Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
La durée de la leçon est: 40 min
Éléments de cette leçon
Leerdoelen BS 2
- Je kunt alle botten van het skelet noemen
- Je kunt de vier functies van het skelet noemen
Slide 1 - Diapositive
Alle botten
Slide 2 - Diapositive
Welke weet je al?
Slide 3 - Diapositive
Functies skelet
- Stevigheid
- Vorm
- Bescherming
- Beweging
Slide 4 - Diapositive
Benoem alle botten
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
schedel
Lendewervels
Scheenbeen
Sleutelbeen
opperarmbeen
Spaakbeen
Ellepijp
Kuitbeen
Knieschijf
dijbeen
Borstwervels
Slide 5 - Question de remorquage
Sleep de functies van het skelet naar de bijbehorde plaatjes
Bescherming
Beweging
Vorm geven
Stevigheid
Slide 6 - Question de remorquage
Leerdoelen BS 3 en 4
- Aan het einde van de les kan je in een opdracht het verschil tussen kraakbeen en been/bot uitleggen
- Welke manier heeft je lichaam om je botten te verbinden met elkaar?
- Hoe werkt elke verbinding en hoeveel beweging is er mogelijk?
Slide 7 - Diapositive
Been en kraakbeen
Been is een ander woord voor Bot
Kalkstof is hard en breekt snel
Lijmstof is zacht en soepel
Kraakbeen bestaat uit meer lijmstof dan kalkstof en is soepel
Bot bestaat uit meer kalkstof dan lijmstof en is stevig
Slide 8 - Diapositive
Been bestaat uit...
A
Veel kalk, weinig lijmstof
B
Veel kalk, veel lijmstof
C
Weinig kalk, weinig lijmstof
D
Weinig kalk, veel lijmstof
Slide 9 - Quiz
welk weefsel zie je op het plaatje
A
kraakbeen weefsel
B
beenweefsel
Slide 10 - Quiz
Beenverbindingen
- Welke manier heeft je lichaam om je botten te verbinden met elkaar?
- Hoe werkt elke verbinding en hoeveel beweging is er mogelijk?
Slide 11 - Diapositive
Beenverbindingen
Botten in je lichaam zitten aan elkaar vast. Dit noem je de beenverbindingen. Er zijn vier soorten beenverbindingen. Sommige zijn beweegbaar, andere niet.
Slide 12 - Diapositive
Soorten beenverbindingen
Slide 13 - Diapositive
Een middenhandsbeentje is verbonden met een vingerkootje door:
A
Naadverbinding
B
Vergroeide verbinding
C
Kraakbeen verbinding
D
Gewricht
Slide 14 - Quiz
Welke twee beenverbindingen zijn niet beweeglijk?
A
Kraakbeen
B
Gewricht
C
Vergroeid
D
Naad
Slide 15 - Quiz
De schedelbeenderen zitten verbonden met elkaar door:
A
Kraakbeen
B
Gewricht
C
Naad
D
Vergroeid
Slide 16 - Quiz
De ribben en het borstbeen zijn verbonden door:
A
Kraakbeen
B
Gewricht
C
Naad
D
Vergroeid
Slide 17 - Quiz
Exit ticket
Er komen 7 vragen.
Maak je ze goed? dan heb je de stof onder de knie!
Heb je nog niet alles goed? Kom dan nog even voor uitleg
Slide 18 - Diapositive
Sleep de beenverbinding naar de juiste beenderen
Twee teenkootjes
De wervels van het heiligbeen
Het heupbeen en het dijbeen
Ribben en het borstbeen
Spaakbeen en ellepijp
Kogel gewricht
Vergroeid
Scharnier gewricht
Kraakbeen
Rolgewricht
Slide 19 - Question de remorquage
Beenverbindingen
vergroeiing
naadverbinding
gewrichten
kraakbeen
Slide 20 - Question de remorquage
bekijk de afbeelding over kalk en lijmstoffen in botten. welke uitspraak is waar ?
A
Lijn A gaat over lijmstof en lijn B gaat over kalkstof
B
Lijn B gaat over lijmstof en lijn A gaat over kalkstof
C
beide kunnen daar nooit over gaan, zijn onzin
Slide 21 - Quiz
Welke beenverbindingen zijn niet beweeglijk?
A
Kraakbeen
B
Gewricht
C
Vergroeid
D
Naad
Slide 22 - Quiz
In de afbeelding zijn enkele beenverbindingen getekend.
Bij welk van deze beenverbindingen is de meeste beweging mogelijk?
A
bij nummer 1
B
bij nummer 2
C
bij nummer 3
Slide 23 - Quiz
zet de soorten beenverbindingen op volgorde van meest beweegbaar tot minst beweegbaar
Meest beweegbaar
minst beweegbaar
Slide 24 - Question de remorquage
Ouderen breken sneller hun botten omdat tijdens je leven in je botten:
A
Lijmstof en kalkzouten afnemen
B
Lijmstof toeneemt, kalkzouten afnemen
C
Lijmstof afneemt, kalkzouten toenemen
D
Lijmstof en kalkzouten toenemen
Slide 25 - Quiz
Sleep naar de botten die je
ziet op de röntgenfoto:
* welke botten komen overeen met botten in de arm?