week 2: Klanttype
Week 3: Invloedfactoren klantgedrag
Week 4: Het verkoopgesprek
Week 5: Het verkoopgesprek
Week 6: Het verkoopgesprek
Week 7: Het verkoopgesprek
Week 8: Het verkoopgesprek
Week 9: Klachten
Week 10: Challenges inleveren

Slide 7 - Diapositive

Nut van de les
Aan het einde van de les..

.. ken jij verschillende klanttypen;
.. leer jij hoe je verschillende klanten van elkaar kan onderscheiden.

Slide 8 - Diapositive

Hospitality
Hospitality (gastvrijheid) zijn alle activiteiten en maatregelen die ervoor zorgen dat de klant zich welkom voelt. 

De klant is geen klant meer, maar om verschil te maken is de klant een gast.

Slide 9 - Diapositive

Project verkoop
Voordat we gaan leren verkopen gaan we eerst kijken wat (gasten) klanten zijn..

Slide 10 - Diapositive

Wat is een klant?

Slide 11 - Question ouverte

Wat is B2B of B2C?

Slide 12 - Question ouverte

Business to consumer

Slide 13 - Diapositive

Klanten
Klanten anno nu zijn de afgelopen jaren veranderd.

Tegenwoordig zijn klanten mondiger geworden en staan meer op hun strepen. Klanten zijn daarnaast gevoeliger voor trends. Daarnaast willen de klanten zich welkom voelen in de winkel (gastvrije benadering). 

Slide 14 - Diapositive

Verkopers (& medewerkers)
Zijn het visitekaartje van de winkel en bepalen of de klanten terug komen.. of niet.



Belangrijk is dat de medewerkers oprecht zijn.

Slide 15 - Diapositive

Visitekaartje
Een verkoper moet ..

.. zichzelf kunnen presenteren.
.. aandacht besteden aan zijn uiterlijke verzorging.
.. bezitten van vakkennis. 

Slide 16 - Diapositive

Wat is empathie?

Slide 17 - Question ouverte

Inleven in de klant
Loopt de klant rustig of gehaast?
Loopt de klant doelgericht of dwaalt hij voor de rekken?
Weet de klant wat hij wilt of twijfelt hij?
Geeft de klant jou veel informatie of heeft hij zich niet van tevoren ingelezen?
Kijkt de klant zoekend rond naar een verkoper of schiet hij een verkoper aan?

Slide 18 - Diapositive

Wat zijn klanttypen?

Slide 19 - Question ouverte

Slide 20 - Diapositive

Runshopper
Mensen gaan gemiddeld steeds korter werken, maar hebben het gevoel dat ze drukker zijn dan ooit. De tijdsdruk is groter. 
Boodschappen worden snel tussendoor gedaan.

Kortom een runshopper doet snel gericht boodschappen.

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Vidéo

One-stop-shopping
Winkels springen in op dit gevoel en bieden bijvoorbeeld extra services aan. In een winkel kun je bijvoorbeeld niet alleen terecht voor voedingsmiddelen, maar ook voor schoenreparaties en de stomerij.

One-stop-shopping

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Vidéo

Hoe herken je de runshopper?
Gejaagde blik en aan zijn gedrag:
- klant rent door de winkel
- klant zucht bij rij in de kassa
- klant heeft geen tijd voor een verkoopgesprek
- focus alleen op artikel dat gekocht moet worden.

Zelfscankassa voor deze klant

Slide 25 - Diapositive

Hoe zou jij deze klant benaderen?

Slide 26 - Question ouverte

Runshopper helpen:
Rustig blijven
beleefd blijven
zakelijk blijven
zich beperken tot de hoofdzaak

Slide 27 - Diapositive

Wat moet je als verkoper juist doen om een runshopper te helpen?
A
Een uitgebreide inleiding houden
B
Eerst doorgaan met artikelen vullen
C
Rustig blijven
D
Andere klanten afraffelen door de haastige klant

Slide 28 - Quiz

De funshopper
Een funshopper winkelt voor het plezier. Voor de funshopper is de winkelbeleving erg belangrijk. Ze willen een leuke dag hebben. 

Hier speel jij als verkoper op in..

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Vidéo

Opdracht
Op welke manier ga jij om met een funshopper? 

1. Noem drie dingen die je gaat doen. 
2. Noem drie dingen die jij niet gaat doen. 

Slide 31 - Diapositive

Funshopper benaderen
Wat je juist wel moet doen:
Een gesprek aangaan
meer informatie geven over artikelen
bijverkoop stimuleren

Wat je juist niet moet doen:
snel de verkoop afhandelen
kort de vragen beantwoorden
de klant negeren

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Lien

Sociale klant
De klant die graag met je (persoonlijk) wilt praten. Hij wil liever met je praten dan een product kopen. 

Dit kan leuk zijn, maar als het druk is dan is de sociale klant storend voor andere klanten.

Slide 34 - Diapositive

Wat doe jij als iemand niet wil stoppen met je te praten?

Slide 35 - Question ouverte

De sociale klant en behandelen
De verkoper moet wel:
Complimenten geven
Vakkennis tonen
Vriendelijk onderbreken
Zakelijk blijven
Gesloten vragen stellen

Verkoper moet juist niet:
het gesprek aangaan
de klant de ruimte geven om helemaal uit te praten

Slide 36 - Diapositive

Heb jij wel eens een kritische klant gehad?

Slide 37 - Question ouverte

Kritische klant
Een kritische klant weet vaak precies wat hij wilt. 
Deze klant vraagt niet vaak om advies en als het wel gebeurt, uit hij misschien kritiek op de uitleg die je geeft. 

De klant weet (denkt) het zelf beter te weten. 

Slide 38 - Diapositive

Oefenen
De kritische klant

Slide 39 - Diapositive

Kritische klant helpen
De verkoper moet wel:
Complimenten geven over de kennis van de klant
zijn eigen vakkennis tonen

De verkoper moet niet:
in discussie gaan
de klant tegenspreken

Slide 40 - Diapositive

Trouwe klant
Sommige klanten zijn winkeltrouw. Dit betekend dat zij hun aankopen meestal in jouw winkel doen. 

Slide 41 - Diapositive

Opdracht
Bedenk vijf manieren om een trouwe klantenkring te krijgen bij een winkel.
1.
 2. 
3.
4.
5.

Slide 42 - Diapositive

Slide 43 - Diapositive

Loyale klanten benaderen
Wat moet je wel doen:
Beloont voor zijn trouw
contact maken
extraatjes aanbieden

Wat moet je niet doen:
De klant negeren
de klant niet waarderen

Slide 44 - Diapositive

Hybride klanten
De hybride klant is niet gemakkelijk in een hokje te plaatsen. De hybride klant kiest voor kwaliteitsproducten, maar let wel op de prijs.

Slide 45 - Diapositive

Wat moet je wel doen:
De verkoper moet wel:
service bieden
aandacht geven
voldoende vakkennis tonen

De verkoper moet niet:
De klant iets opdringen
De klant tegenspreken

Slide 46 - Diapositive

Een mevrouw loopt op haar gemak door de winkel, ze geniet er duidelijk van om even lekker rond te kijken.
A
Kritische klant
B
Funshopper
C
Trouwe klant
D
Runshopper

Slide 47 - Quiz

Een meneer komt regelmatig in de winkel, hij koopt altijd wel iets
A
Runshopper
B
Funshopper
C
Trouwe klant
D
Sociale klant

Slide 48 - Quiz

Een meneer komt gehaast binnen rennen en zoekt snel uit wat hij nodig heeft
A
Runshopper
B
Funshopper
C
loyale klant
D
Kritische klant

Slide 49 - Quiz

Challenge week 1
Ga op onderzoek uit bij je favoriete winkel of bijbaan en beantwoord de volgende vraag:

Bedenk een actie die zowel runshoppers als funshoppers zal aanspreken.

Slide 50 - Diapositive

Doelen behaald?
Aan het einde van de les..

.. ken jij verschillende klanttypen;
.. leer jij hoe je verschillende klanten van elkaar kan onderscheiden.

Slide 51 - Diapositive

Challenge
Ga op onderzoek uit op je stage (of bijbaan) en beantwoord de volgende vragen:

1. Worden de consumenten behandeld als gast of als klant en waarom?
2. Wat vind jij van de winkelbeleving bij je bedrijf? Gebruik de onderstaande onderdelen:
Klant persoonlijke aandacht (of niet)
Acties
Nieuwe producten
De inrichting
De geur
Het geluid
De temperatuur

Slide 52 - Diapositive

Challenge
Ga op onderzoek uit op je stage (of bijbaan) en beantwoord de volgende vragen:

1. Wat vind jij van jullie winkelexterieur? Wat zou jij doen om het mooier te maken? Voeg een foto toe in het verslag.
2. Wat vind jij van jullie winkelinterieur? Wat zou jij doen om het mooier te maken? Voeg een foto toe in het verslag.
3. Wanneer wordt er bij jullie schoongemaakt? Heb jij tips om dit op betere momenten te doen?

Slide 53 - Diapositive

Challenge week 3
Ga op onderzoek uit op je stage (of bijbaan) en beantwoord de volgende vragen:

Bekijk de webshop en beoordeel deze op de volgende punten:
1. Persoonlijk contact
2. persoonlijkheid
3. sfeer
4. service

Werk je beoordeling uit in je verslag. Gebruik afbeeldingen (screenshots) om je conclusies mee te verduidelijken. 

Slide 54 - Diapositive