Hoofdstuk 8 - De eerste les

• NT2
• Speciaal Onderwijs
• Leerroute 1

Hoofdstuk 8 - De eerste les

Lees de tekst

Paula zit in de klas. 

Ze luistert naar de docent. 

'Ik zal me even voorstellen', zegt hij.

'Mijn naam is Sander.'

Hij schrijft op het bord: Mijn naam is Sander. 

'En mijn achternaam is Plenter', zegt hij. 

Hij schrijft zijn achternaam ook op het bord. 

Wat betekent 'voorstellen'?

1. Een vraag stellen
2. Vertellen wie je bent
3. Je naam schrijven

Wat is de naam van de docent?

Stel jezelf voor.
Schrijf goede zinnen.
Let op: hoofdletters en punten.

Waar is Paula?

1. Op werk
2. In de kantine
3. Op straat
4. Op school

Lees de tekst

Sander kijkt naar Paula en vraagt: 

'En wat is jouw voornaam?'

Paula kijkt naar het bord. 

Ze leest de woorden van het bord:

'Mijn naam is ... Paula.'

'Heel goed!' zegt Sander. 

Wat vraagt Sander aan Paula?

Begrijpt Paula de vraag van Sander?

1. Ja
2. Nee

Waar leest Paula het antwoord?

1. 
2. 
3. 
4. 

Lees de tekst

'En waar kom je vandaan?'

Paula begrijpt het niet. 

Sander helpt. 

'Ik kom uit Nederland', zegt hij. 

'En jij? Waar kom jij vandaan?'

'Ik kom uit Espana', zegt Paula. 

Wat vraagt Sander aan Paula?

Begrijpt Paula de vraag?

1. Ja
2. Nee
3. Eerst niet, daarna wel

Waar kom jij vandaan?
Let op: hoofdletter!

Sander 'helpt'.
Wat is het hele werkwoord?

Waar komt Paula vandaan?

1. Espana
2. Portugal
3. Spanje